Kennis van grammatica valt drastisch terug bij Vlaamse leerlingen
De kennis van de Nederlandse grammatica is bij Vlaamse leerlingen de voorbije 10 jaar sterk achteruit gegaan, vooral op het vlak van zinsontleding. Dat blijkt uit een meting bij zowat 360 leerlingen.
Het gaat om een eerste, verkennende studie die statistisch aantoont dat het taalniveau in het Vlaamse onderwijs erop achteruit gaat.
Vanuit het onderwijsveld komen al langer signalen dat het algemene taalniveau van leerlingen erop achteruit gaat. Maar Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) stelde onlangs dat daarvoor geen harde wetenschappelijke bewijzen bestaan. ‘Dit is het eerste, weliswaar beperkte, longitudinale onderzoek om die vermeende achteruitgang empirisch te testen’, zeggen de onderzoekers, wiens bevindingen in het online tijdschrift Over Taal zijn gepubliceerd.
Volgens de resultaten halen Vlaamse laatstejaarsleerlingen ASO wel degelijk de eindtermen voor spelling en woordsoorten. Maar zinsontleding vormt voor de meeste groepen een probleem. ‘Op tien jaar tijd is de kennis van zinsfuncties drastisch gedaald’, zeggen de onderzoekers. De gemiddelde score zakte van 60 in 2008 naar 40 in 2018, een onvoldoende.
Het onderzoek vergelijkt studenten ASO met een groep met identiek profiel, die de test tien jaar geleden heeft afgelegd. De test beoordeelde spelling, het begrip van woordsoorten en zinsontleding.
Ook in Nederland werden leerlingen aan een test onderworpen. Vlaamse leerlingen scoren over de hele lijn wel een stuk beter dan Nederlandse leerlingen. Meisjes doen het ook nog steeds beter op het vlak van taal, en de achteruitgang is bij die groep ook kleiner dan bij jongens. Leerlingen die Latijn studeren, behalen ook betere resultaten dan niet-latinisten, blijkt nog uit de testresultaten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier