Trees Vandamme
‘Je weet wat ze zeggen: de zomer is altijd een geschikte periode voor oorlog’
Trees Vandamme (22) is een masterstudente Russische Studies aan de KU Leuven. Vorig academiejaar bevond ze zich op uitwisseling in Voronezh, Rusland en momenteel doet ze stage voor de Europese Delegatie bij de Verenigde Naties in New York. Drie maanden lang rapporteert ze Brussel over wat er gezegd werd in de Veiligheidsraad, alsook ons over haar gebeurtenissen in the Big Apple.
De eerste vijf weken zijn voorbijgevlogen en New York City voelt iedere dag vertrouwder aan. Ik wacht niet meer braafjes voor ieder rood licht, maar doe zoals iedereen aan jaywalking. Op de metro weet ik intussen ook hoe je snel een strategisch plaatsje bemachtigt en op het werk heeft mijn drukke schema eindelijk wat structuur gekregen.
‘Je weet wat ze zeggen: de zomer is altijd een geschikte periode voor oorlog’
De Non-Proliferation Treaty is geëindigd en een nieuwe conferentieweek rond Small Arms and Light Weapons staat al voor de deur. Gedurende de hele week vinden er op geregelde tijdstippen debatten en vergaderingen plaats rond de ontwikkeling in deze sector. De meest technische details worden onder de loep genomen en zelfs onze Poolse stagebegeleider geeft toe dat hij er niet veel kaas van gegeten heeft. ‘Have fun …’ lees ik in mijn mailbox voor de conferentie in het VN-gebouw aanvangt. Het thema van de dag is ‘Practical Steps to ensure Effectiveness of national marking, record-keeping and tracing systems’. Hij blijkt gelijk te hebben, de presentaties door België en Japan zijn voor specialisten en wapenexperts only. Na enkele verwoede pogingen om mij de verschillende onderdelen van een wapen eigen te maken waar mogelijk een opspoorbaar kenteken geplaatst kan worden, geef ik op. Al spelend met de zes opties van de vertaalknop noteer ik daarna woordelijk wat er gezegd wordt en met hoofdpijn verlaat ik de conferentiezaal. Niet iedere stagedag is even interessant.
De meer politieke kant van het verhaal kan ik gelukkig ook heel rechtstreeks beleven in een wereldstad als New York. Zo bots ik vlakbij Wall Street op een kleine maar hevige anti-Poetin protestmars.
Folklore en traditionele klederdracht
Oekraïense, Georgische, Europese en Amerikaanse vlaggen vullen het plein, alsook talloze spandoeken in de trant van ‘Putin, go home!’. Folkloristische Georgische muziek weerklinkt en kinderen zijn voor de gelegenheid uitgedost in de traditionele klederdracht. Ik vraag me af of de timing iets te maken heeft met de Georgische resolutie omtrent de status van Internal Displaced Persons, die onlangs met ruime meerderheid werd goedgekeurd in de Algemene Vergadering. In dit jaarlijkse rapport wil Georgië de rechten van burgers in Abchazië en Zuid-Ossetië benadrukken. Het hoeft geen geheim dat de Russische president de banden met deze zelfverklaarde onafhankelijke regio’s sterker wil aanhalen, iets wat voor Georgië natuurlijk onaanvaardbaar is. Aan de hand van een indrukwekkende fototentoonstelling vlak naast de Algemene Vergadering, maken ze duidelijk niet akkoord te gaan met de Russische bezetting en de recente installatie van 60 kilometerlange prikkeldraad. Deze snijdt de lokale bevolking reeds sinds de jaren 1990 af van hun basisrechten en het contact met hun families.
In ieder geval heb ik de smaak te pakken en besluit de trein te nemen naar Brighton Beach, een kleine Russische enclave in New York City. Van zodra ik de metro uitstap, voel ik me meteen weer in Rusland. Het plaatje klopt: talrijke Russische advertentieborden, die nog erg Sovjet aandoen. De typische produkti-supermarktjes waar goedkope, Russische delicatessen zoals pelmeni-pasta verkocht worden.
En tot slot zijn ook alle clichés vertegenwoordigd: scheldende baboesjka’s op straat en blondines met panty’s in luipaardmotief en torenhoge hakken.
‘Ik stel Anton de vraag: ‘Wat als uw zoon ooit uit de kast zou komen als homoseksueel?’ Hij antwoordt mij dat die mogelijkheid niet eens bestaat, want zo heeft hij zijn kinderen niet opgevoed. ‘
In een ietwat vuil restaurantje geraak ik aan de praat met twee uitgeweken Russen. Anton, een internationaal zakelijk adviseur, vertelt me dat hij Amerika dankbaar is voor alle kansen die het land hem en zijn gezin gaven, temeer omdat hij in staat was om zijn Russische erfenis te behouden. Die erfenis houdt echter ook de steun in voor Poetin en diens conservatieve ethische waarden. Ik stel Anton de klassieke vraag: ‘Wat als uw zoon ooit uit de kast zou komen als homoseksueel?’. Hij antwoordt mij dat die mogelijkheid niet eens bestaat, want zo heeft hij zijn kinderen niet opgevoed.
Zijn collega Boris gaat akkoord, vooral transseksualiteit vindt hij niet kunnen – Caitlyn Jenner is duidelijk taboe. De huidige koude vrede en de scheefgelopen politieke relaties tussen het Westen en Rusland schijnen hem voor de rest niet veel te deren. Wanneer we het hebben over zijn land van herkomst, straalt hij een en al melancholie uit. Terwijl ik mijn borsj opslurp, steekt hij een lange lofrede af over de grootheid van de Russische kunst en literatuur. Zelfs in het bruisende multiculturele New York, blijft de ondoordringbare Slavische ziel me achtervolgen en intrigeren.
‘Onopvallend in Saoedi-Arabië’
Dit duo is echter maar een voorbeeld van mijn vele ontmoetingen. Op de top van het Rockefeller Center ontmoet ik Sami, een student uit Saoedi-Arabië. Voor de aanvang van zijn tweejarige opleiding Engels aan de Colombia University was hij nog nooit in het buitenland geweest. Hij vertelt me hoezeer deze ervaring hem en zijn mentaliteit veranderd heeft. Hij was altijd al een buitenbeentje, maar nu noemt hij zichzelf ‘liberaler dan ooit’.
Met schrik in het hart kijkt hij dan ook uit naar augustus, wanneer hij New York weer moet inruilen voor zijn conservatieve thuisland. Hij vertelt me zijn strategische plan: onopvallend doen, qua gedragingen niet afwijken van de rest, en intussen in zijn kamer solliciteren voor buitenlandse posities en mogelijkheden. Geld is geen probleem, want ondanks alles voorziet de Saoedische overheid talloze beurzen voor zo’n open, internationale belevenis. Zolang je die liberale waarden maar niet tentoonspreidt wanneer je weer op saoedische bodem bent, is alles toegelaten.
Bij de Europese Delegatie is het intussen een constant komen en gaan van stagiairs. Na een geweldige rooftop party in Brooklyn, schuif ik op vrijdagochtend vermoeid op mijn krappe zeteltje in de Veiligheidsraad. Het duurt echter niet lang vooraleer ik opnieuw één en al oor ben.
‘Een vreemd soort spanning die ik hier nog niet eerder heb waargenomen, vervult de zaal. De reden is de toenemende onrust in het Oosten van Oekraïne.’
Een vreemd soort spanning die ik hier nog niet eerder heb waargenomen, vervult de zaal. De reden is de toenemende onrust in het Oosten van Oekraïne, ondanks de Minsk-akkoorden van februari dit jaar. Twee dagen daarvoor kwamen naar schatting 27 mensen, zowel soldaten als burgers, om het leven bij hevige gevechten in Marinka, niet ver van het separatistenbolwerk Donetsk. Iedereen vraagt zich stilzwijgend af of dit nu een eenmalige uitbarsting van geweld, dan wel de voorbode voor een nieuwe oorlog betekent. Ik moet denken aan wat een Franse diplomaat me enkele weken terug tijdens een vergadering in het oor had gefluisterd: ‘Je weet wat ze zeggen … De zomer is altijd een geschikte periode voor oorlog’.
Na een korte stilte opent de spoedzitting met de gekende hamerslag. Het overleg begint met een live videosessie. Alexander Hug, het plaatsvervangend hoofd van de OVSE-waarnemingsmissie in Oost-Oekraïne, brengt de Veiligheidsraad op de hoogte van de situatie ter plaatse. De vijftien lidstaten, inclusief Rusland, drukken vervolgens hun ongerustheid uit over het recente geweld in en rond Marinka, temeer omdat de bijeenkomst van de werkgroep op 2 juni nog zo veelbelovend was.
Eén land vindt echter niet dat de schuld in zijn schoenen kan geschoven worden en gaat na het betoog van Oekraïne in het verweer. Een verbaal gevecht ontstaat ten slotte tussen de vertegenwoordigers van Rusland en de Verenigde Staten, waarin Vitaly Churkin stelt dat het Russische buitenlandse beleid wel degelijk gesteund is op het Handvest van de Verenigde Naties en dus de universele mensenrechten. Nadat Samantha Power specifiek vraagt waar dan geschreven staat dat Rusland troepen in het Oosten van Oekraïne mocht vestigen, wenst de grootmacht niet meer te reageren op al die ‘onwaarheden’.
Victor Hugo en de secretaris-generaal
Terug op kantoor aangekomen, gieten mijn Duitse collega en ik onze haastige notities in een kort en bondig verslag, dat we vervolgens doorsturen naar mijn stage verantwoordelijke. Niet veel later krijgen we een sms: ‘Thank you, I will send this to Brussels tonight’. Om onszelf te belonen na een lange dag werken, nemen we de metro naar Times Square en gaan we aanschuiven aan de Ticket Booth op Broadway.
Op een centraal scherm verschijnen de meest recente kortingen. ‘Les Miserables, 80 dollar, laatste bod’ roept iemand te midden alle chaos. We slagen erin als eerste van de massa musicalfans aan de kassa te verschijnen en niet veel later hollen we glunderend met onze afgeprijsde tickets naar de voorstelling. Tijdens het spektakel moet ik het bekende verhaal van Victor Hugo indirect linken aan een citaat van Dag Hammarskjöld, de tweede Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties.
‘The UN was not created to take mankind to heaven, but to save humanity from hell.’
Ik geloof dat de tijd van Les Miserables achter ons ligt, maar nog steeds gaat ‘de mensheid’ gebukt onder allerlei vormen van onrecht en is het onevenwicht de wereld nog niet uit.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier