Amerikaanse postdienst moet briefstembiljetten zoeken, maar mist deadline van rechtbank
Het Amerikaanse staatspostbedrijf USPS moet onmiddellijk achtergebleven briefstembiljetten fysiek opsporen in zijn locaties in een aantal staten waar beide presidentskandidaten kans lijken te maken.
Een federale rechter in Washington heeft dat dinsdag op verkiezingsdag in het voordeel van stemrechtgroepen bepaald.
De inspecteurs bij de post ‘moeten ervoor zorgen dat er geen stemmen achtergebleven zijn en dat elk geïdentificeerd stembiljet meteen wordt bezorgd’, besliste rechter Emmet Sullivan. Veel staten tellen alleen stemmen die zijn binnengekomen voordat de stembureaus sluiten. Het gaat onder meer om postkantoren in traditioneel Democratische steden als Detroit, Philadelphia en Atlanta.
Later op dinsdag liet de USPS weten dat het de deadline heeft gemist om de briefstembiljetten op te sporen in zijn locaties. Advocaten die het postbedrijf vertegenwoordigen, stelden dat USPS het bevel van de rechtbank niet zal opvolgen. Het postbedrijf is niet in staat het dagelijkse controleproces te versnellen tegen de deadline, zonder andere activiteiten op de verkiezingsdag ‘significant’ te verstoren, klinkt het in een antwoord aan de rechter, aldus het financieel nieuwsagentschap Bloomberg.
De uitspraak gold voor delen van ‘swing states‘ waar nog niet zeker is wie er gaat winnen, zoals Pennsylvania, Arizona en Florida. Democraten en ook sommige rechters betichten de door de Trump-regering benoemde USPS-topman Louis DeJoy ervan de postdienst bewust minder efficiënt te maken.
Een federale rechter verplichtte USPS in september al alle verkiezingsgerelateerde post met prioriteit af te handelen en zo nodig personeel overuren te laten maken. Onder meer vanwege de coronapandemie hebben veel meer Amerikanen per post gestemd dan vier jaar geleden. Trump stelt zonder bewijs dat briefstemmen verkiezingsfraude in de hand werkt.