‘Op de Internationale Dag van de Vrijwilliger zien we enkele grote uitdagingen om het vrijwilligerswerk van de eenentwintigste eeuw vorm te geven’, schrijven Hendrik Delaruelle en Sven De Loght in naam van het Vlaams Welzijnsverbond. ‘Hoe kunnen we vrijwilligers breder waarderen?’
Als er een groep ten onrechte onderbelicht bleef de voorbije maanden, dan waren het wel de vele vrijwilligers in zorg en welzijn. Ook zij stonden als helden van welzijn mee in de vuurlinie, ook in welzijnssectoren zoals de sector personen met een handicap, jeugdhulp of kinderopvang. Vandaag, op de Internationale Dag van de Vrijwilliger, zien we enkele grote uitdagingen om het vrijwilligerswerk van de eenentwintigste eeuw vorm te geven. We koppelen daar tegelijk enkele prioriteiten aan. Voor de (Vlaamse) overheid, maar we nemen als welzijnssectoren graag ook zelf de handschoen op om vrijwilligers de waardering en de omkadering te geven die ze verdienen.
De onschatbare waarde van vrijwilligerswerk, dat hebben onze mensen op het terrein de afgelopen maanden aan den lijve ondervonden. Enerzijds door hun niet aflatende inzet op het terrein. Ook zij bleven beschikbaar voor kwetsbare kinderen, jongeren en mensen met een beperking. Anderzijds omdat in een deel van de voorzieningen vrijwilligers moeilijker tot zelfs niet konden langskomen. Bezoek en toegang van externen moest noodgedwongen beperkt worden. Bovendien behoorden heel wat vrijwilligers zelf tot een risicogroep. Vrijwilligerswerk is zo een van die verborgen schatten, waarvan je de waarde pas ten volle beseft op een moment dat het wegvalt.
Onderbelichte helden in tijden van corona: ook vrijwilligers zijn stonden mee in de vuurlinie.
Dat brengt ons meteen bij een eerste uitdaging. De vergrijzing onder vrijwilligers is een realiteit, net als in de samenleving in zijn geheel. Dat is op zich geen probleem. De inzet van vrijwilligers met veel levenservaring is meer dan welkom. We stellen tegelijk wel vast dat de instroom van nieuwe, jonge vrijwilligers minder vlot loopt. We kunnen zelfs spreken van een echte war for talent. Veel organisaties komen in een (ongewilde) concurrentiepositie ten opzichte van elkaar terecht in de zoektocht naar vrijwilligers. De vijver wordt niet groter en iedereen blijft in diezelfde vijver vissen. De ten einde lopende ‘bijkluswet’ deed sommige organisaties in een ongezond financieel opbod belanden. Los daarvan blijven vrijwilligers een schaars en kostbaar goed.
Misschien moeten we kijken hoe we vrijwilligers breder kunnen waarderen. Uiteraard moeten hun onkosten op een degelijke manier vergoed worden, maar erkenning is minstens even belangrijk. We moeten vrijwilligers consequent in beeld brengen, hun rol benoemen in de successen die geboekt worden. Zij komen niet in de plaats van beroepskrachten of mantelzorgers, maar hebben wel een volwaardige plaats naast hen.
Bovendien is vrijwilligerswerk veel veelzijdiger dan je zou denken. De coronacrisis heeft een digitale revolutie teweeg gebracht in de sector. Beeldbellen, therapie op afstand, instructievideo’s, het heeft allemaal in recordtempo zijn weg gevonden op de werkvloer. Vrijwilligers die onze beroepskrachten digitaal kunnen ondersteunen, zijn daarom hard nodig. Het zet onze voorzieningen voor een dubbele uitdaging. Digitaal geletterde vrijwilligers rekruteren, maar tegelijk de eigen beroepskrachten bij- en omscholen om die digitalisering in goede banen te leiden. Vrijwilligerswerk in zorg en welzijn is ongelooflijk divers. Van mensen individueel bijstaan, over creatieve vrijetijdsactiviteiten uitdenken tot digitaal innoveren.
Veel mensen willen zich wel engageren, maar hebben vaak geen idee van de vele mogelijkheden die vrijwilligerswerk hen biedt om zich te ontplooien. Een centraal platform waarbij je woonplaats, interesses en capaciteiten snel kunnen gematcht worden met een vrijwilligersvacature in je gemeente of regio, dat zou al veel drempels wegnemen. Het Steunpunt Vrijwilligerswerk lijkt ons het best geplaatst om daar het voortouw in te nemen.
Voor kwetsbare mensen kan vrijwilligerswerk een opstap zijn naar meer zelfvertrouwen, een sociaal netwerk en, wie weet, de arbeidsmarkt. Welzijnsondernemers willen die maatschappelijke rol opnemen en zinvol engagement aanbieden aan wie moeilijk zijn draai vindt in het leven. Bovendien is hun inzet meer dan welkom. Maar het moet wel vrijwillig blijven. We zien vanuit het beleid een steeds grotere druk om mensen, al dan niet met zachte hand, richting vrijwilligerswerk te duwen. Sommige lokale besturen, zeker niet allemaal, koppelen financiële steun aan de bereidheid tot vrijwilligerswerk. Wanneer mensen het gevoel hebben dat ze zich moeten engageren, bijvoorbeeld omdat ze anders hun uitkering dreigen kwijt te raken, gaat de maatschappelijke meerwaarde verloren.
Tegelijk hebben vrijwilligers omkadering nodig en dat geldt des te meer voor mensen in een kwetsbare positie. Het is niet zomaar gratis arbeid. Vrijwilligers zorgen net voor een grote meerwaarde in de ondersteuning van kinderen, jongeren of mensen met een beperking. Het feit dat iemand vrijwillig zijn tijd deelt met hen, met hen in gesprek gaat en als gelijke met hen omgaat, is ongelooflijk belangrijk voor het welzijn van gebruikers. Die positieve impact op zelfbeeld en geluksgevoel werkt trouwens in de twee richtingen. Vrijwilligers halen ook zelf heel veel voldoening, erkenning en eigenwaarde uit de warme contacten met mensen in een kwetsbare positie.
Daarom moeten we vanuit de sector ook kunnen investeren in vrijwilligers, bijvoorbeeld via een vaste vrijwilligerscoördinator, een aanspreekpunt waar ze kunnen ventileren, iemand die vrijwilligers ook samen brengt zodat ze niet naast elkaar werken, die hen versterkt, begeleidt en ondersteunt. Zo’n figuur is levensbelangrijk voor kwaliteitsvol vrijwilligerswerk, maar ontbreekt nog in veel voorzieningen, bij gebrek aan middelen. Dit is een open doelkans voor de Vlaamse overheid om hierin te investeren. Het biedt de mogelijkheid aan ondernemers in welzijn – maar stelt hen tegelijk voor de verantwoordelijkheid – om vrijwilligerswerk in te bedden in het beleid van de organisatie, en niet te beschouwen als iets wat je er bij neemt tussen alle andere taken.
Dat de Warmste Week dit jaar focust op het engagement van de Vlaming in plaats van op zijn portemonnee, is een gedurfde, maar te verdedigen keuze, als dat ook leidt tot duurzaam engagement. We hopen dat de vlam niet alleen nieuwe gelegenheidsvrijwilligers verwarmt, maar ook die vrijwilligers die zich al week na week, jaar in jaar uit inzetten. Ze kunnen als lichtend voorbeeld dienen voor duizenden andere Vlamingen die nog op zoek zijn naar maatschappelijk engagement.
Hendrik Delaruelle is directeur van het Vlaams Welzijnsverbond. Het Welzijnsverbond verbindt als werkgeverskoepel 750 voorzieningen en organisaties uit de sectoren ondersteuning personen met een handicap, jeugdhulp, kinderopvang en ambulante revalidatie. Sven De Loght is directeur van vzw Elegast,en voorziening die ondersteuning biedt in het kader van jeugdhulp, onderwijs, justitie en maatschappelijk werk.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier