Grondwetspecialiste Patricia Popelier (UA): ‘Pandemiewet niet klaar? Dan opnieuw met volmachten’
‘Het is onbegrijpelijk dat deze meerderheidsregering zo’n aversie heeft voor het parlement’, zegt professor grondwettelijk recht Patricia Popelier (Universiteit Antwerpen).
Annelies Verlinden (CD&V) staat stevig in haar schoenen. Het lijkt de minister van Binnenlandse Zaken uitgesloten dat de juridische kritiek uit Nederland op de avondklok ook in België voet aan wal zet. ‘De Raad van State heeft al uitdrukkelijk geoordeeld dat de coronamaatregelen een voldoende wettelijke basis hebben, ook in het kader van de avondklok’, klonk het dinsdag.
In ieder geval blijft het opmerkelijk hoe de hele Nederlandse politiek in actie schoot na de uitspraak van welgeteld één rechtbank over de avondklok. Een spoedwet werd dinsdagavond al ondertekend door de koning en naar de Raad van State gezonden. Ook de volgende stappen verlopen in hoge snelheid.
Professor grondwettelijk recht Patricia Popelier (UA) kijkt met grote ogen naar de verschillen met onze noorderburen. ‘Bij ons is er gewoon géén debat’, zegt ze. ‘En dat vinden we allemaal prima, ook de Raad van State.’
En dat terwijl de Nederlanders wél een parlementair debat organiseerden rond de avondklok. Bovendien hebben ze een coronawet. Hoe kon die uitspraak dan toch gebeuren?
Patricia Popelier: In Nederland is de wet heel gedetailleerd. De regering kan de avondklok invoeren, maar enkel als er spoedeisendheid is. Bovendien moet het parlement achteraf akkoord zijn. Nu is men weliswaar naar het parlement gegaan, maar enkel voor een debat. Als je dat kan doen, zo dacht de rechter, dan kan je ook een nieuwe wet maken.
Wij hebben noch een coronawet, noch een parlementair debat. Wat zegt dat over ons?
Popelier: Dat wij er enorm licht over gaan. De Raad van State gaf legitimiteit aan twee maatregelen: de sluiting van de horeca en de avondklok. Volgens de Raad is er immers een wettelijke bepaling waarmee de regering locaties kan evacueren bij heel dringende gebeurtenissen.
De regering denkt misschien dat ze juridisch gedekt is, maar dat is niet zo.
Wankelt de avondklok dan niet bij ons?
Popelier: De avondklok staat hier vrij stevig. Voor alle duidelijkheid: ik volg de redenering van de Raad van State niet, maar de avondklok valt wel onder dat evacuatie-argument. Bij de mondmaskerverplichting is dat minder het geval. Het is geen toeval dat een Brusselse politierechter een persoon die geverbaliseerd was wegens het niet dragen van een mondmasker de vrijspraak gaf. De regering denkt misschien dat ze juridisch gedekt is, maar dat is niet zo.
Nemen Nederlandse rechters de democratische grondslag van het coronabeleid ernstiger?
Popelier: Ja, in Nederland nemen ze dat heel ernstig. Bij ons is die grondslag wankel, maar men besteedt daar amper aandacht aan. Nochtans heeft de rechter meer armslag als er geen solide wettelijke basis is. En toch maakt de Raad van State daar geen gebruik van.
Is die situatie onveranderd gebleven sinds het begin van de coronacrisis, nu bijna een jaar geleden?
Popelier: We zien wel degelijk een evolutie. De Raad van State gaat vandaag sneller naar de grond van de zaak.
Maar hoelang kan de avondklok dan overeind blijven? Zeker nu de belangrijkste coronacijfers op een plateau blijven?
Popelier: Dat is een goed punt. Herinner u dat de eerste uitspraken pas tijdens de exitfase kwamen. Nu moet de regering echte keuzes maken. Neem de heropening van de kappers: door enkel die beroepsgroep te laten heropstarten, maakt men zich kwetsbaar voor discriminatie. Bovendien blijft het problematisch dat een minister maatregelen uitvaardigt via ministeriële besluiten.
De regering brengt het ontwerp van een pandemiewet versneld naar het parlement. Daarmee zou de juridische omkadering van de corona-aanpak rond moeten zijn.
Popelier: Maar gaat dat snel genoeg zijn? Wees er maar zeker van: door de exitmaatregelen zullen er meer procedures worden opgestart. Over een pandemiewet moet nochtans goed gedebatteerd worden.
Welke oplossing is er dan?
Popelier: Als het niet mogelijk is om een serieuze pandemiewet erdoor te krijgen, dan wekt men de bijzonderemachtenwet best opnieuw tot leven.
Met andere woorden: de regering-De Croo zou net als de regering-Wilmès met volmachten moeten regeren?
Popelier: Dat klopt. Het is niet de beste oplossing, maar door die volmachtenwet moet de regering tenminste achteraf naar het parlement gaan voor bekrachtiging. Het is onbegrijpelijk dat deze meerderheidsregering zo’n aversie heeft voor het parlement. Nu blijft men met ministeriële besluiten werken, zonder juridische back-up. Die werkwijze lukt zolang de Raad van State dat legitimeert, maar de regering kan er niet op vertrouwen dat ze die steun blijft krijgen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier