‘Een zekere mate van onzekerheid is juist eigen aan wetenschap. Dit impliceert nog geen volstrekte onwetendheid’, schrijft Brecht Decoene in aanloop naar de Nacht van de Vrijdenker. Hij wijst op de tegenstellingen in de vele complottheorieën rond corona.
Gebeurtenissen met een grote maatschappelijke, emotionele of politieke impact geven altijd aanleiding tot complotdenken. De moord op JFK, de dood van Diana en de aanslagen op 11 september 2001 zijn daar perfecte voorbeelden van. De coronapandemie, met de daarmee gepaard gaande lockdown, beantwoordt daar eveneens aan. Ieders leven werd grondig hertekend sinds maart 2020. Zelfs bij de meest standvastige en ongedwongen medemens werkte deze schok wellicht ontregelend.
Het dagdagelijkse leven met zijn voorspelbaarheden werd dooreengeschud – van thuiswerken met de kinderen tot zelfs ontslagen worden. We werden geteisterd door allerlei kopzorgen. Opgesloten zitten in je appartement bracht onrust. Geplaagd door eenzaamheid kwam de drang om terug naar buiten te komen. Er was de bezorgdheid om grootmoeder. Nog anderen voelden de dreiging van partnergeweld of werden afgesneden van een prille liefde.
Verwarring als meststof
En zo ontstond de ideale voedingsbodem voor complottheorieën, die net als paddenstoelen in stilte kiemen in het duister. En plots, in tijden van crisis, schieten ze uit de grond.
Onderzoek leert ons dat onzekerheid in combinatie met weinig grip op je leven, mensen makkelijker richting complotdenken stuwt. Verwarring is een goede meststof. De onzekerheid bij COVID-19 was en blijft gigantisch groot. Vooreerst betrof het een nieuw virus, waarover we bij aanvang logischerwijs weinig wisten: hoe besmettelijk is het? Hoe dodelijk? Hoe makkelijk muteert het? Welke geneesmiddelen kunnen de symptomen afremmen? We moesten het nog allemaal uitvissen. ‘We learn as we go’, hoor ik een arts op Radio 1 nog zeggen ergens midden maart.
Er is ondertussen een heel spectrum aan onderling tegenstrijdige complotversies rond corona voorhanden.
De onzichtbaarheid van het virus maakte het daarenboven nóg minder tastbaar. Het asymptomatische karakter, het feit dat je vooral mensen kan besmetten nog voordat je zélf ziek wordt en de onmogelijkheid om iedereen te testen voedden de onzekerheid. Is onze reactie te voorzichtig of net overdreven? Is de opgebouwde immuniteit blijvend? Is het einde van de pandemie in zicht? Wanneer zal er een vaccin beschikbaar zijn? Zal het voldoende veilig zijn? Allemaal vragen waar nog geen sluitende antwoorden op bestaan.
Later kwam de kwestie over de zin en onzin van de mondmaskers centraal te staan: heeft die maatregel nut of is ze louter symbolisch? En werken die stoffen maskers geen broeihaarden van bacteriën in de hand waardoor je jezelf weer ziek maakt?
Vandaag staat dan weer de heropening van de scholen centraal: kinderen blijken niet zulke grote verspreiders te zijn! Of toonden die paar studies toch aan dat ze in dezelfde mate besmettelijk zijn als volwassenen? In Berlijn zijn immers al op 41 van de 825 scholen besmette scholieren gedetecteerd sinds de opening van het nieuwe schooljaar. Wat moeten we daaruit opmaken?
Begrijpelijkerwijze is het bij velen zwaar aan het duizelen. De behoefte aan duidelijkheid is groot. Dé wetenschappers kunnen daar niet onmiddellijk aan tegemoetkomen. Sommigen gebruiken dat vreemd genoeg als verwijt om de wetenschap in diskrediet te brengen. Een zekere mate van onzekerheid is juist eigen aan wetenschap. Dit impliceert nog geen volstrekte onwetendheid.
Complotgoeroes en complotcocktails
Daartegenover staan de complotgoeroes. Hun zelfzekerheid is aanlokkelijk. Zij weten wél hoe het in elkaar zit en brengen een simplistisch maar bevattelijk narratief. ‘De maatregelen zijn erger dan de ziekte’, ‘men wil ons muilkorven’, of straffer: ‘het virus bestaat niet eens’. Zij doorzien blijkbaar beter dan wie ook waar het momenteel grondig mis gaat qua aanpak en wat daar precies achter steekt. Of dat zou je althans denken. Want er is een heel spectrum aan verschillende, vaak ook nog eens onderling tegenstrijdige, complotversies rond corona voorhanden. Dat is typisch aan Complotland. Er is voor elk wat wils: van ‘als kritisch denken vermomde geniepige twijfelzaaierij’ over ‘enigszins aannemelijke complotvermoedens’ tot zelfs ‘uitzinnige samenzweringsfantasieën’. Er zijn dus gradaties. Dé typische of ideale complottheorie bestaat namelijk niet. Voor verschillende mensen ligt de grens van (on)geloofwaardigheid elders. Het Complotlandschap voorziet daar ongebreideld in.
Het kan gaan van ‘het coronavirus is niet erger dan een griepje’ (waarbij nog niet echt sprake is van een eigenlijk complotverzinsel, maar gewoon de verdachtmaking van de officiële versie), naar ‘het virus is gemaakt in een lab’ (waarom? ‘omdat Bill Gates eigenlijk al een vaccin klaar heeft en daar gruwelijk veel geld mee wil verdienen’ of ‘als bedoeling de bevolking uit te dunnen’), tot ‘eigenlijk bestaat het virus niet maar proberen ze ons dat wijs te maken om onze fundamentele mensenrechten te ontnemen’.
Zo nu en dan raken complottheorieën met mekaar vermengd tot een complotcocktail. Ontwaar met andere woorden enkele onbestaande patronen, verbind enkele punten die eigenlijk niets met elkaar te maken hebben, blaas er een bedoeld plan in, et voilà! Een half jaar geleden belandde ook corona met 5G in de blender. Dat leverde enkele hilarische, maar verontrustende contradicties op.
‘5G veroorzaakt of activeert het coronavirus’ versus ‘5G veroorzaakt schade aan ons genetisch materiaal.’ Merk op: als 5G het DNA en RNA beschadigt, hoe kan het dan een virus veroorzaken dat gemaakt is van RNA? Ofwel mis ik een stukje essentiële informatie, ofwel belichaamt dit een pure tegenspraak. Of wat dacht je van de volgende? ‘5G veroorzaakt of activeert het coronavirus’ versus ‘Het coronavirus is een list om ons allen op te sluiten zodat men 5G in het geheim kan uitrollen zonder dat we kunnen protesteren’. Ik weet niet hoe dat bij u werkt, maar mijn hoofd redeneert dan als volgt: ofwel activeert 5G het virus (en dan bestaat het virus wel degelijk), ofwel is het een leugenachtig voorwendsel om ons iets op te dringen. Deze uitspraken sluiten elkaar compleet uit.
Ik trakteer u op nog enkele mooie contradicties rond de mondmaskerplicht. De één beweert dat zo’n mondmasker onze vrijheid afneemt, zelfs onze vrijheid van meningsuiting. Ik verzin het niet. Zo’n muilkorf snoert ons volgens hen letterlijk de mond. Kan de naar dictatuur neigende censuur nog duidelijker? Hoe dat dan precies werkt, is mij een raadsel. Alsof je door een mondmasker plotsklaps niet meer zou kunnen praten of schrijven. Jezelf iets te stevig ingesnoerd misschien?
Maar sommigen ontwaren daarin helemaal het omgekeerde. Mondmaskers zijn nu net een daad van verzet. Want door die 5G zal men overal camera’s plaatsen met gezichtsherkenning, zoals in China. Door zo’n mondmasker te dragen onttrekt men zich aan de controle en behouden we onze vrijheid. U merkt het: het gaat werkelijk alle kanten op.
Dat alles lijkt voor onze complotgevoelige medemens geen wezenlijk probleem. Dat is één van de typische kenmerken van de bewoners van Complotland. Er is geen enkele neiging of ambitie om op basis van alle beschikbare informatie de gedachten te laten convergeren, en dus om toe te werken naar één consistente theorie. Integendeel, op basis van een voorval of situatie, hier het coronavirus, reageert complotdenken op een volstrekt onoverzichtelijke manier, net als een splinterbom. Er zit geen enkele systematiek in. Elke complotgoeroe wil zijn eigen populariteit en succes verzekerd zien door een eigenzinnig complotverzinsel te formuleren. Elke complotgoeroe ijvert voor zijn eigen plek onder de zon. De onderlinge competitie is namelijk ook daar niet gering.
Verdeeld tot in de oneindigheid
Uit de aard der logica kunnen echter niet àlle hypothesen tegelijkertijd waar zijn. Dat zorgt ervoor dat er in complotkringen over bijvoorbeeld de aanslagen van 9/11 of de moord op JFK nog steeds geen enkele eensgezindheid is – zelfs na respectievelijk bijna 20 en 60 jaar! Wetenschap mag niet voorbarig of overhaast te werk gaan, maar ‘Alu-lalaland’ is zowel roekeloos rap in haar stelligheid als gedoemd om hopeloos verdeeld te blijven tot in de oneindigheid.
In de wetenschappen werkt dat op een andere manier. Data, inzichten, studies en informatie kunnen in het begin zeer chaotisch, tegensprekelijk en weinig coherent binnenkomen. Dat is heel begrijpelijk en evident. De realiteit is soms complex en doet zich niet altijd onmiddellijk ondubbelzinnig aan ons voor. Net daarom mag wetenschap aanvankelijk niet voorbarig zijn. Ze kan eenvoudigweg nog geen duidelijkheid bieden, aangezien de wetenschappelijke voorhoede nog onontgonnen terrein moet verkennen. Het is onkies dat op hetzelfde plan te stellen als de gevestigde wetenschap. Maar na verloop van tijd werkt men wel naar een consensus. Niet omdat men daar op een gezellige avond met wat lekkere wijn zin in heeft. Evenmin omdat ergens een goddelijke kracht een opgelegde orthodoxie installeert. Maar omdat de gestage opeenstapeling van data, die rigoureus door experten wordt geëvalueerd en bijgesteld, hen daartoe noopt. Dat heeft vanzelfsprekend tijd nodig.
Met die tijdelijke onzekerheid moeten we af en toe leren omgaan. Onzekerheid houdt bovendien nog geen complete onwetendheid in en het verlamt evenmin het wetenschappelijk denken. We gaan er wel degelijk op vooruit. In Complotland ziet dat er enigszins anders uit en het is makkelijk te begrijpen waarom. Sommigen beschouwen voortschrijdend inzicht als een bewijs dat de wetenschap onbetrouwbaar is. Ze zat er namelijk naast. Vooruitgang van kennis wordt ervaren als een teken van zwakte omdat men zich enkel fixeert op wat fout was en niet ziet welke winst er geboekt wordt via trial and error.
‘In tijden van oorlog lopen de kerken vol’, zei een leraar mij ooit. Deze pandemie en de daaruit voortkomende lockdown is op sommige vlakken zelfs veel ingrijpender dan een oorlog. Tijdens de oorlog kwamen mensen nog bijeen, gingen ze op café, bezocht men de cinema, kwam men samen met vrienden en vonden zo steun bij elkaar. Steun zoeken en vinden veronderstelt vertrouwen, in elkaar, in experts, en daaraan ontbreekt het bij mensen die verleid worden tot complotdenken. Het is handig om je daar bewust van te zijn.
Brecht Decoene is een moraalfilosoof uit Gent. Hij schreef ‘Achterdocht tussen feit en fictie. Kritisch omgaan met complottheorieën’ (ASP, 2016), en brengt filosofie en kritisch denken naar een breed publiek.
Brecht Decoene spreekt op zaterdag 14 november over coronacomplottheorieën op het filosofiefestival Nacht van de Vrijdenker in Kunstencentrum Vooruit. Het festival kent een online opening op vrijdag 13 november met Kate Kirkpatrick, Hugo Mercier en John Sellars. Op zaterdag kunt u live op de podia van Vooruit kijken en luisteren naar onder meer Bas Heijne, Ignaas Devisch, Katleen Gabriels en Ann Dooms, Joke Hermsen, Mathieu Zana Etambala en Bence Nanay. Alle info en tickets op www.nachtvandevrijdenker.be.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier