Vlinks

‘Terugkeren naar een unitair België? Dat wordt lachen’

Vlinks Vlinks streeft naar een sociaal, rechtvaardig en inclusief Vlaanderen met maximale autonomie.

Tom Garcia van Vlinks kijkt met grote ogen naar de verschillende pleidooien voor herfederalisering. ‘De meest enthousiasten opperen zelfs om een ’terugkeer’ te overwegen naar het unitaire België.’ Met de volgens hem nodige ironie probeert hij mee te gaan in die veronderstelling.

Er is de jongste weken wat heen en weer gegooid met voorstellen om enkele artikels van de Grondwet tot zelfs de hele Grondwet voor herziening vatbaar te maken. Eerder was er sporadisch sprake van zogenaamde herfederalisering van bepaalde bevoegdheden, maar nu met de verkiezingen in aantocht, wordt een en ander natuurlijk wat meer scherp gesteld. De N-VA heeft haar confederalisme uit de communautaire ijskast gehaald en er zelfs een hele V-dag aan gewijd. Als grootste electorale antagonist, volgens de peilingen althans, pakt Groen van de weeromstuit uit met herfederalisering, te beginnen met het klimaatbeleid en later misschien ook een federale kieskring.

Terugkeren naar een unitair België? Dat wordt lachen.

En ze staan er niet alleen mee. Ook bij andere partijen gaan er stemmen op om bevoegdheden opnieuw naar het federale over te hevelen. De meest enthousiaste opperen zelfs om meteen het hele federale systeem te herbekijken en een ’terugkeer’ te overwegen naar het unitaire België. Daarmee zouden in een klap alle communautaire problemen opgelost zijn en het hele huidige bestuurlijke kluwen meteen ontward zijn.

Wel, laten we even meegaan in die veronderstelling. Er is misschien wel wat voor te zeggen, voor zo’n eendrachtig land, toch? Zeker als we dan verlost zouden zijn van dat eeuwige communautaire geleuter. Maar om zo’n unitair België een beetje kans van slagen te geven, moeten natuurlijk wel een aantal dingen duidelijk afgesproken worden. Je kan immers blijven dromen en fantaseren, maar op een gegeven moment moeten er keuzes gemaakt worden! Hieronder volgt een oplijsting die sporen van ironie kan bevatten.

Eén bestuurstaal

Om te beginnen stoppen we met praten over Vlamingen en Walen. De uitspraak van de Waalse socialist en federalist Jules Destrée, “Sire, (…) Vous régnez sur deux peuples. Il y a en Belgique, des Wallons et des Flamands; il n’y a pas de Belges”, schrappen we uit de geschiedenisboeken. Voortaan zijn er namelijk wél alleen maar Belgen. En om die eenheid nog meer in de verf te zetten, schaffen we ook de taalgroepen af. Het zijn immers met die taalgroepen dat in het verleden alle miserie begonnen is. Diezelfde fout mogen we in het nieuwe unitaire België niet maken!

Maar hoe kies je nu die ene voertaal die administratieve coherentie en harmonie brengt in een sterke, eendrachtige staat? Laten we het onpartijdig en democratisch aanpakken, met een talentelling, zoals dat vóór het vastleggen van die rare taalgrens ook wel eens gebeurde. Alleen deze keer doen we maar één grote telling op nationale schaal. De taal die het meest gesproken wordt in ons hele unitaire land, wordt dan de officiële voertaal. Uiteraard spreekt iedereen privé wat hij of zij wil, maar alle officiële communicatie gebeurt in de voertaal. Zoals dat overigens in de meeste andere unitaire landen het geval is.

In afwachting van het resultaat van die telling, kunnen we al vooruitblikken aan de hand van de meest recente cijfers. Daaruit blijkt Nederlands de meest gesproken taal in België te zijn, met zo’n 60% sprekers. Ziezo, dat is opgelost: Nederlands wordt de bestuurstaal in het unitaire België! Faciliteiten en andere speciale statuten voor andere talen moeten we mijden, anders groeit binnen de kortste keren opnieuw dat vervelende taalgroepsgevoel en zitten we weer met communautair gezever. Eén taal voor het hele land, punt. Ook voor Brussel is dat overigens een hele verbetering, aangezien daar dan het tweetalige statuut verdwijnt. En de verfransing van de rand is meteen ook geen punt meer. Perfect!

Eén burger, één stem

Nu onze eenheid al flink versterkt is door de taalverschillen uit te vagen, kan ook de democratische eenheid aangepakt worden. Want laten we wel wezen, al die speciale regelingen die in de grondwet gebetonneerd werden omwille van de communautaire vrede, het is me toch een zooitje. Die kunnen nu allemaal weg. Ze hebben immers geen enkele grond meer, aangezien gewesten, gemeenschappen of taalgroepen niet meer bestaan. Alarmbelprocedures, bijzondere wetten, paritaire samenstellingen, allemaal niet meer nodig. Bovendien hoeft de grondwet enkel nog in de officiële bestuurstaal te bestaan, het Nederlands dus. Dat betekent een hele institutionele vereenvoudiging, wat nog eens goed is voor de staatskas ook.

Uiteraard verdwijnen de regionale regeringen, parlementen en al dat overbodig gedoe, enkel de nationale instellingen blijven over. Die hoeven ook niet meer paritair samengesteld te worden, want taalgroepen en/of gemeenschappen bestaan niet meer. Voortaan kan er met gewone meerderheden gewerkt worden en kan het democratische principe van ‘één burger, één stem’ voluit spelen. In het begin kan dat misschien voor sommigen wat ongemakkelijk overkomen, aangezien de kans bestaat dat ons unitaire parlement en regering overwegend (wat vroeger heette) Vlaams zullen zijn, omdat die voormalige Vlamingen nu eenmaal numeriek in de meerderheid zijn in de bevolking. Maar hey, het zal voor iedereen een beetje wennen zijn. En Nederlands is de officiële voertaal, dat kan de communicatie en de doorstart van onze nieuwe unitaire regering enkel maar ten goede komen!

Le ‘partij politique’

Een en ander zal zich uiteraard ook moeten doorzetten in het politieke universum. Er is geen nood meer aan gesplitste partijen, immers met één nationale kieskring is het een beetje onnozel om zich enkel maar tot het noorden of het zuiden te richten. Zeker als je als partij zo gestreefd hebt naar ‘unitariteit’. In principe, aangezien de officiële voertaal Nederlands is, kunnen de nieuwe samengevoegde partijen hun huidige Nederlandse naam behouden en de Franse tegenhanger laten vallen. Maar om nostalgische redenen kan natuurlijk ook voor een mix gekozen worden, bijvoorbeeld ‘Groecolo’ of ‘PVDTB (Partij van de Travailleurs Belges).’

Natuurlijk wel een beetje opletten dat er tijdens het brainstormen over die nieuwe naam niet opnieuw communautaire-achtige wrijvingen bovenkomen. Dat zou wat jammer zijn, zeker met de voorbeeldfunctie die deze unitaire partijen dan vervullen. Idem voor de samenstelling van het partijbestuur of andere raden. Het zou wat raar zijn om daarbij dan taalgebonden pariteiten of zo van die dingen in te voeren, al was het maar om de lieve vrede te bewaren.

Voor de gewone man in het zuiden van het land zal al dat Nederlands misschien wat moeilijker liggen, maar daar kunnen we wat aan doen. Via het onderwijs, bijvoorbeeld. Dat gebeurt natuurlijk in de officiële voertaal Nederlands. Op die manier bereiden we de bevolking al heel vroeg voor op een gedegen deelname aan de unitaire samenleving en versterken we generatie per generatie de eenheid van ons land. Nu hoeven we niet zo rigide te zijn, het is niet de bedoeling om lokale talen uit te vagen. Er mag zeker ruimte gelaten worden voor streektalen zoals West-Vlaams of Antwerps of Frans, ook in het onderwijs. Dat is belangrijk voor de lokale sociale cohesie. Zolang het maar duidelijk is dat het niet de bedoeling is dat dit voor nieuwe taaldisputen zorgt, die weer tot communautair gekrakeel leiden.

Want het begint altijd met taal en voor je het weet, zijn we ons mooie unitaire België weer aan het staatshervormen!

Tom Garcia is kernlid van Vlinks.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content