Club Brugge onder de loep: is de piek bereikt?
Elke week neemt Sport/Voetbalmagazine een Belgische club onder de loep. We kijken terug op de lessen van het voorbije seizoen en blikken vooruit op de (transfer)plannen voor het komende jaar. Deze week: de kersverse landskampioen Club Brugge.
Terugkeren naar Jan Breydel met een titel op zijn palmares, twee jaar nadat Verhaeghe en Mannaert hem nog te licht bevonden hadden om Michel Preud’homme op te volgen, veel mooier had Philippe Clement zijn comeback niet kunnen bedenken.
De verwachtingen waren daardoor wel hooggespannen bij het Brugse publiek, dat na vijf seizoenen in de top twee wel wat gewoon was.
Clement maakte er ook een erezaak van om niet te veel in de sporen te treden van voorganger Ivan Leko en stapte meteen af van de driemansverdediging. Zonder de vertrokken Danjuma, Nakamba, Wesley, Denswil en later ook Amrabat koos de Antwerpenaar voor een 4-3-3, met nieuwkomer Okereke als een soort valse negen die ruimte moest creëren voor de loopacties van de snelle flankaanvallers en de infiltraties van Vanaken.
Lees ook: Het rapport van kampioen Club Brugge
Met succes aanvankelijk, want Club raasde door de Jupiler Pro League en plaatste zich na twee voorrondes voor de groepsfase van de Champions League, een uitzonderlijke prestatie voor een Belgische club.
Toch zag de perfectionistische coach nog ruimte voor verbetering, onder meer na twee gelijke spelen tegen Eupen en zijn ex-ploeg KRC Genk. Vooral de kritiek op Okereke, die voor 8 miljoen uit de Serie B werd weggehaald, bleef aanzwellen omdat de spits van speeldag 4 tot speeldag 12 niet meer scoorde.
Zelf was Clement ook niet tevreden over het samenspel voorin. Dennis vond hij te onvoorspelbaar, Tau was te weinig efficiënt, Diatta werd te weinig in stelling gebracht en backs Mata en Sobol of Ricca bleken defensief degelijk maar aanvallend vaak te onzuiver. Daarom haalde Club Brugge nog voor het sluiten van de transfermarkt Mbaye Diagne binnen, een echte targetman.
Club raasde door de Jupiler Pro League, maar toch zag Clement nog ruimte voor verbetering.
Na overleg met de spelers bracht Clement enkele correcties aan in zijn systeem. Sobol schoof wat hoger, Mata werd de derde centrale man achterin, terwijl ‘de valse 9’ plaats moest ruimen voor twee beweeglijke spitsen en een meer offensieve rechtsmidden. Een soort asymetrische 3-5-2.
Een echte datum plakken op die verandering, is moeilijk. De omzetting gebeurde geleidelijk. Clement gooide zeker niet van de ene dag op de andere het roer om. Bovendien gaat het om verschuivingen met pionnetjes van soms maar een paar meter, wat nog maar eens aantoont dat systemen niet meer dan hokjes zijn waarin we tactieken proberen te vatten.
Leko versus Clement
Jupiler Pro League | Leko 17/18 | Leko 18/19 | Clement 19/20 |
Goals + | 2,13 | 2,08 | 2 |
Expected Goals | 1,87 | 1,83 | 1,96 |
Goals – | 1,15 | 1,08 | 0,48 |
Expected Goals – | 1,13 | 1,06 | 0,8 |
Punten | 1,95 | 1,98 | 2,41 |
Expected Points | 1,8 | 1,82 | 2 |
* Stats per 90 minuten
** Bij Leko is play-off 1 telkens meegeteld, terwijl Clement maar aan 29 reguliere speeldagen komt en zijn seizoen dus minder topmatchen bevat.
Als we de drie laatste seizoenen naast elkaar zetten, blijkt dat Club Brugge onder Clement op zo goed als alle vlakken beter presteerde dan onder Leko. Met het voorbehoud natuurlijk dat Clement geen play-offs heeft moeten afwerken.
Toch tekent er zich een duidelijke trend af. Dit seizoen kon vooral de Brugse defensie betere resultaten voorleggen en ook de onderliggende prestatie (de Expected Goals, oftewel de weggegeven kansen) was heel wat beter dan de voorbije twee seizoenen.
Club Brugge gaf minder kansen weg en uiteraard waren de prestaties van Mignolet van een buitenaards niveau, en niet alleen naar de standaarden van de Jupiler Pro League. Met 9,7 voorkomen doelpunten is hij de beste doelman van de vijf Europese topcompetities en Nederland en België samen. Een absolute topprestatie.
Zoals gebleken uit statistisch onderzoek, is een vermindering van het aantal tegendoelpunten belangrijker om meer punten te halen dan het verbeteren van het aantal gemaakte doelpunten. Op dat vlak deden de jongens van Clement het dus uitstekend en dat blijkt ook uit het aantal behaalde punten (en de Expected points).
Beter doen volgend seizoen wordt quasi onmogelijk.
Spitsenprobleem?
In het aanvallende compartiment kan er wel nog progressie geboekt worden, qua resultaten althans. Die lagen dit seizoen lager dan voorheen, terwijl de prestatie in feite beter was. Club Brugge creëerde meer en betere kansen dan onder Leko, maar werkte die slechts op een gemiddelde manier af.
De logische gevolgtrekking is dat Club een echte goalgetter mist. Nieuwkomers Okereke en Krmencik vielen voorlopig tegen. Maar klopt dat wel? Als we de cijfers van Okereke bekijken, blijken die helemaal niet zo slecht. Niemand van blauw-zwart maakte in de competitie meer goals vanuit open spel (met strafschoppen erbij doet Vanaken beter), terwijl de Nigeriaan amper een goeie 1000 minuten op het veld stond.
Club Brugge heeft met Okereke potentieel een nieuwe topschutter in huis.
Vooral de kwaliteit van zijn kansen valt op. Geen enkele speler in de Jupiler Pro League ondernam doelpogingen uit betere posities dan hij. Die hoge kwaliteit van doelpogingen is een goede voorspeller voor zijn doelpuntenproductie op langere termijn.
Als Clement hem na de coronastop opnieuw het nodige vertrouwen kan geven, heeft Club Brugge met Okereke potentieel een nieuwe topschutter in huis.
Michael Krmencik werd in januari in laatste instantie aangetrokken als vervanger, enkele dagen nadat Club een zekere 0-2-voorsprong nog uit handen had gegeven op Kortrijk.
Maar wat de 27-jarige Tsjech al op het veld toonde, beloofde niet veel goeds. In 343 minuten (3x minder dan Okereke) ondernam hij 5 doelpogingen, goed voor 0,4 Expected Goals (20x minder dan de Nigeriaan).
In de wandelgangen klinkt het dat Krmencik niet meer hetzelfde niveau haalt als voor zijn kruisbandblessure van vorig seizoen. Niet onlogisch dus dat Club Brugge blijft hopen om Adolfo Gaich (21) los te weken bij San Lorenzo. Het contract van de Argentijn loopt er in 2021 af en Club rekent erop dat zijn prijs de afgelopen maanden flink gedaald is.
Maar opnieuw ettelijke miljoenen spenderen aan een diepe spits, betekent met zekerheid verlies maken op de 8 miljoen voor Okereke of de 6,5 miljoen voor Krmencik. Toch nog maar even nadenken dus.
Lees ook: Club Brugge, 100 jaar kampioen
Weer een stap hoger?
Nooit eerder haalde een ploeg zoveel punten in de reguliere competitie (70 punten na 29 speeldagen) als Club Brugge dit seizoen. Nooit eerder was de voorsprong zo groot.
Dat de ploeg zelf ook aan zijn top zit, blijkt uit de samenstelling van de kern. Van de 16 spelers die meer dan 1000 speelminuten haalden (in alle competities samen), zijn er maar 5 jonger dan 25: De Ketelaere (19), Schrijvers (23), Okereke (22), Diatta (21) en Dennis (22). En van die laatste twee gaat Club ervan uit dat ze deze zomer vertrekken.
Manager Vincent Mannaert staat dus voor een gigantische uitdaging om op (middel)lange termijn de voorsprong ten opzichte van de concurrentie te behouden en verder te vergroten. Ook Europees tot een echte uitdager uitgroeien, is voorlopig van secundair belang omdat de landstitel meteen 20 miljoen euro oplevert door het rechtstreekse ticket voor de Champions League.
Dankzij ook de enorme inkomsten aan uitgaande transfers, heeft Club Brugge dus wel wat budget te spenderen. Maar om hetzelfde niveau aan te houden, moet blauw-zwart ook een stuk meer uitgeven.
De drie duurste inkomende transfers in de clubgeschiedenis (Okereke, Mignolet, Krmencik) dateren allemaal van dit seizoen en tonen nog maar eens aan hoe moeilijk het is om zelfs voor een hoger bedrag meteen waar voor je geld te krijgen.
Bovendien haalde Club in het verleden spelers vaak al vroeger naar Jan Breydel om hen te laten groeien, zoals met Diatta, Izquierdo of Limbombe en zelfs Dennis. Dat is nu veel moeilijker geworden, al krijgen talentvolle nieuwkomers Badji en Sagna wel kansen bij de beloften.
De aanwinsten moeten nu meteen op niveau zijn en daarom vissen Mannaert en Verhaeghe in een andere vijver. Waar de nieuwkomers voorheen van Sarpsborg, NEC of Zorya Luhansk kwamen, heten de leveranciers nu Liverpool, Viktoria Plzen, Basel of Sjachtar Donetsk.
Voor komende transferzomer laten ze in Brugge voorlopig niet te veel in hun kaarten kijken. Toch mag Club niet te lang blijven teren op de successen van de voorbije jaren. Voor een aantal sleutelposities moeten er deze zomer opvolgers komen.
Met Kossounou hebben ze eventueel een vervanger als Mata zou vertrekken, maar dan nog mag er centraal achterin iemand bijkomen, want op Mitrovic wordt niet echt meer gerekend. Voor de linkerflank wil Club meevaller Sobol definitief vastleggen, maar niet voor de huidige afkoopprijs.
Met Balanta en Rits zit het op ‘positie 6’ wel snor en Vanaken kan ook nog een paar seizoenen doorgaan op hetzelfde niveau, maar voor Vormer moet er dringend een doublure komen. Zijn blessures deden iedereen plots beseffen dat de kapitein niet onsterfelijk is, maar zonder hem vaart het schip toch veel minder vlot (niet in het minst door zijn enorme bijdrage op stilstaande fases).
Met De Ketelaere en Schrijvers beschikt Clement over twee kandidaat-opvolgers, maar de jongste moet nog wat zoeken naar zijn beste positie en in de ex-Genkenaar lijkt de coach niet echt te geloven, ondanks zijn fantastische onderliggende statistieken (meeste balcontacten in de vijandelijke zestienmeter per 90 minuten).
Om Dennis en Diatta te vervangen, moet Club Brugge sowieso de markt op, al wordt Percy Tau mogelijk opnieuw gehuurd. Belofteninternational Openda lijkt niet klaar voor een basisplaats.
Het Brugse businessmodel blijft nog altijd deels steunen op die uitgaande transfers en als het snelle aanvalsduo verkocht wordt, blijven er nog maar weinig spelers over met een mooie verkoopwaarde. Nieuwe talenten halen, blijft dus de grote uitdaging.
Maar misschien kan deze coronacrisis Club wel in het voordeel spelen. Blauw-zwart hoeft niet per se te verkopen en zal Dennis of Diatta ook niet voor minder dan 20 miljoen laten gaan. Zelf kunnen ze misschien wel spelers goedkoper binnenhalen dan in normale omstandigheden. De basisploeg blijft grotendeels behouden en zit aan zijn piek. De enige vraag is: kan met een paar versterkingen de curve nog stijgen?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier