Hendrik Vuye & Veerle Wouters
‘De fictie van veiligheid: radicaal zijn is geen misdrijf’
‘De regering-Michel communiceert stoer wanneer het over veiligheid gaat. Alleen, over veiligheid communiceren is iets anders dan veiligheid waarborgen,’ stellen Veerle Wouters en Hendrik Vuye.
Herinnert U zich nog de screening van Tomorrowland? Echt juridisch knoeiwerk van het slechtste soort, schreven we toen. Maar ook politioneel is het knoeiwerk, zo blijkt uit het verslag van Comité P. Tickets op naam van bedrijven worden niet gecontroleerd. Wanneer iemand meerdere tickets koopt, gaat de politie niet na aan wie men de andere tickets geeft. Zelfs de ware identiteit wordt niet gecontroleerd. Men kan dus tickets onder een valse naam bestellen. 33 personen kregen een negatief advies, voor 28 onder hen was dat onterecht, stelt Comité P. Deze screening heeft dus niets bijgebracht aan de veiligheid van Tomorrowland. Men wekt alleen maar een schijn van veiligheid.
De fictie van veiligheid: radicaal zijn is geen misdrijf
Op 30 januari meldt De Tijd dat de privacycommissie een negatief advies uitbrengt over twee ontwerpen van koninklijke besluiten van de ministers Jambon (N-VA) en Geens (CD&V). Bedoeling is om twee terroristendatabanken uit te breiden zodat ze ook info bevatten over potentiële haatpropagandisten om ideologische en politieke motieven. Beide KB’s gebruiken heel vage begrippen. Zelfs het begrip ‘haatpropagandist’ wordt niet eens geduid. Bovendien krijgen allerlei instanties toegang tot die databank: douane, Binnenlandse en Buitenlandse Zaken en zelfs burgemeesters.
We leggen deze bezwaren voor aan minister Jambon in de plenaire zitting van het Federaal Parlement, maar Jambon ontkent alle problemen: ‘Mevrouw Wouters, soms is het goed om informatie uit de krant te halen, maar dat zou het begin moeten zijn van een zoektocht om te bekijken wat er reëel gebeurd is, waarna men dan de krantenartikels aan de feiten zou moeten toetsen’. En hij vervolgt: ‘In uw vraagstelling zat een aantal feitelijke onjuistheden … De burgemeesters hebben geen toegang tot de databank. … Het is ook niet waar dat die databank internationaal gedeeld wordt met anderen. Het is wel zo dat bepaalde sujetten die in die databank voorkomen internationaal geseind zijn en dus ook bij Interpol en Europol terechtkomen. U moet dus wel correcte informatie geven’.
Jambon weet kennelijk niet dat de adviezen van de Privacycommissie reeds beschikbaar zijn en speelt blufpoker. Zijn vergissing is begrijpelijk want de Raad van State publiceert de adviezen maar samen met de teksten waarop ze betrekking hebben. De adviezen van de Privacycommissie daarentegen komen onmiddellijk online. Het zijn die adviezen die we hebben gebruikt voor onze parlementaire vraag (advies nr. 04/2018 en 05/2018).
En wat lezen we in deze adviezen? We citeren: ‘Is er wel over nagedacht dat bv. alle burgemeesters toegang zullen hebben tot al deze nieuwe gegevens en of dit wel relevant/noodzakelijk is? … Uit niets blijkt dat dergelijke cruciale oefening gemaakt werd’. ‘De registratie van persoonsgegevens van betrokkenen in de gemeenschappelijke gegevensdatabank heeft bovendien ook (rechts)gevolgen voor hun vrijheid van beweging, nu de politiediensten onder meer de verplichting hebben om in het kader van hun Europese en Internationale verplichtingen bepaalde gegevens van de geregistreerde personen aan het Schengen Informatie Systeem en Interpol door te geven’. Na Geens en Francken vertelt nu ook Jambon aan de Kamer niet de volledige waarheid, om de uitdrukking van eerste minister Michel te hernemen. Maar in België komen de excellenties hiermee weg in de Kamer, een rondje blufpoker volstaat.
Uit de adviezen van de Privacycommissie blijkt ‘dat het niet (langer) de bedoeling is zich te beperken tot ‘haatpropagandisten’ die in verband staan met Islamitisch terrorisme/extremisme, maar dat het personeel toepassingsgebied integendeel betrekking zal hebben op eender welke vorm van ‘haatpropaganda’ (radicaal islamitisch, radicaal religieus, links extremisme, rechts extremisme, enz …)’. Men wil ‘alle vectoren van radicalisering in onze maatschappij zo goed mogelijk … identificeren’.
Stoer klinkt het wel, maar wat brengt dit bij? Zijn er ecoterroristen die aanslagen plegen? Zijn er anarchisten die bommen plaatsen? Zijn er hier rechtse milities die aanslagen voorbereiden? Neen toch? En waar zijn de Hindoes, Sikhs of getuigen van Jehovah die haat propaganderen? Die bestaan gewoonweg niet. Dit is stoerdoenerij. Hier dreigt een tweede Tomorrowland met onschuldige slachtoffers.
We moeten terrorisme bestrijden, daar zijn we het allemaal over eens. Maar dan moet men aanpakken wat aangepakt moet worden en benoemen wat benoemd moet worden. De terreur die we nu kennen is moslimterreur. Burgers op grond van politieke of ideologische motieven als potentiële terroristen afschilderen, dat kan niet.
Vaak schiet de regering-Michel met een kanon op een mug. Men kondigt straffe maatregelen aan die eigenlijk weinig bijbrengen. Dit is het geval met de zogenaamde woonstbetredingen van huizen waar mensen in illegaal verblijf zich bevinden. De onderzoeksrechter komt hier enkel tussen als ‘stempelrechter’ die toestemming geeft voor de huiszoeking. Van enig gerechtelijk onderzoek is geen sprake. Een gelijkaardige aanpak uit de potpourri II-wet van Koen Geens heeft het Grondwettelijk Hof nochtans in december vorig jaar naar de prullenmand verwezen. Maar Geens, Jambon en Francken trekken geen lessen uit dit arrest.
Laat het duidelijk zijn, wie illegaal op het grondgebied is, moet worden uitgewezen. Maar stoere wetten als die op de woonstbetredingen brengen weinig zoden aan de dijk. Het echte probleem zit elders. Het loopt fout bij de uitwijzingen. In De Morgen verklaart de woordvoerder van een politievakbond: ‘De wegpolitie bijvoorbeeld moet soms tot negen keer na elkaar dezelfde migranten oppakken. Telkens krijgen ze een bevel om het grondgebied te verlaten’. Een ding kunnen we met zekerheid stellen: tot negen keer toe zal de regering-Michel communiceren dat er een geslaagde politieactie is opgezet en dat vele illegalen werden opgepakt. Opgepakt ja, maar uitgewezen neen.
Intussen denkt iedereen dat het probleem onder controle is. In 2016 worden bijvoorbeeld in West-Vlaanderen in de periode juni-september 2.138 illegalen aangetroffen bij politieacties. Daarvan worden er 58 gerepatrieerd – dat is 1,2 procent. De cijfers zijn afkomstig van minister van Binnenlandse Zaken en Veiligheid Jan Jambon in antwoord op een schriftelijke vraag van Barbara Pas (Vlaams Belang). Dergelijke cijfers probeert men met stoere wetten en een gewiekste communicatie te verbergen. Hetzelfde geldt voor de stoere communicatie van gisteren: ‘Er zijn geen transmigranten meer op de snelwegparkings’. Maar waar zijn ze dan wel? Gerepatrieerd zijn ze in ieder geval niet.
Vincent Scheltiens schrijft in een opiniestuk (De Morgen, 26 januari) dat de regering-Michel volop gaat voor een ’tricolore law and order-aanpak’. Minister Jambon huldigt de Rajoy-filosofie: ‘de boel kost wat kost op een conservatief-rechtse leest bijeen houden’. Hier verlaat men alvast het pad van het Vlaams-nationalisme. Toen sommige N-VA’ers in de ballonnetjeszomer van 2016 opperden om de vrije meningsuiting te beperken, schrijft Bart Maddens dat de Vlaamse Beweging en mensenrechten nauw met elkaar verbonden zijn al ware het maar omdat het Belgische staatsapparaat vroeg of laat het Vlaams-nationalisme bedreigt (’t Pallieterke, 8 september 2016).
Law and order heeft grenzen. We moeten lessen trekken uit de amateuristische screening van Tomorrowland. Wetgeving die de privacy beperkt, moet drie principes hanteren: duidelijke gedefinieerde begrippen, proportionaliteit en finaliteit. Dit is zelden het geval in de ontwerpen van de regering. Ooit pleitten Jambon en Francken zelfs voor een databank met vingerafdrukken van alle burgers, wat flagrant in strijd is met de rechtspraak van het Mensenrechtenhof. Woonstbetredingen, mystery calls, camera’s, screening van festivalgangers, … het moet allemaal kunnen. Big brother is watching you. En als het fout loopt, zoals op Tomorrowland, dan horen we de excellenties van de regering-Michel niet.
Vlaanderen is het land van Tijl Uilenspiegel niet het Nineteen Eighty-Four van George Orwell. Laten we het land van Tijl Uilenspiegel blijven want radicaal zijn is geen misdrijf. Benoemen wat moet benoemd worden en aanpakken wat moet aangepakt worden, dat is het devies. Maar net op dit punt schiet de regering tekort.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier