‘De gevolgen van de jarenlange besparingen bij Defensie voelen we nu pijnlijk hard’, schrijft Nigel Chantrain van Jong VLD.
Vele Belgen vragen zich af waarom het leger niet massaal wordt ingezet in het rampengebied van de watersnood die ons land enkele weken geleden trof. Defensie was en is wel degelijk aanwezig, maar door decennia aan politieke keuzes en een negatieve perceptie heeft ze de laatste jaren te kampen met een groeiend budget- en personeelstekort. De gevolgen daarvan voelen we nu pijnlijk hard. Want Defensie is als een verzekering: je hoopt dat je het nooit nodig hebt, maar als het goed fout gaat ben je blij dat je er één hebt.
Defensie doet wat het kan, met wat het krijgt.
Hervormingen binnen Defensie zijn al lang hard nodig. Maar ondanks het advies van tien aangestelde experten – die een strategische visie moesten actualiseren richting 2030 – blijven Defensie en haar personeel met een grote onzekerheid en gevoel van frustratie achter. Zowel expertise als waarschuwingen van Defensie worden genegeerd.
De buitenwereld ziet nog onvoldoende dat Defensie op haar tandvlees zit. Bij het vallen van het woord bezuinigingen wordt in eender welke sector een oproep tot staken gelanceerd en dat vinden we normaal, maar als militair heb je geen stakingsrechten noch mag je het werk neerleggen of publiekelijk spreken. Opmerkingen over het Defensiepersoneel zoals “Het is hun job,” of “Ze hebben ervoor gekozen,” zijn al te gemakkelijk. Wie kiest voor een job om de veiligheid van zichzelf te riskeren voor de veiligheid van een ander, zou van wat meer respect mogen genieten.
Decennialang werd er bezuinigd en gekapt in budget voor personeel en materiaal. Defensie doet ondertussen wat ze kan, met wat ze krijgt. Deze ‘can do’-mentaliteit heeft ons -sinds de afschaffing van de diensplicht- gebracht tot waar we nu zijn. Bijna 50% minder personeel, maar dubbel zoveel dreigingen en uitdagingen als tien jaar geleden. Een gemiddelde winkelketen heeft meer personeel dan het departement dat instaat voor onze veiligheid.
Opwaardering Defensie
In 2014 werd een opwaardering van Defensie beloofd, maar kort daarna kwam de beslissing om een besparing van 15% op te leggen met bijkomende besparingen op jaarbasis. Men stelt zich dus geen vragen bij die besparingen en vindt zelfs dat we nog te veel belastinggeld aan Defensie spenderen. Defensie staat al onderaan het lijstje van overheidsuitgaven, onder milieubescherming en net boven cultuur.
De reden waarom we niet graag veel geld spenderen aan ons leger komt omdat de impact die Defensie op onze maatschappij heeft niet direct voelbaar is. Bedenk bijvoorbeeld wel dat 90% van onze consumptieproducten over zee komen en die vaarroutes door onze marine beschermd worden. Defensie moet daarnaast regelmatig anticiperen op interne uitdagingen door politieke keuzes, maar moet vaak keuzes maken die de deur openen voor nieuwe problemen op lange termijn.
Door het personeelstekort blijven heel wat diensten onderbemand en geraken sleutelposities niet ingevuld, of worden ze bemand door niet bevoegd personeel. Een duidelijk voorbeeld is de dienst ADIV (Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid) die recentelijk uitgebreid in het nieuws verschenen is. Deze dienst leed al geruime tijd onder een personeelstekort en kaartte dit reeds meermaals aan. Wanneer deze dienst de keuze moet maken – door budgettaire en aan personeel gerelateerde redenen – tussen het volgen van een gekend personeelslid met extremistische gedachten en een gekende bende met plannen en dreigingen aan het huis van een burgermeester, is het vervolg van zo’n verhaal algemeen gekend.
Ook de brand op het schietterrein in Brecht en het dossier-Conings zijn pijnlijke maar voorspelbare gevolgen van het personeelstekort bij Defensie.
Hulp aan de natie is geen kerntaak van Defensie
Gedurende het voorbije jaar heeft Defensie zich sterk ingezet tijdens de covidcrisis en de recente overstromingen in het kader van hulp aan de natie en zal zich steeds blijven inzetten om de veiligheid van de burgers te garanderen. Hulp aan de natie is echter slechts ter ondersteuning van het land en de bevolking, maar is geen kerntaak die Defensie toebehoort. Hiervoor dient onder meer de civiele bescherming, die op haar beurt lijdt aan dezelfde problematiek als binnen Defensie. Steun aan de natie kan een tijdelijke ondersteuningstaak van Defensie zijn, om te dienen als terugvalbasis wanneer civiele bescherming en politie niet kunnen voldoen aan hun taken. Maar ook daar zorgen politieke keuzes voor een nefaste impact op Defensie.
Eén heel zichtbaar voorbeeld zorgt al jaren voor discussie. Hoewel het aanvankelijk een tijdelijke inzet zou zijn, patrouilleren vandaag nog steeds 300 militairen in onze straten en heeft de kostprijs van deze operatie de kaap van 200 miljoen ruim bereikt. De oorzaak hiervan is onder meer de aanhoudende discussie tussen minister van Binnenlandse zaken Annelies Verlinden (CD&V) en Antwerps burgermeester Bart De Wever (N-VA), over de overname van de beveiligingsopdracht in Antwerpen. Een versnelde en uitgebreide overname van de ondersteuningsopdracht door de DAB (Directie Beveiliging) is dus noodzakelijk om zowel onnodige werklast van Defensie te ontnemen en een duidelijk onderscheid te maken tussen de politionele diensten enerzijds en Defensie anderzijds.
Defensie moet zich dynamisch kunnen opstellen en zich kunnen focussen op haar kerntaken zoals strategische steun in conflictgebieden en steun bij een acuut dreigingsgevaar zoals in de korte periode na de aanslagen. Het inzetten van een hoog aantal militairen heeft naast de leegloop die het veroorzaakt wegens desinteresse ook een ander negatief gevolg. Door het inzetten van militairen in de straat wordt er een schaarste gecreëerd van opgeleide instructeurs. Hierdoor komt de training van nieuwe rekruten in het gedrang en dit brengt de voorbereiding van lopende en toekomstige operaties in gevaar. Het gaat zelfs zo ver dat CHOD (Chief of Defense) Viceadmiraal Michel Hofman concludeert dat 41% van de huidig ingezette militairen weinig andere operationele ervaring hebben dan patrouilleren op straat. Dit is onacceptabel en creëert een veiligheidsprobleem op de lange termijn. Het is van cruciaal belang dat de Belgische defensie als deel van de NAVO een operationele en flexibele strijdmacht blijft.
Mag het dan verbazen dat Defensie onvoldoende voorbereid is op andere acute dreigingen? Laat staan voldoende kan anticiperen op de toekomst? Het Defensiepersoneel is uiterst gedreven en getuigt elke dag opnieuw van grote weerbaarheid, flexibiliteit en plichtsbewustheid, maar de kruik gaat maar zo lang te water tot ze barst. Waar Defensie nood aan heeft is een duidelijke toekomstvisie die zowel legislaturen als politieke ideologieën overschrijdt, en het nodige respect biedt aan onze militairen. Als de stiefmoederlijke behandeling van het personeel, en het gerommel in de marge met budgetten blijven duren zal het antwoord op de vraag “Waar is Defensie?” in de toekomst enkel maar onzekerder worden.
Nigel Chantrain is secretaris van Jong VLD Antwerpen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier