‘Straathonden zijn geen huishonden: een zwerfhond in huis halen houdt veel risico’s in’
‘Over zwerfhonden doen veel misverstanden de ronde’, schrijft dierenarts en gedragstherapeut Tiny De Keuster.
Roemenië – België : 5-1
Rusland – België : 2 – 1
Neen dit zijn geen voetbalprognoses voor onze Rode Duivels. Dit is de verhouding van het aantal mails dat me de laatste maanden dagelijks bereikt met een hulpvraag voor een hond met gedragsproblemen. 5 Roemeense en 2 Russische straathonden ten opzichte van 1 Belgische hond.
De mails zijn intriest. Enkele voorbeelden. ‘ Onze hond zit al twee mand in de tuin en we kunnen hem niet benaderen.’ ‘ Onze hond is hier al een jaar en we kunnen nog steeds niet wandelen, een leiband aandoen lukt niet.’ ‘Onze hond lijkt mij te vertrouwen, maar mijn partner niet. Hij mag niet hoesten of de hond valt uit.’ ‘Onze hond is ontzettend lief, maar we kunnen nu – na 3 jaar – nog geen bezoek ontvangen: hij valt bezoekers aan en heeft al 3x gebeten naar iemand buiten het gezin.’
Straathonden zijn geen huishonden: een zwerfhond in huis halen houdt veel risico’s in.
Waarom een straathond? Het antwoord van de klant is eenduidig: dokter, ik heb alle asielen afgedaan. Nergens een hond voor mij. Enkel American Staffords. Maar dat zien we echt niet zitten. Dus dacht we: we redden een zwerfhond. Geef de zoekterm in: ‘Adopteer een straathond’ en je krijgt 9.290 hits in 0.40 seconden.
Het gaat zo gemakkelijk als wat. Je klikt op een foto, je doet een interview om te kijken of je de geschikte Match bent, en een tijdje later wordt de hond geleverd. Vaak per busje – een witte bestelwagen op een parking aan de autoweg, maar af en toe ook per vliegtuig op de luchthaven van Oostende. En dan gewoon liefde en geduld. Alles komt goed. Of zo klinkt het toch online.
En dan zijn er de verhalen. ‘Onze hond komt uit een dodingsstation. Gelukkig heeft de organisatie hem vrijgekocht en kunnen wij hem nu naar hier halen voor 350 euro’. ‘Onze hond werd gevonden op straat als pup. Waarschijnlijk mishandeld. Gelukkig gered door een gulle organisatie die hem heeft opgevangen en hem nu naar hier haalt voor 400 euro’.
Feit of fictie? Waarop zijn deze verhalen gebaseerd. Kloppen ze wel? Dat is een vraag voor onderzoekjournalisten. Ikzelf moet u het antwoord schuldig blijven.
Waarom dan dit betoog? Ik voel onmacht bij het zien van zoveel leed. Bovenstaande vraagstellingen lichten al een tipje van de sluier: zwerfhonden zijn ‘anders’. Onlangs vatte een studente diergeneeskunde, zelf eigenaar van een zwerfhond, het perfect samen. Je kan de hond uit de straat halen, maar de straat niet uit de hond. Gelijk heeft ze.
Er zijn heel wat verschillen tussen straathonden en huishonden. Tenminste als het over honden gaat die generaties op straat leven. Deze honden proberen te overleven door voedselresten te zoeken in de buurt van huizen en door zich “en passant” voort te planten. Generaties lang. Het enige selectiecriterium is overleven. Je zou het kunnen benoemen als het omgekeerde experiment van Belyaev in 1959. Deze geneticus selecteerde wilde vossen en gebruikte daarbij 1 criterium: tamheid ten opzichte van de mens. Onze honden hier in België worden bewust geselecteerd met als doel: gericht op de mens en een leven als gezinshond.
En daar ontstaan de misverstanden. Stel zo een schattige straathond pup en die komt terecht in een gezin met een groot hart, dan “moet” dit toch lukken denkt u? Wel neen, toch niet, genetica en epigenetica zijn cruciaal. Mensgerichte eigenschappen ontstaan niet door “liefde geven”, maar oa door wijzigingen in het oxytocine-receptorsysteem die er bij onze huishonden voor gezorgd heeft dat ze verschillen van wolven. Onze honden zijn mensgericht. Bij straathonden kan deze eigenschap opnieuw verloren gaan. Net omdat er geen enkele vorm van selectie is wat het op de mens gericht zijn betreft.
En dan is er nog een pijnpunt. In mijn doorverwijspraktijk zie ik bij 80% van deze honden aandoeningen aan de gewrichten. Hebben ze te veel gestapt, of zijn ze mishandeld? Neen hoor, in België wordt er door fokkers al decennia gepoogd om ouderdieren diergeneeskundig te laten controleren op erfelijk gerelateerde gewrichtsaandoeningen. Bij straathonden is er geen dergelijke controle mogelijk.
En wie is de pineut van het verhaal? De hond die na zijn transport terecht komt in een omgeving waar hij verondersteld wordt om als “gezinshond” te functioneren, terwijl hij genetisch bestemd is om half wild op straat te leven? Of het gezin dat met een groot hart een hond heeft gered en hoopt om het dier een mooi leven te kunnen geven na zoveel trauma’s? Of de omgeving, de buren, familie die op bezoek kwamen en werden verwond omdat de hond niet kon functioneren?
Vorige week nog werd een straathond met problemen teruggehaald door een organisatie. Naar de adoptanten werd een beschuldigende vinger uitgestoken: ‘Jullie hebben geen verstand van honden. Jullie zijn geen goede Match.‘, kregen ze te horen. En wat met de hond? Die zit vandaag nog altijd in een Belgisch asiel, te wachten op een volgend gastgezin dat met een straathond zal worden opgezadeld. Schrijnend. In het land van herkomst betekenen straathonden overlast. Twee decennia terug betekenden zwerfkatten in Vlaanderen ook overlast. Een moment om te mijmeren hoe ‘we’ dat toen hebben opgelost. Door de verwilderde katten te vangen, naar onze buurlanden te transporteren om ze daar in gezinnen te plaatsen? Neen toch, wie zou dat nu bedenken. Wel, dit gebeurt op heden met zwerfhonden. Ongezien.
Het wordt tijd om de match stil te leggen en de spelers op het veld te evalueren. En aan de Minister om een paar rode kaarten uit te delen in verband met inbreuken op mens- en dierenwelzijn.
Tiny De Keuster is dierenarts-gedragsspecialist en gastdocent aan de Universiteit Gent. Ze is auteur van het boek ‘Wat is er aan de hond.’
Lees ook:
– Mythes over honden doorbroken: ‘Labradors kindvriendelijk en dobermanns agressief? Onzin’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier