Politieke propaganda tijdens de sperperiode: ‘Partijen zullen natuurlijk niets aangeven wat niet mag’
Nu de campagne er bijna op zit, lijsten wij graag nog eens op welke methoden politieke partijen wel en niet mogen gebruiken om potentiële kiezers te bereiken. En wie controleert de partijen? ‘De controle van het reglement gebeurt op basis van de uitgavenaangiftes van de partijen. Die zullen natuurlijk niets aangeven wat niet mag.’
We stootten er allemaal dagelijks op onderweg naar de bakker of fietsend naar het werk: plakkaten met reuzenhoofden en veelbelovende slogans van politieke partijen en hun kandidaten. Maar het blijft niet bij affiches en posters. Elke Belgische brievenbus moet eraan geloven: een tsunami aan partijfolders met als enig doel stemmen ronselen. Online worden we overspoeld door advertenties. Maar politici mogen niet als ongerichte projectielen aan propaganda doen. Er zijn wel degelijk regels die gerespecteerd moeten worden. Al zijn deze niet makkelijk te controleren.
Partijen zullen natuurlijk niets aangeven wat niet mag. En het is moeilijk om diepere controles uit te voeren.
Luk Van Looy, Juridische Dienst Vlaams Parlement
Verkiezingspropaganda, -campagnes en -uitgaven zijn sinds 1989 onderworpen aan een stel regels waar de ‘Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en boekhouding van politieke partijen’ van het federaal parlement over moet waken tijdens de sperperiode. Dat is de periode van vier maanden (vroeger drie maanden, nvdr.) die voorafgaat aan staatkundige verkiezingen. Gedurende deze maanden gelden er striktere regels voor politieke campagnevoering. Ook het Vlaams Parlement beschikt over een controledienst omtrent bovenstaande zaken.
De regels die tijdens die sperperiode gelden gaan van affiches en plakkaten die niet groter mogen zijn dan 4 vierkante meter tot het verbod op het uitzenden van radio- en tv-spots. Ook op de uitgaven van de partijen tijdens die maanden zit een limiet: één miljoen euro per partij, ongeacht of die deelneemt aan één of meer verkiezingen (Europees, federaal, Vlaams).
Uitgaveplafond
Één euro te veel uitgeven, kan sanctioneringsprocedures in gang zetten. Maar de federale en Vlaamse controlediensten kunnen zelf niemand veroordelen. ‘De regels zijn wel afdwingbaar’, zegt Luk Van Looy, jurist bij de Juridische Dienst van het Vlaams Parlement. ‘Zo kan de commissie vaststellen of de regels geschonden zijn waarna de strafrechter eventuele sancties kan opleggen.’ Bij het bepalen van die straf speelt de commissie een adviserende rol.
Maar het systeem is niet zonder zwaktes. ‘De controle van het reglement gebeurt op basis van de uitgavenaangiftes van de partijen. Die zullen natuurlijk niets aangeven wat niet mag. En het is moeilijk om diepere controles uit te voeren’, klinkt het bij Van Looy. Ook het feit dat kiezers tot vijftien dagen na de verkiezingen de aangiftes mogen inkijken maakt het systeem niet minder onfeilbaar. ‘Veel burgers weten niet dat het een mogelijkheid is’, aldus de jurist.
Posters groter dan 4 vierkante meter
Soms wordt de regel rond de grootte van affiches omzeild door twee borden achter elkaar te plaatsen langs een weg.
Luk Van Looy
Naast de voorschriften omtrent het financieel plafond, gelden er ook enkele praktische regels tijdens de sperperiode. Zoals het verbod op uitzendingen van radio- en tv-spots en de maximumgrootte (niet groter dan 4 vierkante meter, nvdr.) van campagneposters. Die affiches mogen niet op commerciële reclameborden plakken, partijen mogen er dus niet voor betalen. De borden mogen niet opgesteld staan langs autosnelwegen (zoals alle andere reclame, nvdr.). Daarenboven is het verboden voor partijen om giften te doen of gratis gadgets uit te delen.
Als de uitgaven van de politieke partijen al zo moeilijk te controleren zijn, dan is de vaststelling van overtredingen van bovenstaande regels nog een ander paar mouwen. De controlediensten, de steden en gemeenten of de lokale politie; niemand lijkt actief bezig met het opsporen van dergelijke inbreuken. ‘Wanneer affiches op een verboden plaats worden gekleefd, behandelen wij dit als vandalisme. Maar posters van fuiven mogen evengoed niet op die plaats hangen’, klinkt het bij de politie van Antwerpen. Zij gaan, net zoals hun collega’s in Hasselt, niet actief op zoek naar overtredingen op vlak van verkiezingscampagnes. Luk Van Looy: ‘Als een burger ons een foto stuurt met een affiche dat te groot is, kunnen wij op basis daarvan wel vaststellen of het over een overtreding gaat.’
Trukendoos
Politieke partijen kennen uiteraard ook de truken van de foor. ‘Soms wordt de regel rond de grootte van affiches omzeild door twee borden achter elkaar te plaatsen langs een weg’, vertelt Van Looy. ‘Als je dan voorbijrijdt, lijkt het alsof het één groot exemplaar is. De controlecommissie sprak zich over zo een geval nog niet uit. Maar volgens de geest van de regelgeving zou het wel als een inbreuk moeten worden geïnterpreteerd.’
Partijen zitten ook niet verlegen om een particulier te betrekken bij hun campagnevoering. Plakkaten in strategisch gelegen tuinen, ramen bedekt in posters en boerenvelden bezaaid met campagneborden. ‘Onze leden en sympathisanten zijn een onmisbare schakel in onze campagnevoering’, horen we bij meerdere partijen wanneer we hen vragen naar hun propagandamethoden. Of het allemaal volgens de regels gebeurt is nog maar de vraag. En blijkbaar is niemand naarstig op zoek naar overtredende partijen.
Digitale campagne
Campagnes worden nu meer en meer via sociale media gevoerd. Je kan er creatiever mee aan de slag gaan en het is ook een stuk meer ecologisch.
Nathalie Debast, woordvoerder Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten
Maar eerlijk is eerlijk, hoewel het er soms sluw aan toegaat in politieke debatten, blijft het gesjoemel met verkiezingspropaganda schijnbaar binnen de perken. ‘Ik heb nog nooit meegemaakt dat een partij veroordeeld werd voor wanpraktijken rond propaganda’, zegt Van Looy. Wat natuurlijk ook het gevolg kan zijn van het feit dat overtredingen moeilijk op te sporen zijn.
In gemeenten als Destelbergen en Bredene hebben de bestuursleden zelfs een gentlemen’s agreement met de plaatselijke politieke partijen. Pas een maand voor verkiezingsdag mogen posters het straatbeeld vervuilen, of er wordt gevraagd om helemaal geen affiches te plakken.
‘Je merkt echt duidelijk dat er vandaag minder geld gepompt wordt in papieren affiches’, zegt Nathalie Debast, woordvoerder van de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten (VVSG). ‘Campagnes worden nu meer en meer via sociale media gevoerd. Je kan er creatiever mee aan de slag gaan en het is ook een stuk meer ecologisch.’
Ook niet onbelangrijk voor partijen: zij botsen sinds 1 januari 2015 niet meer op restricties voor campagne op sociale media. ‘Voor die datum waren internetcampagnes verboden. Denk aan banners op bepaalde websites. Dat mag nu allemaal’, aldus Van Looy.
Wees dus niet verbaasd wanneer u herhaaldelijk een post van het Vlaams Belang of Open VLD tegenkomt bij het scrollen op Facebook, ook al liket u hen niet. Het mag. Net zoals boodschappen in magazines en kranten, op hun websites, stickers op wielklemmen en deelsteps of affiches juist buiten het stembureau op verkiezingsdag. In geval van twijfel, kan u, mits bewijsmateriaal, telkens bij de controledienst terecht.
Sperperiode
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier