Stilte-beoefenaar Erik Galle: ‘De mens is de stilte verleerd’
Tijdens deze lockdown is het opvallend stiller geworden. In de meeste gevallen is het nu 10 tot 12 decibel stiller dan voor de coronacrisis, stellen akoestici vast. Voor sommige mensen is die stilte allesbehalve evident.
In een experiment uit 2014 van de Amerikaanse University of Virginia waarin aan honderden studenten de keuze werd voorgelegd tussen 15 minuten in alle stilte in een kamer, alleen met zichzelf, of zichzelf bewust pijnigen met elektrische shocks, opteerde maar liefst de helft voor dat laatste. Ze verkozen een pijnlijke ervaring boven de stilte en de verveling waarin hun eigen gedachten vrij spel krijgen.
‘Het lijkt alsof stilte het ergste is wat een mens kan overkomen’, zegt priester en psychotherapeut Erik Galle. ‘Mensen lijken wel vergroeid met hun koptelefoon. Ik vraag me af of hun lichaam dat ding niet mist wanneer ze het toevallig thuis vergeten zijn. Sommigen gaan er zelfs mee wandelen in de natuur. Dat vind ik vreemd. Of je komt bij iemand thuis waar de televisie zonder reden opstaat. In wachtkamers van artsen of ziekenhuizen is ook altijd muziek. Waarom? Ik ben meestal diegene die als de wachtkamer leeg is, de muziek stiekem afzet. Tot grote verwarring van het verplegend personeel. (lacht).‘
Erik Galle kan maar niet zwijgen over de stilte. Hij schreef er het boek ‘Als de stilte roept’ over waarin hij mijmert over wat het mysterie van de stilte met hem doet. De weldaden van het niets zeggen en doen hebben hem in de loop der jaren langzaam weten te overtuigen. Ondertussen kan Galle niet meer zonder zijn dagelijkse ‘1 Uur Stille Tijd’. Elke morgen, om 4 uur, vind je hem in een hoekje van de kamer, zoekend naar de stilte.
Stilte confronteert ons met de leegte en dat maakt ons bang. Mensen die zeggen dat het opzoeken van de stilte een vlucht is, kennen de stilte niet.
‘Stilte is meer dan alleen een gebrek aan decibels of een rustige plek in de natuur, het is een houding, een manier om even bij jezelf in te checken en terug naar de bron te gaan. Als kind speelde ik met een puzzel. Er was één leeg vakje waardoor je letters kon verschuiven. Stilte is voor mij dat lege vakje. Als je dat niet leeg laat, werkt het geheel niet meer.’
Angst voor de leegte
Maar ook een getrainde stilte-beoefenaar zoals Galle kan de stilte al eens vervloeken. ‘Het is elke dag een nieuwe reis’, geeft hij toe. ‘Soms vraag ik me af wat ik in in dat hoekje van de kamer zit te doen…’
Waarom hebben we het zo lastig met de stilte? Waarom gebruiken we in het dagelijkse leven woorden als ‘akelig stil’ of ‘ongemakkelijke stiltes’? En waarom zetten we in hemelsnaam onze koptelefoon op in het park?
Galle: ‘Wanneer je stilvalt, stel je jezelf vragen die dieper gaan, zoals waar gaat het eigenlijk over in het leven? Waarom zit mijn agenda steeds overvol? En wat is écht belangrijk? Dat zijn vragen waar mensen geen antwoord op hebben. Plots is er dat zwarte gat waar confronterende en vervelende gedachten doorsijpelen. Vooral de switch van de rush van de dag naar letterlijk en figuurlijk stilvallen, brengt allerlei gevoelens naar boven die lange tijd onder de radar bleven. Kijk maar naar mensen die zich vervelen en tegelijk geen bereik hebben met hun telefoon. Die combinatie is dodelijk. Stilte confronteert ons met de leegte en dat maakt ons bang. Mensen die zeggen dat het opzoeken van de stilte een vlucht is, kennen de stilte niet. Het is net datgene waar je voor zou willen vluchten, dat in de stilte boven komt drijven.’
Ritmestoornissen in de maatschappij
De hedendaagse wereld waarin we leven maakt het ons niet makkelijk om de stilte te omarmen. Hoe meer we in de greep raken van de prikkelrijke samenleving, hoe akeliger de stilte immers wordt. Galle begrijpt dat maar al te goed: ‘Onze cultuur zorgt dat onze aandacht voortdurend naar alle kanten schiet. Ik las onlangs dat jongeren gemiddeld om de 12 minuten naar hun smartphone kijken. Ze zijn soms met drie schermen tegelijk bezig. Als je nooit de prikkels kunt afzetten, creëer je een prikkelverslaving. Maar wat gebeurt er als je die prikkels wegneemt? Kan je dan nog luisteren naar iemand? Of naar jezelf? Is interactie altijd de enige optie?’
Reageer je niet onmiddellijk op een e-mail, dan is dat tegenwoordig bijna hetzelfde als een overlijdensbericht.
Een stuitend voorbeeld van een cultuur waarin leegte geen plaats meer heeft, is niet meer kunnen wachten, vindt Galle. ‘Natuurlijke ritmes vragen hun tijd. Maar als wij iets willen, dan willen we het nu. Reageer je niet onmiddellijk op een e-mail, dan is dat tegenwoordig bijna hetzelfde als een overlijdensbericht. Ik ervaar het als een soort ritmestoornis in onze maatschappij. We verlangen dat de dingen die we voor 23 uur bestellen de volgende dag al in huis hebben. Die mentaliteit maakt me wat bang. Ook bij een heftige gebeurtenis is het de natuurlijke gang van zaken dat je even gaat neerzitten. Maar de mensen zijn dat verleerd. Wanneer je overvallen wordt door droevig nieuws, is het toch niet meer dan normaal dat je even moet bekomen? Doe je dat nooit en blijf je maar doorgaan, loop je jezelf voorbij en trekt je lichaam er misschien zelf de stekker uit. Het is pas als je stilvalt, dat je merkt welke gevoelens je verdringt. Als je steevast de leegte blijft opvullen, borrelt op de duur een gevoel van onbehagen op. Je beseft dat je iets mist, maar je kan de vinger niet op de wonde leggen.’
Mindfulness als koude douche
Ga zeker niet zomaar een hele week lang in je eentje in een abdij gaan zitten.
Volgens Galle is het net die ondefinieerbare wonde die ervoor zorgt dat mindfulness, yoga, zenboeddhisme en een minimalistische levensstijl de laatste tijd aan een opmars bezig zijn. Zelfs de gastenverblijven van abdijen zitten eivol. Hoewel confronterend, trekt de stilte dus ook aan. Al vindt Galle een intensieve stilteretraite geen must.
‘Mensen willen, zoals zoveel in onze prestatiemaatschappij, bedreven worden in de stilte, maar stilte is nu net geen prestatie’, klinkt het. ‘Naar de stilte kan je niet reizen, stilte zelf is de reis. Ga zeker niet zomaar een hele week lang in je eentje in een abdij gaan zitten. Het gevaar bestaat dat er een tsunami van gevoelens over je heen komt en dan kan je maar beter iemand naast je hebben. Als je traint voor een marathon, ga je ook niet meteen 10 km lopen. Laat de stilte geleidelijk aan binnen in je leven. Een koude douche kan stimulerend werken, maar doe het niet te bruusk.’
Maar hoe pak je dat dan concreet aan, die stilte? ‘Je hoeft heus niet zoals ik op een ontiegelijk vroeg uur op te staan om de stilte te vinden. Probeer het eens vijf minuten doorheen de dag. Je zal zien dat er zelfs al met die kleine stiltemomenten iets me je gebeurt. Je mag nog zoveel praten over de stilte, maar eigenlijk begrijp je het pas als je het zelf beleeft. Je ervaart dat je als mens niet almachtig bent en niet alles hoeft te kunnen. De stilte ontmaskert die illusies over jezelf en zet je met beide voeten op de grond. Dat is verfrissend en verademend. Door de leegte aan te gaan, komt er ook een stukje openheid voor iets wat buiten jezelf ligt. Je wordt aandachtiger voor de wereld rondom jou. In de stilte is iedereen gelijk. Het werkt verbindend, ook al wordt er niet gesproken. Neem me mijn stilte af, en ik ben niet meer dezelfde persoon.’
Als de stilte roept, Erik Galle. ISBN 9789085285281. Uitgeverij Halewijn
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier