We vieren feest met monopolygeld en ondertussen worden de spaarders onteigend. De coronacrisis wordt stilaan de perfecte economische storm.
Al geruime tijd verlaagden de centrale banken overal in de wereld de rente en overspoelden ze de financiële markt met vers gedrukt geld. Sedert de coronaepidemie kwamen er nog enorme steunpakketten bij om de economie extra te beademen. In haar rapport “Attack of the debt tsunami” is volgens het Institute of International finance de schuldenberg wereldwijd opgelopen tot 191.000 miljard euro. Drie keer meer dan 20 jaar geleden, en 3,65 keer hoger dan wat men op onze planeet in een jaar verdient. Al zes landen zijn er ondertussen aan failliet gegaan. De laatste in de rij is Zambia. Door de lage rente hadden overheden minder prikkels om hun staatsschuld af te bouwen, waardoor hun schulden bleven groeien en waardoor het voor de Europese Centrale Bank (ECB) nog moeilijker werd om de rente te verhogen en geen nieuwe rentecrisis te veroorzaken. Het idee is zo ontstaan dat geld en schulden gratis zijn, een free lunch. Met de geldrukpers van de ECB staan de schuldensluizen nu helemaal open. Ze injecteerde al 7.000 miljard euro. We vieren feest met monopolygeld en ondertussen worden de spaarders onteigend. De coronacrisis wordt stilaan de perfecte economische storm. Het virus vernietigt arbeid en ondernemingen, de bron van belastinginkomsten, op het ogenblik dat de uitgaven uit de pan rijzen.
Van het gat in de begroting ligt niemand nog wakker.
Maar onze economen staan lijnrecht tegenover elkaar in het bedenken van oplossingen. Je zou niet vermoeden dat er voor de economische orakeldiscipline zelfs een Nobelprijs bestaat. In het verleden zijn het eerder achterafverklaarders gebleken dan probleemoplossers. Niemand zag de bankencrisis aankomen. Winston Churchill wist het bijna een eeuw geleden al: ” Als ik twee economen dezelfde vraag stel, krijg ik twee verschillende antwoorden. Tenzij John Maynard Keynes erbij is, dan krijg ik er drie.”
De voorspellende waarde van de economische wetenschap is vrijwel nihil. Voor de enen, zoals de Weense macro-econoom Philipp Heimberger of onze eigen proffen Paul Degrauwe en Gert Peersman mag de schuldopbouw en de begroting ontsporen, hopelijk niet volgens de theorie van wijlen Guy Mathot (PS). Deze corrupte Waalse socialist, die in 1980 minister van begroting was in de regering-Martens, verklaarde ooit dat het gat in de begroting er vanzelf gekomen was en dat het ook wel vanzelf zou weggaan. Twee jaar later op 22 september 1982 was er echter een devaluatie van de Belgische frank nodig om onze economie te redden.
De Amerikaanse president Ronald Reagan trok zich ook weinig aan van het gat in de begroting: ‘Ik maak me geen zorgen over het begrotingstekort. Dat is inmiddels zo groot dat het voor zichzelf kan zorgen.’ Hij verlaagde daarentegen de belastingen en met zijn Reagonomics brak voor de Amerikanen een economisch bloeiende periode aan. De Yankees hebben immers een grote interne markt.
Andere bollebozen daarentegen, zoals Ive Marx, Pierre Wunsch en de Duitser Hans-Werner Sinn, vrezen dat we financiële putten zullen slaan die we nooit meer zullen gedempt krijgen. Of zoals Kenneth Rogoff en Carmen Reinhart in 2010 al beweerden dat economische groei van een land wordt gehalveerd als de schuld oploopt boven de 90% van het BBP. Deze zijn eerder aanhangers van founding father Thomas Jefferson, die het als volgt uitdrukte: ‘Geen enkele generatie heeft het recht schulden aan te gaan, groter dan wat ze kan afbetalen gedurende haar eigen bestaan.’
De geldhoeveelheid verhogen is per definitie inflatoir, werd mij in mijn collegetijd nog wijsgemaakt door leraars waarin ik nog geloofde. Toen de Duitse Nationaalsocialisten door de inflatie een paar miljoen Deutsche Mark moesten betalen voor een homp brood, gevolgd door een deflatie wegens de strenge bezuinigingen, brak de pleuris uit. Maduro drukte zoveel geld bij in Venezuela dat een rol toiletpapier er een kilo Bolivars kost. Zijn communistische paradijs is ondertussen omgeturnd is in “the Hunger games“.
In Europa heeft het verhogen van de geldvoorraad volgens andere wijsneuzen zoals de Duitse vermogensbeheerder Klaus Kaldemorgen, geen gevolgen voor de inflatie, gelet op de vele vrije capaciteit die er nog in de economie is. Het kan dus dooien en het kan ook vriezen, zou de klimaatwetenschapper zeggen. ‘De Eurozone is vandaag een kopie van de Latijnse Monetaire Unie, met een moderne John Law aan het hoofd, die nationale ponzischema’s rechtstreeks financiert’, zegt econoom Geert Noels. Een wijs man.
Er bestaan nochtans eenvoudige regels. Geld pompen in investeringen die de productiviteit verhogen, betalen zichzelf terug, maar lopende uitgaven (zoals de pensioenen) financieren met extra schulden is roekeloosheid. Economische groei mag niet blijven komen uit overheidsschulden maar uit ambitie, innovatie, concurrentie, onderwijs etc. Mijn moeder was de beste econoom die ik ooit gekend heb. Ze was van oordeel dat we moesten zaaien naar de zak, en dat we nooit meer geld mochten uitgeven dan dat er binnenkwam. Mijn lievelingseconoom is daarom Ignace van Doorselaere. Die bedrijfsleider vindt dat we de verkwisting moeten aanpakken. Verkwisting is geld dat in structuren blijft vastzitten zonder toegevoegde waarde voor de burger. Het is bijvoorbeeld geld dat luiheid beloont. Het is geld dat je zelf zou moeten betalen, maar waarvoor je de overheid laat opdraaien. Het is weggegooid geld voor dure oplossingen terwijl er veel goedkopere bestaan… We hebben volgens Ignace eerder een minister van Verspilfraude nodig dan eentje van Financiën.
De overheid geeft echter altijd meer geld uit dan er binnenkomt. Niemand ligt echter nog wakker van het gat in de begroting. Die van de Vlaamse regering duikt dit jaar voor 6,9 miljard in het rood. Het Belgische begrotingstekort loopt tegen de 54 miljard aan, en de Brusselse schuld is op zes jaar verdubbeld. De overheidsuitgaven als percentage van het Bruto Nationaal product lagen in het begin van de 20e eeuw in veel westerse democratieën rond 10 procent, nu is het in de meeste landen rond de 50%. Als politici praten over bezuinigen betekent dit dat ze “minder meer” zullen uitgeven. Ze lossen het altijd op door meer te lenen waardoor de staatsschuld stijgt; door nieuwe belastingen te heffen, waardoor de burger armer wordt, of door geld bij te drukken, waardoor het spaargeld van de burger steeds minder waard wordt.
De geschiedenis heeft altijd geleerd dat massaal geld bijdrukken om economische problemen op te lossen tot hyperinflatie leidt en dat geld uiteindelijk niets meer waard wordt. Regeringen steken zich in de schulden om vervolgens noodgedwongen te moeten bezuinigen tot woede van de kiezers die dan geen afstand willen doen van hun “verworven rechten”.
L’Histoire se répète. Ik begrijp het dus niet meer, maar ik ben niet alleen, de experten blijkbaar ook niet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier