‘Teruggaan naar het “oude normaal” is geen optie: bij de volgende pandemie moeten we beter voorbereid zijn’
‘We moeten paraat staan voor de volgende pandemie’, stelt het Leuvense Institute for the Future. ‘De discussie daarover wordt best nu al gevoerd.’
We kunnen niet veranderen wat in het verleden is gebeurd, maar we kunnen wel de toekomst vorm geven. Geïnspireerd door de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, stelt het Leuvense Institute for the Future samen met enkele partners dat de wereldwijde maatschappij Pandemische Paraatheidsdoelstellingen nodig heeft, in een verslag aan de Federale Speciale Parlementaire Commissie voor COVID-19. De ontwikkeling van dergelijke doelstellingen, met duidelijke streefdoelen en specifieke indicatoren, zal beleidsmakers en de maatschappij in het algemeen stimuleren om voortdurend te werken aan de verbetering van de pandemische paraatheid.
Teruggaan naar het ‘oude normaal’ is geen optie: bij de volgende pandemie moeten we beter voorbereid zijn.
Een pandemie is niet alleen een gezondheidscrisis, maar ook een maatschappelijke crisis. De covid-19 pandemie is de meest ontwrichtende crisis die de wereld heeft meegemaakt sinds de Tweede Wereldoorlog. Ze heeft een zware impact op alle aspecten van onze samenleving, en de gevolgen zullen nog lang voelbaar zijn. De soms schrijnende taferelen en getuigenissen tijdens de coronacrisis zullen zonder twijfel in het collectieve geheugen gegrift blijven.
Hoewel er geen duidelijkheid bestaat over de precieze oorzaken van deze pandemie, is de kans groot dat de wereld in de toekomst aan andere pandemies het hoofd zal moeten bieden. De vraag is niet of, maar wanneer dat zal gebeuren en hoe ernstig de situatie zal zijn. Hoe beter de maatschappij hierop voorbereid is, des te kleiner het risico op ontwrichting. Het is daarom van cruciaal belang dat we op pandemies voorbereid zijn. De covid-19 pandemie heeft immers een ernstig gebrek aan pandemische paraatheid aangetoond, zowel in België als in de rest van de wereld, hoewel bepaalde zaken wel goed gegaan zijn.
Meer dan een jaar geleden, in februari 2020, heeft het Leuvense Institute for the Future het Belgische Project Coronavirus Pandemische Paraatheid opgestart met als expliciet doel lessen te trekken uit deze pandemie om beter voorbereid te zijn voor toekomstige pandemies.
Pandemische Paraatheid geeft aan in hoeverre een maatschappij op een pandemie is voorbereid. Dat houdt veel meer in dan het aanleggen van voorraden van beschermingsmiddelen: het betreft een complexe materie met een veelheid aan concurrerende en tegenstrijdige problemen. Om ervoor te zorgen dat de maatschappij zo goed mogelijk blijft functioneren, moeten draaiboeken voor pandemies het juiste evenwicht vinden tussen individuele en gemeenschappelijke belangen, lokale en internationale vraagstukken, schade op korte en lange termijn, de noodzaak om snel in te grijpen en diepgaande reflectie, enz. Bovendien moet men rekening houden met alle aspecten van het maatschappelijke leven, op verschillende niveaus en voor verschillende tijdshorizonten.
Pandemische Paraatheid vergt een transdisciplinaire benadering en een uitwisseling van kennis en ervaringen tussen wetenschappelijke disciplines, academische instellingen en maatschappelijke actoren. Om rekening te houden met de langetermijngevolgen van de pandemie en de genomen maatregelen evenals met de kennis van ondervertegenwoordigde actoren, moet de oefening voortgezet en herhaald worden. Een dergelijke voortgezette aandacht en actie voor Pandemische Paraatheid zelfs nadat de pandemie voorbij is, is niet vanzelfsprekend. Een eerste reden hiervoor is de zogenaamde paradox van de pandemiepreventie: als een maatschappij perfect is voorbereid, zal een pandemie geen verwoestende gevolgen hebben en zal het gevoel van urgentie waarop de inspanningen om zich op een pandemie voor te bereiden gebaseerd zijn, verdwijnen.
Ten tweede is tijd een negatieve factor: aangezien er meerdere generaties kunnen zitten tussen pandemies met een ernstige maatschappelijke impact, bestaat het risico dat beleidsmakers de noodzaak om op een pandemie voorbereid te zijn uit het oog verliezen als de herinnering vervaagt. De maatschappij zou dan weer onvoorbereid zijn op een nieuwe pandemie, en fouten uit het verleden zouden zich herhalen.
Om de paraatheid voor een pandemie voortdurend op te volgen is een langetermijnvisie nodig, met een aantal doelstellingen. Doelstellingen zijn een belangrijk instrument om geleerde lessen in de praktijk te brengen: ze helpen beleidsmakers structuur te geven aan het debat, prioriteiten te stellen en actie te ondernemen door een politiek en juridisch kader te creëren. Ze maken vooruitgang zichtbaar en voorkomen stagnatie.
In navolging van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, stellen wij voor een aantal Pandemische Paraatheidsdoelstellingen (Pandemic Preparedness Goals of PPGs) te ontwikkelen, met Streefdoelen en Indicatoren om constante evaluatie mogelijk te maken en verbetering te stimuleren. Om met de internationale context en met lokale verschillen rekening te houden, dienen de PPGs te worden geformuleerd als internationale overeenkomsten, terwijl de Streefdoelen en de Indicatoren aan de lokale situatie kunnen worden aangepast. Om de vooruitgang op te volgen, kan men op lokaal en internationaal niveau een procedure voor regelmatige herziening voorzien.
Tijdens dit project hebben we reeds belangrijke lessen getrokken uit de in België vastgestelde problemen tijdens deze pandemie, en deze worden nu verder vertaald naar een beperkt aantal PPGs, door telkens verschillende lessen te bundelen. Aangezien een pandemie een crisis is, zijn bepaalde lessen algemeen van aard en kunnen ze dus ook nuttig zijn voor andere soorten crisissen. Sommige lessen kunnen gebruikt worden voor elke acute crisis, terwijl andere enkel op pandemies van toepassing zijn.
Als voorbeeld de volgende twee mogelijke PPGs: “Richt zorg op de mens als geheel – zorg voor geïntegreerd fysiek, mentaal, en sociaal welzijn“; en, “Verbeter en professionaliseer de crisiscommunicatie“. Wij werken aan nog vier andere PPGs. Wat de PPGs ook zullen zijn, ze dienen ontwikkeld te worden door een maatschappijbrede co-creatie oefening, zodat de ganse maatschappij zich achter de doelstellingen kan scharen.
Teruggaan naar het ‘oude normaal’ is geen optie. We moeten bouwen aan een maatschappij met een grotere veerkracht, om stabielere wegen te vinden door de volgende crisis of pandemie. Welke de weg ook is die we als maatschappij kiezen, dergelijke PPGs zullen een broodnodige gids zijn.
We hopen een breed maatschappelijk debat op gang te kunnen trekken om zo een visie op PPGs te ontwikkelen en dit te vertalen naar een uitvoeringsplan. We pretenderen niet volledig te zijn, maar willen benadrukken hoe belangrijk het momentum van de COVID-19-pandemie is: de discussie moet nu van start gaan.
Prof. Anne-Mieke Vandamme namens het ganse Coronavirus Pandemische Paraatheid team, KU Leuven Institute for the Future, Rega Instituut voor Medisch Onderzoek, Leuven, België.
Het Belgische Project Coronavirus Pandemische Paraatheid werd door het Leuvense Institute for the Future, opgezet als een samenwerking tussen KU Leuven (projectleider Prof A-M Vandamme), Vrije Universiteit Brussel (projectleider Prof E Van Hoof) en het Instituut voor Tropische Geneeskunde te Antwerpen (projectleider Prof K Peeters), met financiële steun van de Koning Boudewijn Stichting.
Het volledige verslag aan de Federale Speciale Parlementaire Commissie voor COVID-19 vindt u hier. ).
Lees ook:
– Frank Vandenbroucke over tweede coronazomer: ‘Dit wordt geen cascade van onverwachte uitbraken’
– Ventilatie-expert Bert Blocken: ‘Vaccineren én ventileren: dat is de beste exitstrategie’
– Privacy in coronatijden: ‘Op den duur zijn we niet meer veraf van Chinese toestanden’
– Worstcasescenario’s covid-19: welke noodplannen liggen klaar?
–
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier