Bart De Wever zet N-VA lijnrecht tegenover klimaatbetogers op Antwerpse nieuwjaarsreceptie
Nog voor in Brussel de Klimaatmars zondag goed en wel op gang was gekomen, heeft Antwerps burgemeester Bart De Wever op de nieuwjaarsreceptie van N-VA Stad Antwerpen nogmaals opgeroepen om niet aan ‘doemdenken’ te doen. Diezelfde raad gaf hij de klimaatbrossende leerlingen zaterdag ook al.
‘Daarmee schieten we echt niets op’, zei hij. ‘Wij geloven in een ecologische transitie binnen het kader van innovatie, vooruitgang én economische groei. We kunnen dat. De stad Antwerpen, de haven en de industrie zullen daarvoor de handen in elkaar slaan.’
Wie in de toespraak van De Wever excuses verwachtte voor zijn mogelijke vertrek uit het stadsbestuur richting Vlaamse regering – De Wever outte zich twee weken geleden als kandidaat minister-president – bleef zondag op zijn honger zitten. De Wever verwees slechts zijdelings naar zijn kandidatuur, maar haalde wel nog eens de voornaamste reden aan waarom hij de nakende federale én Vlaamse verkiezingen zo cruciaal acht.
‘Er zijn mensen die dromen van een Reconquista’, verwees De Wever naar uitspraken van PS-voorzitter Elio Di Rupo. ‘Dat komt er eigenlijk op neer dat wij overal buitenspel zouden worden gezet en dat de inspanningen die we gedaan hebben op sociaal-economisch vlak en inzake veiligheid, defensie en migratie van tafel zouden worden geveegd. Dat gaan we niet laten gebeuren.’
De Wever blikte ook nog terug op het bestuursakkoord dat N-VA in Antwerpen sloot met Open VLD en SP.A. Hij verdedigde onder meer de zich ontrollende plannen voor de Oosterweelverbinding, het begin van de overkapping van de Antwerpse Ring, de heraanleg van de Scheldekaaien en – als de Vlaamse regering meewerkt – het in gebruik nemen van de premetrokoker onder de Kerkstraat. ‘Ik hoop ook dat we dit jaar nog de eerste stadsmarinier zullen zien opduiken, we gaan meer steun geven aan kinderen die moeten opgroeien in armoede en we gaan betere, gerenoveerde sociale woningen voorzien, bij voorkeur voor wie een band heeft met de stad’, zei hij nog.