Tommy Browaeys
Statistieken burn-out: ‘Eigenlijk willen we dit niet meer. En toch gaan we door’
Er waren in 2016 bijna 400.000 langdurig zieken. Dat is een record. Kan het zo nog verder? ‘We zijn in een situatie terechtkomen van “ik wil dit (eigenlijk) niet (meer)”. En toch gaan we door.’
De dapperheid van het beestje tovert spontaan een glimlach op mijn gezicht. “Komaan, je kunt het, kereltje.” Ik zie hem volhardend sleuren. Met een tak die flink wat groter is dan zijn eigen kleine vogellijfje probeert hij hoogte te winnen. Het lukt hem pas bij de derde poging. Het doet me denken aan de waaghalzerij van de eerste mensen die met nagemaakte vleugels de grond onder hun voeten probeerden weg te lopen om motorloos te vliegen. Onder een stralende ochtendzon landt de ekster in een boom op amper twintig meter van me vandaan. Met wat kleinere takjes gaat het nadien behoorlijk vlotter. Hij weeft zich te pletter. Dat veilige nestje komt in orde. Het raakt vast en zeker klaar en zal afgewerkt worden met de zachtste pluimveertjes, zodat zijn vrouwlief er nog deze maand haar eitjes in kan leggen. Hij weet duidelijk wat hij wil.
Statistieken burn-out: ‘Eigenlijk willen we dit niet meer. En toch gaan we door’
Ik dank het toeval dat me dit moment van natuurlijke flow gegund wordt. En mezelf dat ik het met aandacht in me opneem en in gedachten even wegfladder. Want mijn gemoed was eerder somber gestemd omdat het opnieuw berichten regent die nog zwarter zijn dan de glanzende vacht van die gevederde nestbouwer. De statistieken tonen nog maar eens aan dat steeds minder mensen erin slagen om de zware klei onder hun voeten, waarin ze om welke reden dan ook vastgezogen geraakt zijn, los te laten en zich vrij te voelen. Bij veel te veel werknemers die zich in hun job ongetwijfeld ooit een vrije vlinder gevoeld hebben, zit de mot er duidelijk in.
Bij veel te veel werknemers die zich in hun job ongetwijfeld ooit een vrije vlinder gevoeld hebben, zit de mot er duidelijk in.
Er waren in 2016 bijna 400.000 langdurig zieken. Dat is kort door de bocht 5% van de actieve bevolking. Een stijging met 5,65% tegenover 2015. Wat me bij de communicatie rond die cijfers opvalt, is de positieve kanttekening dat de aantallen minder snel stijgen dan de voorgaande jaren. Want toen steeg het aantal afhakers met ruim 7%. Tja, dat is relativeren alsof de muzikanten op de Titanic in de nacht van 14 op 15 april 1912 tevreden waren dat het schip tijdens het nummer dat ze speelden wat trager zonk dan bij de vorige melodie. Feit is dat het aantal op vier jaar tijd met een slordige 22% toegenomen is. Ondertussen kost het de overheid jaarlijks maar liefst vijf miljard of 12.500 euro per zieke. Met dat bedrag op tafel zouden de begrotingsgesprekken ongetwijfeld vlotter verlopen.
“Een groot schip kan zinken als gevolg van een klein lek.” (Benjamin Franklin)
Zolang het gat in de romp van een vaartuig niet gedicht is, sijpelt het zeenat naar binnen en zal je moeten blijven hozen om het hoofd boven water te houden. Ik herinner me onze jeugdige capriolen tijdens één van de vele vakanties in het pittoreske Duitse Bollendorf (Südeifel). We zijn er ooit in geslaagd om ons grote luchtbed, dat wat lekgeslagen was, toch een heel eind drijvende te houden door als gekken onze longen in de ventieltjes van een aantal luchtkamers leeg te blazen. En toch moesten we naar de kant, terwijl we niets konden vertellen over wat voor moois er tijdens de achter ons liggende drijfstrook aan ons voorbijgegleden was. We hadden er geen oog… en lucht meer voor.
Bovendien vergisten de stuurlui van het onzinkbare schip zich ruim een eeuw geleden ook aan de ijsberg, die nadien in opleidingen voor sales en managers de meest gebruikte metafoor werd voor de stelling dat niet alles zichtbaar is. Dat er onder de oppervlakte nog een bedreiging schuilt. Vergelijk het met een sluimerend virus dat al in iemands bloed zit, maar nog niet uitbrak. Een fenomeen dat we niet met een griepprik kunnen indijken.
Rimpels worden geassocieerd met veroudering, vergankelijkheid, vermoeidheid en stress. Ze worden dan ook beter weggecamoufleerd zodat je vanbuiten niet meer ziet wat het vanbinnen doet.
Naast de statistieken rond langdurige afwezigheden zie ik namelijk een ander bericht: volgens de Wereldgezondheidsorganisatie wordt depressie de belangrijkste volksziekte. In ons biotoop zou 6% van de inwoners er jaarlijks mee geconfronteerd worden. Een andere opvallende trend waarvan ik niet kan laten die toch even aan te halen is dat blijkbaar steeds meer jongeren zich met botox laten inspuiten om rimpelvorming tegen te gaan. Het zou een normale cosmetische behandeling geworden zijn. Rimpels worden geassocieerd met veroudering, vergankelijkheid, vermoeidheid en stress. Ze worden dan ook beter weggecamoufleerd zodat je vanbuiten niet meer ziet wat het vanbinnen doet. “Rimpels krijg je ook van het lachen hoor”, vertelde een collega me in de kantlijn. Sommigen zijn na verloop van tijd zo verlamd van de botox dat ze niet meer kunnen lachen. Om maar aan te geven dat we met wat lapwerk of pleisters op een houten been geen proces omdraaien.
Tussen de alarmerende cijfers door worden ballonnetjes opgelaten en initiatieven gelanceerd. Politici, werkgeversorganisaties en vakbonden verdringen elkaar voor de camera. Van lovenswaardige en oprecht goede bedoelingen tot electoraal geïnspireerde gebakken lucht. Het modebegrip werkbaar werk gaat ondertussen al een tijd mee en werkgevers kunnen gecontroleerd en – weliswaar beperkt – gestraft worden voor een falende aanpak van burn-out. Afwezigen die zich niet aan de spelregels houden, lopen het risico om naast zichzelf ook hun uitkering te verliezen. Naar mijn gevoel wordt té fel de klassieke kaart van straffen (en belonen?) getrokken in plaats van die van de bewustmaking. Het meest recente politieke voorstel is om langdurig afwezigen een tijd ergens anders aan de slag te laten gaan om te voelen wat die andere wind met hen doet. Een interessante insteek, als je het mij vraagt. Wie dat probeert, moet zich natuurlijk afvragen hoe groot de kans is dat de belemmeringen die hij in de huidige job wegduwt ook daar kunnen of zullen opduiken.
“En piqûres de rappel. Dis comment je m’appelle.’ (Si jamais j’oublie – Zaz)
Daarom vind ik persoonlijk zelfbewustwording het belangrijkste. Ik heb al verschillende keren verwezen naar het feit dat een werkgever via missie, visie, strategie en beleid voor een bepaald klimaat kiest. Dat het – hopelijk – de bedoeling is dat een werknemer zichzelf daarbij ontwikkelt zodat zijn persoonlijk geluk, het rendement op eigen vermogen van de onderneming en het Bruto Binnenlands Product er beter van worden. Wow, de ideale wereld. In de praktijk loopt het wel eens anders. Wij Belgen zijn echter de kampioenen van trouw aan de werkgever. We hebben een contract met de kapitein van het schip en varen de route die hij voor ons uitgetekend heeft. Voor de één is dat de machinekamer, zonder het minste idee van de koers, voor de ander dan weer de kombuis, het dek of de navigatieruimte. En dat het hele traject. Voor wie daarmee tevreden is en er bewust voor kiest, zal er geen vuiltje aan de lucht zijn.
Wij Belgen zijn de kampioenen van trouw aan de werkgever. We hebben een contract met de kapitein van het schip en varen de route die hij voor ons uitgetekend heeft.
Iemand die met een burn-out te kampen heeft – of met een andere vorm van identiteitscrisis want ook fenomenen als bore-out, mentale of fysieke dip en zelfs depressie horen hier voor mij in thuis – heeft op één of andere manier moeite met de rol die hem toebedeeld werd of waarvoor hij (lang geleden) gekozen heeft. Misschien tegen beter weten in, blijft hij zijn geluk in andermans handen leggen. Voor de ijsberg der drogredenen: zekerheid. Ik stel me echt de vraag of we onszelf niet wijsmaken dat we omwille van die zogezegde zekerheid bij de pakken moeten blijven zitten. Als vals voorwendsel om zelf geen keuze hoeven te maken. Het klopt dat we van leidinggevenden mogen verwachten dat ze de tocht voor ons zo aangenaam mogelijk maken. Leg echter niet al je eieren in dat mandje en vraag je af in welke mate je de door hen gekozen richting kunt en wilt veranderen, al dan niet ten koste van jezelf. Het wordt anders namelijk wel eens een gevecht waarvan de uitkomst niet zo fraai is. Waarbij we in een situatie terechtkomen van “ik wil dit (eigenlijk) niet (meer)”. En toch gaan we door. Zonder ons die veel crucialere vraag te stellen: “wat wil ik wel?”. Die mind switch gaat veel dieper dan je denkt, want hij brengt je van een negatieve naar een positieve benadering.
Kijk in de spiegel en stel jezelf de vraag of jij bent wat je momenteel doet. Voelt dat goed?
Breng daarom voor jezelf in kaart wat jouw persoonlijke waarden en kwaliteiten zijn. Noteer wat je energie geeft of wat voor tegenwind zorgt. Durf eens op te schrijven waarvoor jij denkt in deze wereld geboren te zijn: jouw missie. Klinkt zwaar maar is het niet. Kijk in de spiegel en stel jezelf de vraag of jij bent wat je momenteel doet. Voelt dat goed? Prima, dan zit je op koers. Is dat niet zo, kun je jezelf de vraag stellen of er misschien een andere rol voor jou weggelegd is op het schip. Of dat het tijd is voor een andere koers. Een andere drive. Eventueel op een luchtbed, zelfs tegen de stroming in. Je ziet de dingen dan in ieder geval anders voorbijglijden. Onthoud vooral dat je uiteindelijk net als die dappere ekster zelf bepaalt in welk nest jij je eitjes legt.
Daarnaast een oproep aan de wetenschap om de formule van een herinneringsprik te vinden die minder dan 12.500 euro per persoon kost. Als we ons zo herinneren wie we zijn, wordt het ongetwijfeld makkelijker om uit die statistieken te geraken. En we vermijden op termijn via een preventieve in plaats van curatieve behandeling misschien wel dat er zoveel mensen afdrijven richting moeras van langdurige ziekte. Bij de griep heeft het gewerkt, toch?
In zijn boek Wake-up call en op zijn blog deelt Tommy via zijn persoonlijk verhaal tips om de regie van je leven in eigen handen te nemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier