‘Waar blijft de Grote Verbinding bij Moeders voor Moeders?’ vraagt Nahima Lanjri (CD&V). Ze hoopt dat het Antwerps stadsbestuur een bemiddelende rol opneemt om de zaak te ontmijnen.
Toen ik vorige week op weg naar huis via de Helmstraat voorbij de vzw Moeders voor Moeders liep, kreeg ik het even moeilijk. Het was koud en het regende. Dus grijpt het naar de keel als je een lange rij wachtende mama’s ziet staan met hun jonge kinderen op de arm of aan de hand. Stuk voor stuk hulpbehoevende moeders die de kou, wind en regen trotseren om een voedselpakket op te pikken. Ik bedenk me dat het zo echt niet verder kan.
Eerder die week besloot Moeders voor Moeders om prompt haar deuren te sluiten en mensen alleen nog op straat voort te helpen. Dit als reactie op het vonnis van de rechtbank die oordeelde dat de vzw onmiddellijk het verbod op hoofddoeken in bepaalde lokalen van haar gebouw moest opheffen omdat dit discriminatie is. De vzw verbood vrouwen met hoofddoek tot nog toe de toegang tot de dagzaal en het cafetaria waar belangrijke diensten zoals het geven van maaltijden en badjes worden aangeboden. Antwerps schepen Fons Duchateau (N-VA) noemt dat op zijn Facebookpagina een totaal gebrek aan empathie vanuit Unia, de federale overheidsinstelling die na klacht een rechtszaak had aangespannen en het vonnis bekwam.
In onze rechtsstaat moet het vonnis worden uitgevoerd. Doen ze dit niet, dan riskeren ze een dwangsom. Het staat de vzw Moeders voor Moeders vrij hiertegen in beroep te gaan – ook dat is de rechtsstaat – en dat blijkt intussen te zijn gebeurd. Deze beroepsprocedure kan echter nog maanden duren. In die beroepsprocedure is het niet aan ons als wetgevende macht om tussenbeide te komen, maar dat betekent niet dat we nu achterover moeten leunen of hierover zelf geen mening mogen hebben. De rechtbank heeft – wat mij betreft – gelijk. Dat Moeders voor Moeders zich beroept op een gangbare modus vivendi uit de jaren negentig, snijdt anno 2021 geen hout meer. Onze samenleving is met een razende snelheid diverser geworden, het is tijd dat we deze realiteit leren omarmen in plaats van ze te willen bestrijden.
Ik huil echter evenmin mee met de wolven die de voorbije weken allerhande oude dossiers rond Moeders voor Moeders meenden te moeten bovenhalen, om de vzw in een slecht (politiek) daglicht te stellen. Over de vondelingenschuif zijn de meningen verdeeld, maar dat doet hier nu niet ter zake. De vele vrijwilligers van de vzw zetten zich in voor een goede, noodzakelijke zorg en hulpverlening aan hulpbehoevende moeders. Hun waarde kan daarbij nauwelijks onderschat worden.
Maar goed het recht is dus geschied in de rechtsstaat. En dat komt dan ook bij de wetgevende en uitvoerende macht in deze stad op het bord. Ik sta achter de uitspraak van de rechtbank, maar weet evengoed dat het in diezelfde rechtbanken niet vaak tot verzoening komt. Zodra de rechtszaal wordt ingestapt, zitten we al diep in het conflict.
Gezocht: bemiddelaar M/V/X
Daarom ben ik voorstander van bemiddeling. Ik was dan ook erg verbaasd dat het Antwerpse stadsbestuur niet onmiddellijk die rol opnam. Integendeel, schepen Duchateau trok fors van leer tegen één van de twee partijen, Unia die in het vonnis een reden zouden vinden om Moeders voor Moeders aan de schandpaal te nagelen omwille van een hoofddoekenverbod.
De schepen kiest dus partij voor één van de partijen, en tegen de andere. Ik kies partij voor het vonnis, voor het principe dat achter dat vonnis zit. Een principe van non-discriminatie. Dat principe hoeft de twee partijen niet uiteen te drijven, maar dan moeten we daarin samen wel stappen ondernemen. En daar had ik nu net het Antwerpse stadsbestuur verwacht.
De Grote Verbinding
Om te staven dat ik recht heb het stadsbestuur als bemiddelaar te verwachten, diep ik even een document op, dat de basis zou moeten zijn van deze bestuursploeg. Het bestuursakkoord van de huidige meerderheid van N-VA, SP.A en Open VLD. Het document draagt trouwens de titel …. de Grote Verbinding.
En daarin lees ik volgende passage. ”We beschouwen de diversiteit van onze stad als een troef en een uitdaging en kiezen voor een open en solidaire stadsgemeenschap. Diversiteit krijgt een volwaardige plaats in het communicatiebeleid. We gaan op zoek naar wat alle Antwerpenaren verbindt – de Nederlandse taal, de waarden en normen van onze gemeenschap, vooruitgaan in het leven – en versterken zo onze stadsgemeenschap. We binden de strijd aan tegen racisme en discriminatie op grond van gender, leeftijd, levensbeschouwing of religie, seksuele voorkeur, etnisch-culturele achtergrond, ten aanzien van mensen met een beperking… We voeren hierrond een actief sensibiliseringsbeleid en treden actief op tegen discriminatie en racisme.”
Wie zo’n beleidstekst maakt, staat normaal gezien toch open voor dialoog. Zoekt een oplossing voor burgers die met mekaar in conflict zijn geraakt, streeft naar oplossingen die iedereen een goed gevoel geeft.
Om die reden verwachtte ik – verwacht ik nog steeds – dat het stadsbestuur een bemiddelende rol opneemt. Waar blijft de schepen voor Gelijke Kansen, Karim Bachar, in dit verhaal? Waarom zoekt schepen Duchateau onmiddellijk het forum op van vingerwijzen? Waarom polariseren in plaats van verbinden? Waarom kiest men hier niet voor “de Grote Verbinding”en dus voor bemiddeling in deze?
Beste stadsbestuur, zet een bemiddelaar in. Ga na waarom Moeders voor Moeders het nog steeds moeilijk vindt om vrouwen met hoofddoek toe te laten in haar gebouwen. Zij stellen zelf dat ze tegen apartheid zijn, waarom dan kiezen voor aparte ruimtes? Wordt hun vrees voor een wij-versus-zij-gevoel zo niet versterkt? Of zijn ze bang voor onderlinge reacties tussen de moeders? Ik denk dat er anno 2021 al veel verdraagzaamheid en openheid is tussen de Antwerpenaars. Als ze samen in de dagzaal of het cafetaria mogen, zullen de moeders met of zonder hoofddoek, mekaar alleen maar beter leren kennen. Ze zullen merken dat ze allemaal even bezorgde moeders zijn die het moeilijk hebben om de eindjes aan elkaar te knopen, maar weten dat ze ook op steun kunnen rekenen van tal van vrijwilligersorganisaties in de stad, waaronder de vzw Moeders voor Moeders.
De vzw wil de opgelegde dwangsom niet riskeren en heeft daarom de lokalen gesloten voor iedereen. De mama’s staan nu letterlijk in de kou, op straat. En dat kan absoluut niet de bedoeling zijn, noch van het vonnis, noch van de werking.
Als schepen Duchateau met zijn uitspraak Unia al een totaal gebrek aan empathie verwijt, kan hij precies die eigenschap zelf ten volle bewijzen, en zorgen dat alle moeders – mét en zonder hoofddoek – weer welkom zijn in de lokalen van Moeders voor Moeders. Laat het bestuursakkoord geen lege doos zijn, maak in de praktijk werk van de Grote Verbinding tussen Antwerpenaars.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier