Patrick Engelhart, voorzitter van de Vlaamse Vereniging van Klinische Psychologen (VVKP), reageert op de open brief die een groep psychologen eerder deze week de wereld instuurde in het debat over het al dan niet verplicht maken van vaccinatie.
Onlangs kreeg de expertengroep “Psychology & Corona” uitgebreide aandacht in de media. Dat de communicatie niet bijzonder geslaagd was en door de pers gekaapt werd met titels als ‘Psychologen pleiten voor verplichte vaccinatie’ valt alleen maar te betreuren, al was er was ook een meer genuanceerde weergave in De Standaard.
De gedane uitspraken en de veralgemeningen die in de pers verschenen botsten bij heel wat psychologen op verontwaardiging. Als voorzitter van VVKP werd ik geïnterpelleerd en de open tribune van een aantal collega’s op Knack.be trok mijn aandacht. Er wordt beweerd dat door het advies van de expertengroep onze deontologie, in concreto het zelfbeschikkingsrecht, geschonden wordt en onze deontologie met voeten getreden wordt.
Discussie verplichte vaccinatie: uitspraken expertengroep gebeuren in een maatschappelijke context.
Wie zijn de experten?
De expertengroep ‘Psychology & Corona’ is een onafhankelijke groep die hoofdzakelijk uit academici van de verschillende psychologische faculteiten van het land bestaat. Sinds het begin van de Covid-19-crisis stellen zij teksten op die naar de regering worden gestuurd in het kader van de maatregelen (bvb. de motivatiebarometer). Er wordt veel werk verzet om de geestelijke gezondheid van de Belgen te inventariseren en te pleiten voor het mentale welzijn van de Belgische bevolking in haar geheel.
Bij het lezen van het advies van de expertengroep werd duidelijk dat ze zich oriënteren aan de logica van de WHO, namelijk de vaccinatiegraad globaal verder te maximaliseren om de pandemie te overwinnen. Ze discussiëren de psychologische voor- en nadelen van verplichte vaccinatie en komen tot de voorzichtige conclusie dat er in Januari 2022 meer voordelen dan nadelen zijn aan verplichte vaccinatie mits goede communicatie. Het advies wijst duidelijk op de grenzen van het eigen competentiegebied, gezien “ethische, sociologische, politieke, en medische factoren ook een rol spelen” in zulke beslissingen.
De deontologische code: een vodje papier?
De deontologische code is voor mij het fundament van mijn dagelijks handelen. Op de eerste plaats zijn de principes die erin vervat liggen bedoeld om de cliënten van psychologen te beschermen. Het zelfbeschikkingsrecht gaat erover dat de psycholoog niet oordeelt en respectvol is over de waarden, de opinies en identiteit van mensen die een psycholoog raadplegen. In de klinisch praktijk garandeert het dat de therapieruimte een veilige ruimte is. Terzelfdertijd is er ook de opdracht om mee te denken over de gevolgen van keuzes van mensen. Er is geen verplichting in onze deontologie om het gedrag van mensen ‘goed te keuren’ of om deze niet te confronteren met mogelijke gevolgen van bepaalde keuzes.
De deontologie geeft op heel wat ethische vragen geen eenduidig antwoord, verschillende opvattingen over wat “goed doen” is, zijn daarmee mogelijk. Het laat ons in het ongewisse betreffende waar de grenzen zijn aan vrijheid (zelfbeschikking) tegenover de grenzen om deze te beperken (solidariteit). Hoe men zich hierin situeert is voor mij een ideologische kwestie. De psycholoog in de gezondheidszorg is zich bewust van zijn eigen ideologische voorkeur. Indien zijn handelen erdoor gestuurd wordt is hij transparant daarin.
Voor mij als klinisch psycholoog en psychotherapeut ligt de ethische handeling in de daarbij horende kritische zelfreflectie en een houding van niet weten wat “het goede” is. De prijs van luisteren naar mensen met een andere mening, vermoeiende gesprekken over fundamentele waarden en het overdenken hiervan zijn het logische gevolg van deze keuze.
De uitspraken van de expertengroep gebeuren in een maatschappelijke context, en niet een klinische context. Dat zij vertrekken vanuit de doelstelling van de WHO – de pandemie overwinnen door een maximale vaccinatiegraad te bereiken – is een toelichting van wat voor hen “het goede doen” is. Door dit duidelijk te vermelden kan men hen moeilijk een gebrek aan respect van onze deontologie verwijten.
Vanuit klinische overwegingen kan men inderdaad tot een andere conclusie komen, toch heeft dit dan vooral iets met de vraagstelling te maken. De kritiek dat de communicatie in de pers de drempel voor een aantal mensen naar een gesprek naar een psycholoog kan verhogen en een impact kan hebben op het klinisch werk van psychologen is correct, toch laat juist het verdragen van wat er misloopt in iemands leven en mensen erin bijstaan hoe ermee om te gaan een kernopdracht van klinisch psychologen zijn.
Ik lees dus in de kritiek op het standpunt van de expertengroep eerder een ideologisch dispuut, over wat het “goede doen” is. Namelijk willen wij in onze samenleving meer gewicht geven aan de logica van maximale vaccinatie tegenover een samenleving waar het recht op vrijheid primeert?
Ook ik ben regelmatig bezorgd over de ontwikkeling in onze samenleving, waaronder verruwing, polarisatie en uitsluiting mij het meeste zorgen baren. Dat er tegenspraak komt kan ik enkel toejuichen. Verschillende opvattingen dienen aan bod te komen en verdienen aandacht. Psychologen dienen volgens mij voorzichtig te zijn in hoe ze in de publieke ruimte treden. Laat ons behoedzaam zijn en tegenovergestelde standpunten niet te snel als ethisch problematisch voor te stellen. Onze deontologie is immers geen vod papier.
Patrick Engelhardt is erkende klinisch psycholoog en psychotherapeut. Hij is voorzitter van de Vlaamse Vereniging van Klinische Psychologen (VVKP).
–
–
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier