Frank De Winne: ‘Een serieuze asteroïde-inslag op aarde is een kwestie van tijd’
Op 12 april 1961 schreef de Rus Yuri Gagarin geschiedenis: hij zweefde als eerste mens buiten onze atmosfeer. Om die historische stap te herdenken wordt elk jaar de Internationale Dag van de Ruimtevaart gehouden. Frank De Winne was een van de twee Belgen die ook dat fenomenale zicht op onze planeet mochten aanschouwen. Momenteel speurt hij als hoofd van het astronautencentrum in Keulen verder de ruimte af. Deze Week zocht hem daar op voor een exclusief interview. “Vroeg of laat ontdekken we een planeet waar de omstandigheden voor leven optimaal zijn. Maar in contact komen met buitenaards leven is niet voor morgen.”
Het cv van astronaut Frank De Winne oogt zonder meer indrukwekkend. Universitaire en militaire diploma’s en doctoraten, vliegopleidingen bij de Belgische luchtmacht en in het Verenigd Koninkrijk, commandant tijdens een NAVO-operatie in de Balkan. Het is maar een korte samenvatting van de vele kneepjes van onze landgenoot. Het belangrijkste om te onthouden: al die kennis en expertise leverden hem in 2002 een plaatsje op in de selectie voor de European Space Agency (ESA). Waar vele kinderen van dromen mocht De Winne zo echt gaan beleven: vanop de Russische basis Bajkonoer werd hij, als tweede Belg na Dirk Frimout, in de ruimte gelanceerd.
Een tweede en langere missie volgde in 2009. Als eerste Europeaan kreeg hij toen het commando over het internationale ruimtestation ISS. Van daaruit maakte hij zelfs radiocontact met de Ierse band U2 tijdens hun tournee in Barcelona. Vandaag staat De Winne aan het hoofd van het astronautencentrum in Keulen.
Naar aanleiding van de Internationale Dag van de Ruimtevaart op 12 april – die dag in 1961 was de Rus Yuri Gagarin de eerste mens die buiten onze dampkring geraakte – zochten we hem daar op.
Frank De Winne is geboren in Gent op 25 april 1961. Hij is getrouwd met Lena Clarke en heeft drie kinderen uit een vorig huwelijk. De Winne woont en werkt in Keulen. Sinds 2012 staat hij er aan het hoofd van het astronautencentrum.
In het kader van de Odissea-missie vloog Frank De Winne in 2002 voor acht dagen naar het ISS. Een tweede missie (OasISS) volgde in 2009. Toen verbleef hij maar liefst zes maanden aan boord van het ISS en kreeg als eerste Europeaan het commando over het internationaal ruimtestation.
Waaruit bestaat de opdracht van het astronautencentrum?
Fundamenteel bestaat die taak uit drie pijlers. We staan in voor de operationele begeleiding van de astronauten, voor, tijdens en na de vlucht. Belangrijk daarbij is onder andere de psychologische en familiale begeleiding. Hier in Keulen krijgen de astronauten en het grondpersoneel ook de basisopleiding. Verder krijgen alle astronauten van het ISS hier ook hun specifieke opleiding voor de Europese elementen en wetenschap aan boord van het ISS. Zo worden ze optimaal voorbereid om in onze Columbus-module te werken. Daarnaast worden de astronauten van hieruit medisch begeleid. Zo zorgen we ervoor dat ze gezonde blijven gedurende de training en tijdens hun verblijf in het ISS. Eenmaal terug op aarde keren ze terug naar Keulen voor een volledige rehabilitatie. Sinds ik in 2012 aan het hoofd kwam, werken we volop aan een vierde kerntaak. En dat is het voorbereiden van de toekomst.
Concreet, welke missies behoren tot die toekomst?
De hoop is groot dat we in 2022 voor het eerst een Europese astronaut aan boord van het Chinese ruimtestation zullen hebben.
Vorig jaar heeft het European Astronaut Centre (EAC, red.) een gezamenlijke training georganiseerd. Voor het eerst trainden Europese, Russische, Chinese, Japanse en Amerikaanse astronauten samen. De ESA is een kleine maar betrouwbare partner. Samenwerken zit in het DNA van de Europeanen. De hoop is groot dat we in 2022 voor het eerst een Europese astronaut aan boord van het Chinese ruimtestation zullen hebben. Verder plannen we een duurzame exploratie van de maan. In 2014 keurden de lidstaten de strategie van de ESA goed. We zullen hier in Keulen een Lunar-simulator bouwen. De levensomstandigheden op de maan zullen waarheidsgetrouw nagebootst worden. Zo komt er een habitat die zichzelf continu van energie voorziet zonder daarbij fossiele brandstoffen te gebruiken. Eens dat systeem ontwikkeld is en het lukt op de maan, dan zal die knowhow ook kunnen gebruikt worden op de aarde.
De rush op Mars is ingezet, ook door de ESA. Maar vorig jaar liep de eerste fase van de ExoMars-missie verkeerd af. De Schiaparelli Lander stortte neer op Mars. Tempert deze crash de ambities of was het gewoon een ‘accident de parcours’?
Ik zou het zelfs geen accident de parcours noemen. Het was immers een testmissie en die is voor 95 procent geslaagd. De bedoeling was om de omgevingsomstandigheden tijdens een landing op Mars te onderzoeken en dat is gelukt. Die gegevens hebben we binnengehaald en zullen belangrijk zijn om de volgende stap in 2020 succesvol te laten verlopen. Dan willen we een rover (verkenner, red.) op Mars laten rijden. De crash was te wijten aan een berekeningsfout van de boordcomputer. De hoogte ten opzichte van de Marsoppervlakte werd foutief berekend waardoor de parachutes te snel werden afgegooid en de motoren stopgezet. De oorzaak van die fout kennen we nog niet. Uiteraard moeten we die achterhalen want in 2020 gaat het niet meer om een testmissie.
Geregeld steekt de kritiek, dat ruimtevaart een geldverslindend technologisch speeltje is, de kop op. Wat is eigenlijk het belang van ruimtevaart?
Er zijn geen politieke spanningen in de ruimtevaart. Logisch ook,want vanuit de ruimte zie je geen landsgrenzen.
Mensen gebruiken dagelijks technologieën die dankzij de ruimtevaart ontwikkeld werden. Straks zullen we allemaal live naar de voetbalwedstrijden tijdens het WK in Qatar kunnen kijken. Naar een restaurant rijden of met de wagen op reis gaan doen we, dankzij de gps, heel ontspannen. Als we willen weten wat voor weer het aan de kust zal worden, zoeken we snel de weersvoorspelling op. Zonder de ruimtevaart waren al deze zaken onmogelijk geweest.
Een ander voorbeeld: voor het ruimtestation diende een robotarm ontwikkeld te worden, die met precisie taken kon uitvoeren. Diezelfde technologie wordt gebruikt tijdens robotchirurgie. Als je bekijkt hoe ruimtevaart het leven van de mensen gemakkelijker heeft gemaakt en voor welke medische vooruitgang het heeft gezorgd, is met een jaarlijkse bijdrage van 20 euro per Belg ‘duur’ een relatief begrip. Bovendien zorgt ruimtevaart wereldwijd voor duizenden hooggekwalificeerde jobs.
De ruimtevaart werkt altijd in een internationale context. Voelen jullie de politieke spanningen tussen de grootmachten?
Neen, tussen de verschillende ruimtevaartorganisaties is daar helemaal niets van te merken. Dat is ook onze kracht. Ruimtevaart is één van de elementen die voor stabiliteit zorgen. Deze nauwe en intense internationale samenwerking overstijgt het politieke gebeuren. Zo vlogen de Russen en de Amerikanen in volle Koude Oorlogtijd ook al samen naar de ruimte. Ook tussen de astronauten zijn er geen spanningen. Niet onlogisch, want als je vanuit de ruimte naar de aarde kijkt dan zie je geen grenzen.
Je bent ervan overtuigd dat er buitenaards leven bestaat. Is het slechts een kwestie van tijd voor we bewijzen zullen vinden?
Een serieuze asteroïde-inslag op aarde is een kwestie van tijd.
Rationeel bekeken kan het niet anders. Er zijn meer sterren in het heelal dan zandkorrels op aarde. We speuren met steeds betere telescopen de ruimte af. Vroeg of laat ontdekken we een planeet waar de omstandigheden voor leven optimaal zijn. Maar ook innerlijk ben ik ervan overtuigd dat we niet alleen zijn. Vijfhonderd jaar geleden dacht de mens nog het centrum van het heelal te zijn. Ondertussen weten we dat we slechts een stip zijn. Op de schaal van het heelal zijn we zelfs amper iets waard. Maar in contact komen met buitenaards leven zal niet voor morgen zijn. De dichtstbijzijnde ster ligt immers al op vier lichtjaren.
Tegenwoordig worden we er om de haverklap op gewezen dat de kans op een allesvernietigende asteroïde-inslag niet gering is. Moeten we ons voorbereiden op een impact of is het dat bangmakerij?
Mensen willen overleven. Het is dus erg verstandig om de risico’s te zien. Als je naar de maanoppervlakte kijkt dan zie je aan de vele grote kraters dat een serieuze impact maar een kwestie van tijd is. Bovendien kunnen de gevolgen van een middelgrote impact al gigantisch zijn. In Rusland hadden we enkele jaren geleden het geluk dat het rotsblok in dunbevolkt gebied insloeg. Maar voor hetzelfde geld kwam het op een drukbevolkte stad terecht. Wel ben ik ervan overtuigd dat we in de toekomst de baan van een asteroïde op weg naar de aarde kunnen veranderen. Ook met de ESA speuren we de ruimte af op zoek naar mogelijke gevaren.
Je verbleef twee keer in het ISS. De laatste keer zelfs zes maanden lang. Staat er een nieuwe landgenoot klaar om in de voetsporen van jou en Dirk Frimout te treden?
Ooit zal het er opnieuw van komen maar momenteel zit er geen Belg in het opleidingsprogramma. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat er geen bekwame landgenoten zijn. Om als astronaut geselecteerd te worden, heb je ook een grote portie geluk nodig. Met slechts één vlucht per jaar zijn de plaatsjes natuurlijk duur. Zo werden bij de laatste selectie in 2009 uit de duizenden kandidaten slechts zes astronauten geselecteerd.
Tot slot, zie je jezelf nog naar de ruimte trekken?
Dat is niet aan de orde van de dag. Er staan jonge gedreven astronauten klaar. Maar de goesting is en blijft er. Elke astronaut droomt er immers van om op de maan te lopen. Mochten ze me daarvoor vragen, ik zou geen neen zeggen.
Dit interview werd opgetekend door Niels De Rudder en stond oorspronkelijk in Deze Week. Lees uw lokale editie van Deze Weekhier.
Hoe kun je het tot astronaut schoppen?
Kinderen kunnen ervan dromen om astronaut te worden maar de kans dat die droom uitkomt, is erg klein. Over welke kwaliteiten moet je beschikken?
Frank De Winne: “Uiteraard moet je over een uitstekende gezondheid beschikken. Dat hangt deels van je levensstijl af maar ook van je DNA. Verder is het psychologisch aspect heel bepalend bij de selectie. Je moet in alle mogelijke omstandigheden kunnen samenwerken met verschillende mensen. Iemand met een kort lontje die bij het minste onmiddellijk gaat tweeten, zal dus geen astronaut worden. (lacht) We zoeken mensen met een wetenschappelijke opleiding, die behoorlijk handig zijn. Negentig procent van het werk aan boord gebeurt immers met de handen. Naast motivatie en flexibiliteit moet je
ook geduld kunnen opbrengen. Het is een lang proces. Mijn eerste selectie had ik al in 1989. Pas dertien jaar later beleefde ik mijn eerste ruimtevlucht.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier