Tactiek voor beginners: de mezzala
Elke maandag legt Sport/Voetbalmagazine een tactisch concept uit, op voorzet van zijn lezers. Vandaag les 3: de mezzala.
Wat houdt de term in?
Mezzala is een Italiaanse term die de laatste tijd erg in opgang is om een bepaald type middenvelder aan te duiden, onder meer door het computerspel Football Manager. Het is een samentrekking van ‘mezza’ (half of helft) en ‘ala’ (vleugel).
Het begrip kan doelen op de specifieke positie van een centrale middenvelder in de enge zin, namelijk aan weerszijde van een verdedigende middenvelder in een driemansmiddenveld, of de rol van een centrale middenvelder in bredere zin, zoals combinaties opzetten met de flankspelers en infiltreren in de halfspaces, zonder de defensieve taken te verwaarlozen.
In Nederlandstalige voetbaltermen noemen we zo’n speler simpelweg een ‘8’. Maar de Italiaanse taal beschikt over een veel uitgebreider vocabularium om posities en tactische rollen te beschrijven, zoals regista of trequartista. Net daarom duiken die termen steeds vaker op.
Wij moeten het stellen met aanvallende middenvelder, eventueel lopende middenvelder, of leenwoorden zoals box-to-boxmiddenvelder (bedankt, Jan Polák), maar die dekken de lading onvoldoende. Het concept mezzala heeft meerdere gelaagde, overlappende en soms zelfs tegengestelde betekenissen. Meer dan alleen een centrale middenvelder die de flank opzoekt, zoals in Football Manager.
Om dit alles juist te kunnen begrijpen, moeten we graven in de geschiedenis van de term en de hedendaagse evoluties.
Van WM naar 4-3-3
Het ontstaan van het begrip voert ons terug naar het Italië van de jaren 30. In die, om andere redenen beruchte, periode was het WM-systeem de standaardopstelling. Achter de drie spitsen speelden toen twee mezzale (het meervoud is dus niet mezzali), min of meer aanvallende middenvelders, die de aanvoer naar de voorlijn verzorgden. Voor de driemansdefensie stonden twee spelers die het etiket intermedio kregen, wat we nu verdedigende middenvelder zouden noemen.
Door de jaren heen geraakte het begrip in onbruik, ook al omdat er in de evolutie van spelsystemen, zoals eerst een 4-2-4 of later een platte 4-4-2, niet altijd plaats was voor een mezzala. Rond de millenniumwisseling wonnen opstellingen met een driemansmiddenveld opnieuw aan populariteit en keerde de mezzala terug als positie.
Die komt vooral voor in een middenveld met de punt naar achter, met één verdedigende middenvelder dus. Een variant met een echte nummer 10 vereist vaak twee controleurs daarachter, waardoor er van een mezzala geen sprake kan zijn.
De grote toename aan tactische varianten van de voorbije jaren zorgt wel voor erg verschillende invullingen van die positie. Afhankelijk van de rol die de ‘6’ speelt, als spelmaker voor de verdediging (de zogenaamde regista) of als breker, verschilt ook de rol van de twee andere centrale middenvelders.
Denk maar aan Gennaro Gattuso, die een groot deel van zijn carrière als ‘8’ naast regista Andrea Pirlo speelde. Hij focuste veel meer op de defensieve taken en kan daarom positioneel wel, maar qua rol niet echt een mezzala genoemd worden. Zijn collega Clarence Seedorf die links van Pirlo speelde, zorgde wel voor combinaties op de flank en speelde goed tussen de linies, maar deed ook defensief zijn job. Dat past al meer bij de bredere betekenis van een mezzala.
Het Club Brugge van Trond Sollied (2000-2005) biedt ook een mooi voorbeeld. Timmy Simons stond als balveroveraar voor de verdediging, terwijl Gaëtan Englebert en Nastja Ceh als ‘8’ verschillende taken kregen. Englebert was meer de loper zonder bal, die ook zorgde voor het evenwicht in de ploeg. Ceh was de technisch meer begaafde van de twee, die combinaties opzette met ploegmaats op de linkerflank en de laatste pass verzorgde.
Een echte ’10’ was hij niet, al deed zijn rugnummer dat misschien vermoeden. Qua posities kan je Englebert en Ceh dus allebei als mezzala bestempelen, qua invulling komt de Sloveen het dichtst bij de bredere betekenis.
De mezzala vandaag
In die opstelling komt de mezzala ook vandaag het vaakst voor: naast een ‘6’, dat kan een breker of een spelmaker zijn, met een box-to-boxmiddenvelder aan de ene kant en aan de andere kant de mezzala die meer de combinaties opzoekt in de halfspace en zorgt voor de creativiteit.
Ook in het huidige Club Brugge vinden we zo’n middenveld met naast Balanta of Rits, de lopende Vormer en de combinerende Vanaken. Al is blauw-zwart in de Belgische competitie zo dominant dat Vanaken veel vaker in de box verschijnt dan een pure mezzala en Vormer veel beter combineert dan een gewone box-to-boxmiddenvelder.
Nog in België kunnen Vadis Odjidja en Sven Kums ook in zekere zin gezien worden als mezzale, al krijgen zij in de ‘Gentse ruit’ zoveel vrijheid dat de term hun manier van spelen niet helemaal vat.
Real Madrid telde met Toni Kroos en Luka Modric zelfs lang twee mezzale naast breker Casemiro, een erg dominante variant. Beiden speelden als een soort ‘8’ die de combinaties verzorgden, maar niet echt voor doel kwamen. Omdat buitenspelers Cristiano Ronaldo en Gareth Bale vaak naar binnen trokken, zochten de mezzale de ruimte op de flank.
Zinédine Zidane moest dit seizoen één mezzala opofferen om de stabiliteit in de ploeg te bewaren en bracht met Federico Valverde een loper in voor Modric of Kroos.
Een voorbeeld van een mezzala naast een regista, een spelmaker voor de verdediging, zien we vandaag onder meer bij Chelsea. Daar zorgt Mateo Kovacic voor de offensieve impulsen, terwijl Jorginho als ‘6’ de opbouw op gang brengt en N’Golo Kanté met zijn loopvermogen voor stabiliteit zorgt als box-to-boxmiddenvelder. Al heeft Kanté bij wereldkampioen Frankrijk ook al gespeeld als breker voor de verdediging, met mezzala Paul Pogba naast hem en lopende middenvelder Blaise Matuidi op de linksbuitenpositie. Een uitzonderlijk geval van een mezzala zonder het typische driemansmiddenveld met de punt naar achter.
U merkt, een term zoals mezzala is altijd meer een kader of een hokje waarin we tactieken proberen te vatten, dan een vaststaande tactische realiteit op zich. En dat maakt voetbal zo mooi, iedereen kan zijn ideeën uitwerken en uitvoeren zoals hij wil, er zijn weinig strikte tactische regels. Hadden we ook maar Nederlandstalige termen om al die ideeën te benoemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier