Ursula von der Leyen en Didier Reynders verdedigen zich tegen de kritiek op de Europese aankoopstrategie voor de vaccins.
Nog geen jaar nadat de Wereldgezondheidsorganisatie de uitbraak van het coronavirus uitriep tot een wereldwijde pandemie, zijn in de EU drie vaccins tegen het virus toegelaten. En er zijn er meer op komst.
De ontwikkeling van een vaccin neemt gewoonlijk tien jaar in beslag. In dit geval heeft het ons slechts tien maanden gekost.
Het eerste vaccin tegen covid-19 waarvoor in Europa een vergunning is verleend, is ook hier uitgevonden, en wordt in de EU op grote schaal geproduceerd.
Via aankoopovereenkomsten hebben wij ontwikkelaars van vaccins vooruitbetaald, niet alleen om capaciteit op te bouwen, maar ook om al te beginnen met de productie. Zodat zij meteen zouden kunnen leveren, vanaf het moment dat het vaccin zou worden goedgekeurd.
Wij hebben 2,9 miljard euro vooraf geïnvesteerd – om nog maar te zwijgen over de vele miljarden die Europa elk jaar investeert in het onderzoek dat dergelijke successen mogelijk maakt. Wij willen dat de Europese burgers van deze Europese investering profiteren.
In totaal heeft de EU 2,3 miljard doses van deze vaccins gereserveerd voor haar burgers en buren. Onze aanpak was en blijft de juiste: eensgezind zijn in de strijd tegen het virus en op Europees niveau optreden tegen een vijand die geen grenzen kent. Vanaf het begin wilden we dat alle EU-landen, ongeacht hun grootte, gelijke toegang tot vaccins zouden hebben.
De Commissie werkte vervolgens nauw samen met de 27 nationale regeringen. In juni is een stuurgroep opgericht. Deze raad komt tot zeven keer per maand bijeen. Informatie wordt continu doorgegeven en beslissingen worden samen genomen.
Na screening van meer dan 100 bedrijven die onderzoek deden naar een vaccin, hebben we er de zes meestbelovende uitgehaald. Afgelopen zomer wist niemand wie de koploper zou worden. We hebben nu drie goedgekeurde vaccins en de drie bedrijven, BioNTech/Pfizer, Moderna en Astra Zeneca, zijn begonnen te leveren. En er komt meer.
Zouden de EU-landen sneller zijn geweest als zij alleen hadden onderhandeld? Wij denken van niet.
Velen die vandaag kritiek hebben op onze Europese aanpak, hebben het over trage besluitvorming. Hadden we sneller kunnen zijn? Zouden de Europese landen sneller zijn geweest als zij alleen hadden onderhandeld? Wij denken van niet. De productie van een nieuw vaccin is een ongelooflijk complexe, soms onzekere taak, die tot productieproblemen kan leiden.
We mogen niet vergeten dat inenten met een vaccin betekent een biologisch actieve stof injecteren bij een gezond persoon. Veiligheid en werkzaamheid zijn dus altijd van het grootste belang geweest. Daarom hebben we geen fases overgeslagen in het toelatingsproces door het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA). Dat proces, dat drie tot vier weken duurt, was een investering in vertrouwen. En dit verklaart ook waarom wij iets later zijn begonnen dan het VK, evenals het huidige verschil in het aantal vaccinaties.
In de EU zijn we eind december begonnen met vaccineren. Nu, vijf weken later, hebben de fabrikanten al ongeveer 20 miljoen doses vaccin geleverd. In België zijn ongeveer 464.000 doses afgeleverd, waarmee meer dan 318.000 mensen zijn gevaccineerd.
Dat is nog steeds niet genoeg, maar het is niet te verwaarlozen. In februari zullen de EU-landen ongeveer 33 miljoen extra doses ontvangen en in maart 55 miljoen.
Meer dan ooit is er behoefte aan transparantie over de bestemming van deze vaccins. Dat is met name het geval wanneer een onderneming haar verbintenissen ten aanzien van de Unie niet nakomt. Daarom hebben wij een transparantie- en vergunningsmechanisme ingevoerd: zo weten we wat is uitgevoerd en zal worden uitgevoerd.
Wij zijn niet van plan beperkingen op te leggen aan bedrijven die hun contracten nakomen. Maar als een bedrijf laat weten dat het een EU-bestelling niet kan uitvoeren, is het legitiem dat wij weten wat het aan anderen levert.
Het lijkt ons belangrijker dan ooit om verenigd te blijven tegen deze gemeenschappelijke en onzichtbare vijand die het virus is.
Terwijl wij het virus bestrijden en in Europa op grote schaal vaccinaties uitrollen, blijft het virus muteren. Wij maken ons zorgen over nieuwe varianten, ook al lijken onze vaccins ze te bestrijden.
We bereiden ons dan ook voor op een scenario waarin het virus niet meer zou reageren op de huidige vaccins.
Daarom hebben wij enkele dagen geleden de CEO’s van vaccinbedrijven en wetenschappers bijeengeroepen. Dat om ervoor te zorgen dat we de evolutie van het virus nauwlettend volgen en dat we gegevens delen. Wij willen nauw samenwerken met wetenschappers en de industrie, zodat wij klaar staan om snel vaccins te ontwikkelen, goed te keuren en te produceren die ook de varianten kunnen bestrijden. Bovenal willen wij de productiecapaciteit in Europa opschroeven. Want vaccins zijn voor het algemeen welzijn en het belang ervan zal alleen maar toenemen.
Onze verantwoordelijkheid eindigt niet aan de grenzen van Europa. De pandemie houdt niet op wanneer de meeste Europese volwassenen gevaccineerd zijn. Daarom hebben we vanaf de allereerste dag gepleit voor een wereldwijde reactie op de pandemie.
De Commissie heeft twee acties georganiseerd waarbij 16 miljard euro is opgehaald. En we hebben geholpen de Covax-faciliteit op te zetten om ervoor te zorgen dat hoge-inkomenslanden investeren in vaccins voor lage- en midden-inkomenslanden. Samen met de lidstaten zijn wij met 870 miljoen euro een van de grootste sponsors van Covax.
Europa, en de wereld, maken door de pandemie zeer moeilijke tijden door. Het lijkt ons belangrijker dan ooit om verenigd te blijven tegen deze gemeenschappelijke en onzichtbare vijand die het virus is.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier