Hoe een onwennige PVDA het Vlaams Parlement betreedt
Door het onverwachte electorale succes van PVDA mag de partij binnenkort vier zetels bezetten in het Vlaams Parlement. Maar net omdat de winst uit de lucht kwam vallen, weten de marxisten niet helemaal wat ze moeten verwachten. ‘We zijn het stap per stap aan het uitzoeken’, zegt Tom De Meester.
‘We wisten dat we gingen scoren in heel Vlaanderen, maar strategisch hadden we alles ingezet op Antwerpen. Als Jos D’Haese in het Vlaams Parlement zou belanden, dan zou dat heel mooi zijn geweest. Maar nu we met vier zijn, lijkt het alsof we het groot lot hebben gewonnen.’
Tom De Meester, kersvers PVDA-parlementslid, illustreert de complete verassing die de troepen van Peter Mertens overviel toen de verkiezingsuitslagen binnenliepen op 26 mei.
‘Stuur Peter Mertens naar het parlement’ was het devies in de provincie Antwerpen. De voorzitter moest en zou eindelijk naar de federale Kamer gaan. Dat is gelukt. Maar door de landelijke opmars van PVDA krijgt het Vlaams Parlement plots vier marxisten in zijn midden.
Pensioenspecialist Kim De Witte, activist Jos D’Haese, Lise Vandecasteele van Geneeskunde voor het Volk en energiespecialist Tom De Meester mogen zich voortaan Vlaams Parlementslid noemen.
Die onverwachte uitslag opent een deur naar een voor PVDA onbekende wereld. In de Kamer wist de nationale partij met Raoul Hedebouw en Marco Van Hees al in 2014 binnen te breken. In dat halfrond kent PVDA al het klappen van de zweep. Dat geldt niet voor het Vlaams Parlement.
‘We zijn stap per stap aan het uitzoeken hoe de komende vijf jaar er voor ons gaan uitzien’, zegt De Meester. ‘We moeten de thema’s nog onder elkaar verdelen en het is ons nog niet duidelijk in welke commissies we kunnen zetelen.’ De PVDA’ers staan in nauw contact met de parlementaire diensten om meer grip op de zaak te krijgen.
Hoe dan ook staat nu al vast dat de parlementsleden recht hebben op een vijftal medewerkers. Naast een persoonlijke medewerker voor iedere PVDA’er, mag de fractie een ‘voltijdse wetenschappelijk medewerker’ aanwerven, aldus het reglement.
Niet slecht voor een parlementaire nieuwkomer. Maar datzelfde reglement zorgt er eveneens voor dat PVDA in een onuitgegeven situatie terechtkomt.
Vuurwerk
Zo mag de PVDA-fractie zich met recht een reden een ‘politieke fractie’ noemen. Volgens het reglement is dat de juiste titel voor elke fractie die minimaal uit drie parlementsleden bestaat. Leden van politieke fracties kunnen bijvoorbeeld vast lid worden van commissies en er ook hun stemrecht uitoefenen.
Dat is meteen de reden waarom een onafhankelijke als Hermes Sanctorum in de voorbije legislatuur minder spreektijd kreeg toen hij zich afscheidde van de Groen-fractie. Parlementsleden zonder fractie krijgen slechts vijf minuten spreektijd tijdens een beraadslaging in de plenaire vergadering. Voor vertegenwoordigers mét fractie is dat driemaal zoveel.
Een politieke fractie bestaat dus minimaal uit drie leden. Maar om een volwaardige ‘erkende fractie’ te worden genoemd, komt PVDA exact één parlementslid tekort. En dat heeft significante gevolgen voor de werking.
Erkende fracties krijgen bijvoorbeeld een spreektijd van een halfuur, dubbel zoveel als die van politieke fracties. Daarnaast hebben enkel erkende fracties stemrecht binnen het Uitgebreid Bureau. Die instelling coördineert de politieke werking van het parlement, zoals de opmaak van de agenda. Ook grijpt PVDA naast de mogelijkheid om extra personeel aan te werven.
Toch laat De Meester het niet aan zijn hart komen. ‘Ik bereid me vooral voor op vijf jaar constructieve oppositie. Al is het zeker de bedoeling dat we vuurwerk in het parlement brengen.’
De erkende fracties zijn dus gewaarschuwd.
Fractie
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier