Ruimtetoerisme geen sciencefiction meer: ‘Een maanbasis zou eind jaren twintig operationeel moeten zijn’
‘Columbus werd uitgelachen toen hij vertelde dat hij een nieuwe route naar India zou verkennen. Zijn tijdgenoten waren er zeker van dat hij met zijn schip van de rand van de wereld zou vallen.’ Sterrenkundige Nancy Vermeulen gelooft rotsvast in interstellair reizen.
Na haar master theoretische fysica werd Nancy Vermeulen lijnpiloot. Maar haar echte doel ligt buiten de dampkring. Ze onderzocht bij het KMI de zonne-irradiantie, leidde een gesimuleerde Marsexpeditie in Utah en haalde als een van de weinige vrouwen de ESA-selectie voor kandidaat-astronauten. Sinds vorig jaar leidt ze privéastronauten op.
Met uw eigen Space Training Academy anticipeert u op het ontstaan van ruimtetoerisme. Wanneer wordt dat een realiteit?
Nancy Vermeulen: Heel binnenkort. Richard Branson van Virgin staat het verst met zijn plannen. Zijn SpaceShipTwo heeft het voorbije jaar twee keer met succes de 80 kilometergrens verkend. Virgin Galactic heeft trouwens al tickets verkocht voor 222.000 euro per stuk. De voorverkoop ligt intussen stil, tot de dag dat Branson zelf als allereerste ruimtetoerist is meegevlogen. Naar verluidt zou dat al gebeuren op 20 juli, de vijftigste verjaardag van de eerste maanlanding.
Ook Jeff Bezos, de baas van Amazon, wil met ruimtetoerisme beginnen. Zijn Blue Origin-programma gaat wellicht volgend jaar van start.
Blijft ruimtetoerisme een privilege voor miljardairs?
‘Je hoeft niet langer miljardair te zijn. Een vlucht met de SpaceShipTwo ligt al binnen het bereik van gewone miljonairs.’
Vermeulen: Je hoeft geen miljardair meer te zijn, een vlucht met de SpaceShipTwo ligt al binnen het bereik van gewone miljonairs. (lacht) De democratisering zal doorzetten met betaalbare ticketprijzen tot gevolg, precies zoals we in de commerciële luchtvaart hebben gezien. In afwachting daarvan kunnen de minder gefortuneerden onder ons er alvast van proeven. In de Space Training Academy kun je een zero gravity flight of paraboolvlucht maken of een Astronaut for a Day-workshop volgen met een sessie in een geavanceerde G-krachtensimulator in het Nederlandse Soesterberg. Mijn 72-jarige moeder was er heel enthousiast over. Mensen van haar leeftijd zullen niet meer de kans krijgen om tegen democratische prijzen naar de ruimte te reizen, maar met zo’n simulator krijgen ze een realistische impressie.
Is de ontwikkeling van ruimtetoerisme wenselijk in het licht van de klimaatproblemen? Een raketlancering pompt veel CO2 in de atmosfeer.
Vermeulen: Dat valt mee, het aandeel in de globale CO2-productie is verwaarloosbaar klein. Ruimtevaart speelt eigenlijk een heel positieve rol in de klimaatproblematiek. Zonder satellieten zouden we ons niet eens realiseren hoe ernstig de situatie is. Het is geen holle slogan: ruimtevaart is een zegen voor de mensheid. Ze draagt bij tot onze kennis van de aarde en werkt verbindend, want de uitdagingen zijn zo groot dat verschillende landen wel verplicht zijn hun krachten te bundelen.
De commerciële ruimtevaart past in dat plaaatje: ze helpt om de inspanningen betaalbaar te maken. Elon Musk mag met SpaceX voor rekening van de NASA satellieten lanceren en het internationale ruimtestation ISS bevoorraden. Vijftien jaar geleden was dat nog ondenkbaar, maar die commerciële dynamiek heeft wel gezorgd voor de ontwikkeling van recycleerbare raketten en een decimering van de lanceerprijzen. Daar profiteren ook de officiële instanties zoals NASA en ESA van. Zo zal de commerciële ruimtevaart de redding van het ISS betekenen.
Hoezo?
Vermeulen: Het ISS is een schitterend voorbeeld van internationale samenwerking waarop de ruimtevaart een patent heeft. Toch zijn de middelen beperkt: het plan is dat het ruimtestation in 2028 zou worden opgegeven en gecontroleerd in de oceaan zou storten. Gelukkig duikt er een alternatief scenario op: commerciële ruimtevaartbedrijven willen in het ISS participeren. Ze zouden extra modules aankoppelen, deels voor ruimtetoerisme en deels voor research door industriële partners. Daardoor kan in sommige van de oorspronkelijke modules het wetenschappelijk onderzoek voortgaan. Het is nog niet zover, maar het zou een ideale deal zijn die mijn punt illustreert: commerciële spelers kunnen een boost geven aan officiële ruimteagentschappen, zodat die zich op hun kerntaken kunnen toeleggen: de deep space onderzoeken en exploreren. Daar ligt onze toekomst. ‘De mens moet zich ontwikkelen tot een planeetverkennende soort.
Hoe ziet u die verovering?
Vermeulen: We moeten eerst terug naar de maan. De race is volop aan de gang, met de Amerikanen en de Chinezen als voortrekkers. Dit keer wordt het geen hit-and-runoperatie, we moeten een permanente basis bouwen. Van daaruit kunnen we de volgende stap voorbereiden, een permanente basis op Mars. Daarvoor is nog veel research nodig, technologisch maar ook medisch, psychologisch en sociologisch. Een Marsreis duurt drie jaar. Voor we daaraan beginnen, moeten we heel goed weten wat de impact is op lichaam en geest. Tijdens zo’n reis wordt de groepsdynamiek cruciaal. Anders dan tijdens een low-earth orbit trip naar het ISS kun je bij een probleem niet gauw even Houston inseinen. De toekomstige Marsreizigers zullen volledig op zichzelf aangewezen zijn.
Op welke termijn ziet u de mens op Mars landen?
Vermeulen: De maanbasis zou eind jaren twintig operationeel moeten zijn. Daarna zou het nog zo’n tien jaar duren vooraleer we op Mars staan. Eerst moeten we die planeet grondig verkennen, onder meer om uit te sluiten dat er enige vorm van biologisch leven bestaat dat we door onze komst zouden kunnen verstoren.
Voor alle duidelijkheid: ik geloof niet in terravorming. Mars zal geen kolonie worden met een leefbare atmosfeer die een antwoord biedt op de overbevolking van de aarde. Maar een permanente onderzoeksbasis is zeker haalbaar.
Is de mens bestand tegen een langdurig verblijf op een barre planeet zonder dampkring, met een permanente blootstelling aan dodelijke kosmische straling?
Vermeulen: De omstandigheden zijn erg moeilijk, maar de wetenschap staat niet stil. Kijk naar de hoge vlucht die de biomedische wetenschappen hebben genomen. Wie zegt dat we in de toekomst het menselijke lichaam niet kunnen aanpassen aan lange ruimtereizen? Technieken zoals CRISPR-Cas (waarmee genen eenvoudig kunnen worden aangepast, nvdr) zijn op dat vlak veelbelovend. Ook dat is ruimtevaart: een terrein waar alle mogelijke wetenschappen en technologieën samenkomen en elkaar versterken.
Asteroïden bulken van de zeldzame mineralen. Is het mogelijk die te exploiteren?
Vermeulen: Zeker, en dat zal ook gebeuren. In Luxemburg worden nu al financiële constructies opgezet met het oog op zo’n exploitatie. De asteroïdengordel tussen Mars en Jupiter ligt nog wat veraf, de eerste pogingen zullen zich wellicht toespitsen op dichterbij gelegen asteroïden.
Dat roept natuurlijk ethische vragen op: wie heeft recht op die grondstoffen? Volgens het Ruimteverdrag van 1967 mag de ruimte alleen worden gebruikt voor vreedzame doeleinden en is het verboden er massavernietigingswapens te stationeren. Over de commerciële exploitatie van delfstoffen spreekt het verdrag zich niet duidelijk uit. Dat vind ik een grote bekommernis. We moeten dringend werk maken van internationale regels die bepalen dat die rijkdommen de hele mensheid toekomen.
Raken we ooit buiten ons zonnestelsel?
Vermeulen: Zeg nooit nooit. Columbus werd uitgelachen toen hij vertelde dat hij een nieuwe route naar India zou verkennen. Zijn tijdgenoten waren er zeker van dat hij met zijn schip van de rand van de wereld zou vallen. Ik wil maar zeggen: vandaag klinkt interstellair reizen als sciencefiction, maar er wordt al druk geëxperimenteerd met light sail-technologie, waarbij kleine, vederlichte ruimteschepen van een afstand worden aangedreven door fotonenbundels, afkomstig van laserstralen of van grote schermen die in de ruimte hangen en zonlicht weerkaatsen. Met die technologie kunnen we in twintig jaar naar Proxima Centauri, onze meest nabije ster, toch nog altijd 4,25 lichtjaar verwijderd van de aarde. Dat is mind-blowing. Had je mij dat als tiener verteld, ik zou het nooit hebben geloofd.
Het Japanse ruimteagentschap JAXA doet onderzoek naar een ruimtelift. Het wil een kabel van liefst 96.000 kilometer spannen tussen de aarde en een ruimtestation, dat als tegenwicht dient. Een eerste experiment, met een kabel van koolstofnanobuizen, werd al met het ISS meegestuurd. Vindt u dat een goed idee?
Vermeulen: Het zal nog lang duren voordat de technologie rijp is, maar ik geloof in het concept. Zo’n lift maakt lanceringen veel goedkoper en vooral klimaat- en milieuvriendelijker. Gelet op de spectaculaire ontwikkeling van de ruimtevaart is dat absoluut geen detail.
Dit interview vindt u ook in de special “100 ideeën voor een betere wereld”, waarin toekomstdenkers, wetenschappers en filosofen uitleggen hoe de mensheid er radicaal op zou kunnen vooruitgaan. De special kwam tot stand in samenwerking met Theater aan Zee en is te verkrijgen tijdens het festival (vanaf 31 juli), online of in de krantenkiosk (vanaf 11 juli). Het nummer telt 100 blz. en kost 9,95 euro.
Dossier 50 jaar maanlanding: de maan komt opnieuw in het vizier
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier