Marc Moens (BVAS) over contactopsporing: ‘De Vlaamse overheid gooide er veel geld tegenaan, maar bakt er niets van’
In Antwerpen zullen huisartsen een grotere rol gaan spelen in de contactopsporing, die op Vlaamse niveau mank loopt. Dat werd hoog tijd, aldus Marc Moens van de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten. ‘Al is het niet hun taak.’
‘Een en-enverhaal.’ Zo omschreef interfederaal tracing-verantwoordelijke Karine Moykens de ontwikkelingen binnen het contactonderzoek vrijdag in Terzake. Nadat die Vlaamse bevoegdheid door zowat elke expert is afgekraakt, is men in hotspot Antwerpen begonnen met een pilootproject dat ‘complementair’ zal werken bij de Vlaamse contactopsporing. Die moet de contacten én verplaatsingen van covidpatiënten beter in kaart brengen om de nieuwe opstoot in te dijken.
In die parallelle methode, die wordt toegejuicht door epidemioloog Pierre Van Damme (UA), krijgen huisartsen een prominente rol. Marc Moens, erevoorzitter van de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten, heeft er een dubbel gevoel bij. ‘Het contactonderzoek is in principe geen taak voor de huisartsen’, zegt hij. ‘De Vlaamse regering heeft er veel geld tegenaan gegooid en men heeft de mutualiteiten erbij betrokken (de aanbesteding bedraagt maximaal 122 miljoen euro, nvdr.). Misschien heeft men de ziekenfondsen daarmee een plezier willen doen? Ik weet niet of de politiek het zo correct heeft gespeeld. De overheid heeft het in ieder geval slecht aangepakt.’
Is de huisarts dan wel bereid om ook de taak van contactspeurder zomaar op zich te nemen?
Marc Moens: Er zijn twee kanten aan het verhaal. De huisartsen zijn nog maar net van de eerste golf aan het bekomen, net zoals vele andere zorgverstrekkers. Ze vinden dat het welletjes is geweest en dat de overheid haar taak moet doen in plaats van ze door te schuiven.
En anderzijds?
Moens: Anderzijds willen we veel erger voorkomen. Dat is de beroepsernst en beroepseer. De huisartsen voelen zich echt wel verantwoordelijk voor hun patiëntenbestand. Ik heb deze week nog met Antwerpse collega’s gesproken en gehoord dat ze ertoe bereid zijn, onder meer onder aanvuren van professor Pierre Van Damme. Ze zien de dreiging elke dag groeien. Wij zitten in een exponentiële fase van het aantal nieuwe besmettingen. De tweede golf is er veel vroeger dan verwacht. Ze zien eveneens dat de Vlaamse overheid er niets van bakt.
Bezochten ze een verboden feestje, dan zal men dat sneller toevertrouwen aan een huisarts.
Wat kunnen huisartsen dat de contactspeurders in de callcenters niet kunnen?
Moens: Ik denk dat ze de juiste vragen kunnen stellen. Het zal hen ook beter lukken om antwoorden te ontlokken. Patiënten hebben een vertrouwensband met hun huisarts. Bezochten ze een verboden feestje, dan zullen ze dat sneller toevertrouwen aan een huisarts. Tegenover vreemden die vanuit een callcenter bellen doet men dat niet. De echte biechtvaders zijn uitgestorven, maar ik denk dat het zo beter werkt.
Huisartsen zouden ook beter de culturele gevoeligheden kennen. Er valt te horen dat de heropflakkering in Antwerpen zich vooral voordoet binnen de Marokkaanse gemeenschap.
Moens: Mijn Antwerpse collega’s zeggen me dat ook. Het is gewoonweg zo. Je mag niet politiek hypercorrect zijn. Het is geen vingerwijzing. We moeten wel maatregelen treffen. Je kan toch moeilijk een ganse provincie lamleggen omdat er binnen bepaalde Antwerpse wijken een probleem is ontstaan?
Ik denk dat de juristen het eens zijn dat het algemeen belang in dat geval het persoonlijke belang overstijgt.
Professor Van Damme riep vrijdag in het Vlaams Parlement op om de privacyregels niet al te streng op te volgen. Zo wordt er niet doorgevraagd waar covidpatiënten precies geweest zijn.
Moens: De GDPR-regels belemmeren blijkbaar het werk. Ik denk dat de juristen het eens zijn dat het algemeen belang in dat geval het persoonlijke belang overstijgt. Bovendien is er sinds kort een decreet dat stelt dat huisartsen niet gestraft kunnen worden als ze bepaalde patiëntengegevens doorgeven. Die juridische zekerheid hebben ze dus.
De laatste maanden hoorde je af en toe frustraties vanuit de huisartsen over hoe er met hen werd samengewerkt. Is dit een keerpunt?
Moens: In het voorjaar zagen we dat men de huisartsen voorbij is gestapt. Er was bereidheid om samen te werken en daar is weinig mee gedaan. Het is een harde leerschool geweest. Maar ik denk dat de samenwerking nu zal blijven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier