Philipp Bekaert
‘Het gaat niet om de vrijheid een hoofddoek te dragen, maar om de vrijheid van anderen’
Wie het recht opeist om in een Westerse stad een symbolisch beladen accessoire als de hoofddoek te allen tijde en in alle omstandigheden te dragen, mag niet verwonderd zijn dat niet iedereen dat even leuk vindt, schrijft Philipp Bekaert van Liberales. ‘Het gaat niet om uw vrijheid en integriteit, maar om die van anderen.’
Deze brief is een reactie op het opiniestuk van de 22-jarige studente Safâa Achnak: ‘Aan al wie denkt mij te moeten bevrijden van mijn hoofddoek: mijn hijab belemmert mijn vrijheid niet, dat doen jullie‘
Philipp Bekaert krijgt op zijn beurt een repliek van Mieke Berghmans en Pieter De Witte van de faculteit Theologie en Religiewetenschappen van de KULeuven: ‘Waarom een religieuze praktijk beknotten omdat er ooit, ergens elementen daaruit een rol spelen in een gewelddadig conflict?‘.
Geachte mevrouw Achnak
Als ik de kern van uw betoog met uw eigen woorden mag samenvatten, schrijft u:
‘Aan alle politici, vrouwenrechtenactivisten, schooldirecteurs en werkgevers die menen onderdrukte moslima’s te willen bevrijden door een hoofddoekenverbod: jullie redenering loopt mank. (…) Mijn hijab is volgens jullie een symbool van onderdrukking, laat mij even een andere definitie van het woord onderdrukking geven: duizenden jonge meisjes die aan anorexia lijden als gevolg van jullie visie van vrouwenbevrijding: naakte vrouwen, vrouwen die zichzelf plooien naar de noden van de Westerse samenleving, vrouwen die onder druk worden gezet om te voldoen aan de schoonheidsidealen van de media, vrouwen die gebrainwashed worden om mannen fysiek te imponeren. Dit alles leidt tot misnoegdheid over het eigen lichaam. Lang leve de Westerse vrouwenrechten!‘.
Ik zal even niet ingaan op de wij/jullie-tegenstelling, die u aan uw opponenten verwijt maar zelf herhaalt, noch op het feit dat uw tekst druipt van anti-Westerse karikaturen en gevoelens.
Neen, mevrouw Achnak, u mist het punt: het gaat niet om uw vrijheid en integriteit, maar om die van anderen. Niemand belet u uw hoofddoek in de privésfeer of zelfs in de openbare ruimte te dragen. Maar ieder van ons (‘ons’, en daar hoort u ook bij) beseft wel dat wij in bepaalde omstandigheden, die meer te maken hebben met wat men de ‘institutionele sfeer’ zou kunnen noemen, ten opzichte van onze persoonlijke overtuigingen beter een zekere terughoudendheid aan de dag leggen om de vrijheid en integriteit van anderen te respecteren.
Dat geldt bijvoorbeeld voor een ambtenaar achter het loket. Iedereen kent het standpunt van monotheïstische religies over homoseksualiteit. Wat als een homokoppel zijn huwelijk komt aangeven bij een gemeentelijke ambtenaar die door zijn outfit te kennen geeft dat hij of zij dat standpunt zeer letterlijk neemt? Of omgekeerd: moet een gelovige burger worden geconfronteerd met een ambtenaar die een T-shirt of een hoedje draagt met het opschrift ‘God bestaat niet’? Zo iemand werd trouwens op 24 juni 2009 door de politie weggehaald van de openbare galerij van het Brussels parlement.
‘Iedereen moet dit te allen tijde van mij weten’
Dat geldt ook voor leerkrachten en leerlingen (of studenten en docenten) in hun leeromgeving. Ik weet uit ervaring dat mijn studenten heel anders over geopolitiek of over de religiekritiek in Goethes Faust praten als er een of twee gesluierde dames mee in de zaal zitten. Hoe kan dat? ‘Afficheren’ of ‘ostentatief zichtbaar maken’ is iets helemaal anders, en wordt als agressiever ervaren, dan ‘er gewoon over praten’, het maakt een dialoog zeer moeilijk omdat het een persoonlijke overtuiging van absolute aard (‘Ik geloof dat God bestaat, en dat Mohammed zijn profeet is’) van begin af als absoluut presenteert (‘iedereen moet dit te allen tijde van mij weten’).
Het is een simpel psychologisch mechanisme, dat trouwens in een veel extremere context door de nazi’s werd gebruikt: SA-studenten stoorden de lessen niet, ze kwamen gewoon in SA-uniform naar de les. In de meeste gevallen volstond dat om kritische stemmen in de collegezalen te doven. Voor de duidelijkheid: de gesluierde studenten waarover ik het had, hadden zeker niet de bewuste bedoeling andere studenten het zwijgen op te leggen, maar toch was dat het effect.
En juist dat moet in een onderwijsinstelling worden vermeden, want alle ideeën moeten kunnen worden bekritiseerd. U vraagt respect voor uw religie, en – met alle respect – dat is onzin, want of het u bevalt of niet: religie is een idee, meer niet. En uw hijab is een accessoire bij die idee. Van kleren, maar ook van ideeën (en dus van religie) kunt u veranderen. Vandaar dat in een democratie enkel mensen respect verdienen, ideeën (en kleren) niet. Ideeën zijn er om bekritiseerd te worden. U zult er moeten aan wennen, zoals wij allen.
Geafficheerde deugdzaamheid
De islam als religie is bekritiseerbaar, dat is absoluut normaal en het is ook goed zo. Wees niet verwonderd dat sommige mensen uw hijab niet op prijs stellen. U kunt niet doen alsof de wereld om ons heen niet bestaat.
Ten laatste sinds 11 september 2001 weten we dat er in naam van een radicale islam wordt gemoord, met voorkeur Westerlingen. In sommige Duitse steden loopt er nu een illegale sharia-politie rond. Die waakt erover dat vrouwen zedelijk gekleed zijn.
Gemeenschappelijk aan alle aanhangers van die politieke en radicale islam is het bepleiten van het dragen van de hoofddoek. Vele moslims beleven hun geloof zonder uiterlijke tekens ervan tentoon te dragen, maar u besloot een symbolisch geladen kledijaccessoire te dragen. Daardoor draagt u willens nillens bij tot het verspreiden van een klimaat van geafficheerde deugdzaamheid en bigotterie, dat nefast is voor de vrijheid van vrouwen die géén hoofddoek dragen.
Want de hoofddoek is, of u het wil of niet, wel degelijk symbolisch geladen. Ook voor mij, en ook voor u (anders zou hem niet altijd en overal willen dragen, en er geen opiniestuk aan besteden). Ik verdenk er u niet van dezelfde symboliek in uw hijab te plaatsen als een salafist of een IS-jihadist, maar het is van een grove naïviteit een symbool te dragen dat uw eigen interpretatie ervan overstijgt. Sinds ayatollah Khomeini is de hijab één van de meest populaire anti-Westerse symbolen. Als u het recht opeist om in een Westerse stad zo’n kledijaccessoire te allen tijde en in alle omstandigheden te dragen, wees dan niet verwonderd dat niet iedereen dat even leuk vindt. De gevoeligheden van andere mensen zijn de uwe waard.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier