‘Adoptiepauze is broodnodig om recht te trekken wat tientallen jaren systematisch verkeerd liep’
‘Het is verbazingwekkend, en eigenlijk ook schrijnend, dat we hier anno 2021 nog zo over moeten debatteren en discussiëren’, schrijft Renate Van Geel. Ze reageert op het rapport van het expertenpanel interlandelijke adoptie dat Wouter Beke ertoe aanzette om een adoptiepauze van twee jaar voor te stellen.
Het rapport van het expertenpanel interlandelijke adoptie in Vlaanderen is gekend. De conclusies voor Vlaanderen strekken tot aanbevelingen om het systeem te hervormen en anders uit te bouwen. De commissie Joustra in Nederland kwam in het voorjaar met soortgelijke bevindingen. Bevoegd minister Wouter Beke neemt deze aanbevelingen ter harte en stelt voor om deze uit te werken en te implementeren tijdens een adoptiepauze de komende twee jaar.
De reacties die in de pers verschenen, focusten vooral op de befaamde adoptiepauze en welke gevolgen dit voor betrokkenen zou hebben. De wenselijkheid en meerwaarde van de talrijke andere aanbevelingen die de noden en rechten van geadopteerden centraal stellen, kwamen in de betogen amper aan bod. Deze reacties wekken op zijn minst de schijn dat de eigen wens en het comfort van wensouders zwaarder doorwegen dan die van kinderen, hun gezinnen van oorsprong en geadopteerden zelf.
Ik erken de immens pijnlijke situatie waarin kandidaat-adoptieouders zich bevinden maar op een moment dat er eindelijk aandacht is voor belangen en noden van geadopteerden zou het sommige mensen kunnen sieren zich enigszins terughoudend op te stellen in plaats van aandacht te vragen voor eigen last en pijn.
In de hartverscheurende realiteit en dynamiek waarin ouders en kinderen voor altijd van elkaar gescheiden worden, is het gepast en terecht dat de aandacht en zorg in de eerste plaats gaat naar deze laatsten aangezien er niet zoiets bestaat als het recht op een kind, ook niet na jaren wachten en ook niet via adoptie, hoe pijnlijk de ervaring van ongewenste kinderloosheid ook mag voelen. Wat betreft de drie adoptiediensten in Vlaanderen, die wel degelijk, en anders dan zij nu willen laten uitschijnen, gehoord werden door het expertenpanel; zij zijn belanghebbend bij adoptie. Meer dan een miljoen van ons belastinggeld werd in 2019 besteed aan hen, en de iets meer dan twintig interlandelijke adopties die gerealiseerd werden. Dat is bijna drie keer zoveel als de 380.000 euro uit 2009 voor de ruim 240 adopties van toen. Gelukkig draait adoptie niet om geld… Bijna 45.000 euro werd overigens besteed aan het aanboren van nieuwe ‘adoptiekanalen’. De aanbeveling voor een centrale adoptiedienst vanuit de overheid lijkt me onder andere om deze reden dan ook een wenselijke zaak.
Adoptiepauze is broodnodig om recht te trekken wat tientallen jaren systematisch verkeerd liep.
Een aantal bedenkingen lijken de reacties te overheersen. Ik ga verder in op degene die al even lang meegaan dan adoptie zelf en die in mijn ogen niet meer passen in de paradigmashift die het rapport en de adoptiepauze vooropstellen.
Een eerste bedenking is dat kinderen door adoptie geholpen zouden worden en dat dit in het belang van het kind zou zijn. Ik kan me volledig scharen achter de terechte bezorgdheid van sommige politici, een aantal adoptieouders en de adoptiediensten over de omstandigheden waarin veel kinderen ter wereld moeten opgroeien. Ook in Vlaanderen bestaat trouwens schrijnende kansarmoede. Ik ben dan ook verheugd te lezen dat het expertenpanel aanbeveelt om in te zetten op structuren in de landen van herkomst. Investeren in begeleiding en ondersteuning ter plaatse, psycho-educatie, zelfbeschikkingsrecht voor vrouwen,… zijn zaken die me waardevoller lijken dan het scheiden van kinderen en ouders als structurele oplossing. Het geld dat nu naar adoptie gaat, zou hier eventueel nuttig aan besteed kunnen worden. Veel meer ‘arme wezen’ zullen daar voordeel uit halen dan het zeer beperkt aantal kinderen dat met dat geld nu haar Vlaanderen gehaald wordt.
De partijen N-VA en Open VLD verdringen zich om het op te nemen voor de kinderen in nood in de wereld. Dat siert hen. Maar laten we niet vergeten dat het slechts gaat om een twintigtal kinderen waarvoor herkomstlanden ons vragen een gezin te zoeken. En laten we eventueel hun stemgedrag in de gaten houden wanneer het gaat om het optrekken van de budgetten voor, ik zeg maar iets, ontwikkelingshulp. Wie oprecht bekommerd is om het lot van deze tientallen miljoenen wezen die ik op Twitter zag passeren, zal aanmoedigen dat er breed ingezet wordt op de situatie ter plaatse. Wat draagt het weghalen van 20 kinderen immers fundamenteel bij tot het verbeteren van de algemene levensomstandigheden? Wist u dat het merendeel van de geadopteerden helemaal geen wees is of blijkt te zijn? Dit is uiteraard een werk van zeer lange adem en zal evenmin leiden tot een perfecte wereld zonder armoede. Ook adoptie heeft trouwens vooralsnog niets verbeterd aan het reduceren van armoede in herkomstlanden.
Een vraag die zich onvermijdelijk opdringt is wat we als samenleving verstaan onder een ‘beter’ leven en ‘helpen’. Wie wordt er geholpen door ouders en kinderen te scheiden en alle banden door te knippen, wiens belang wordt hiermee gediend? In The Lancet verscheen een Zweeds onderzoek van Hjern, Lindbladd en anderen. Zij concludeerden dat ongeveer de helft van de interlandelijk geadopteerden sociale uitval en problemen kent die aan hun adoptie toegeschreven kunnen worden. Geadopteerden hebben drie tot vier keer meer kans op zware mentale problemen (zelfdoding, poging tot zelfdoding en psychiatrische opnames) dan niet-geadopteerde leeftijdsgenoten die opgroeien onder soortgelijke socio-economische omstandigheden, vijf keer meer kans om drugsverslaafd te worden en ze lopen ook een groter risico om criminele feiten te plegen of alcoholverslaafd te worden. Deze cijfers doen minstens bedenkingen rijzen over de vanzelfsprekendheid waarmee wordt aangenomen als zou een leven hier altijd als ‘beter’ beschouwd moeten worden dan in landen van herkomst.
Dergelijke manier van denken stamt bovendien uit voorbijgestreefde neokoloniale denkbeelden en zienswijzes waarbij alleen onze westerse samenleving zou beschikken over vaardigheden en omstandigheden die goed genoeg zijn om kinderen op te voeden zoals het hoort. Dit onderzoek ontkracht geenszins dat er materieel meer comfort ter beschikking kan zijn na adoptie, maar een ‘goed’ leven louter in die termen zien is ouderwets paternalistisch. De aanbevelingen uit het rapport houden rekening met het feit dat je een kind niet gedwongen hoeft te verplaatsen om het te ‘redden’ of te helpen. En als adoptie echt zo voordelig is voor kinderen en hun gezinnnen dan zijn er in Vlaanderen ongetwijfeld talloze kinderen die uit de kansarmoede gered kunnen worden door hen te laten adopteren door rijke gezinnen in bijvoorbeeld Dubai, Nigeria of China.
Ook het voorstel om een poule te maken voor pleegzorg waar de wachtende kandidaat adoptieouders deel van zouden uitmaken, stuit op tegenkanting. Pleegzorg zou immers iets heel anders zijn dan adoptie. Met dat laatste ga ik akkoord als ik kijk vanuit het perspectief van kandidaat- adoptieouders. Ik heb mededogen en begrip voor hoe allesverterend een kinderwens kan zijn. Hier wordt veel te vaak aan voorbij gegaan waardoor dit immens menselijk lijden en de impact ervan worden geminimaliseerd en weggedrukt. Binnen pleegzorg wordt nooit de illusie gewekt dat een kind je ‘eigen’ kind kan worden en je blijft ouderschap delen met de ouders, complex en moeilijk maar in het belang van het kind aangezien we ondertussen wel weten dat een persoonlijke geschiedenis zich niet laat uitwissen.
Ik hoor de meeste (kandidaat)adoptieouders ook zeggen dat ze openstaan voor contact tussen hun adoptiekinderen en hun ouders van oorsprong, dat kan dus de drempel niet zijn. Als zorgen voor kinderen in hun belang de essentie is van je verlangen, is het dan nodig om banden door te snijden en je kinderen toe te eigenen als ware ze van jezelf? En waarom zou je dan niet openstaan voor pleegzorg? Als mensen die willen adopteren niet openstaan om kinderen via pleegzorg op te vangen omdat deze kinderen mogelijks (hopelijk) terug bij hun ouders kunnen verblijven na verloop van tijd, over wiens belang gaat het dan in feite? En zouden kandidaat-adoptieouders zich ook aanmelden als er pakweg zoiets als interlandelijke pleegzorg zou bestaan?
Een kanttekening die ik hierbij wil maken is dat kinderen en volwassen uit pleegzorg met minstens zoveel sensitiviteit en kennis van zaken benaderd en opgevolgd dienen te worden dan adoptiekinderen en geadopteerden. Pleegzorg is geen gemakkelijkheidsoplossing om adoptie af te schaffen of te vervangen. Het moet een bewuste, doordachte en onderbouwde keuze zijn van mensen, met ook aandacht voor eigen pijnpunten en kwetsbaarheden qua rouw en verlies, zoals een ongewenst onvervulde kinderwens.
Dat er ook goede adoptieverhalen zijn, is een ander veelgehoord argument tegen de voorgestelde adoptiepauze. Hiermee wordt bedoeld dat geadopteerden en adoptieouders een warme band ervaren en liefde voor elkaar voelen. Ik las nergens in het rapport dat dit ontkend zou worden. De aanbevelingen gaan over het uitbannen van systeemfouten en menselijk leed, niet over het al dan niet mogelijk zijn van affectieve relaties. Ik zou zelfs durven zeggen: dat zou er nog aan mankeren, dat mensen in adoptiegezinnen elkaar niet graag zouden kunnen zien. Het uit de wereld willen helpen van structurele fraude sluit warme menselijke relaties geenszins uit.
Een laatste bedenking die ik regelmatig voorbij zag komen, was dat frauduleuze adopties onfortuinlijkheden uit het verleden zouden betreffen. De realiteit is volgens mij dat niemand dit kan zeggen of weten, critici van adoptie niet, adoptieouders- en diensten evenmin. Of de adopties van de jongere generatie geadopteerden fraudevrij gebeurden, zal de tijd uitwijzen. Vandaar dat er uiterst omzichtig omgesprongen moet worden met de omstandigheden en kaders waarbinnen interlandelijke adoptie nog zou kunnen plaatsvinden. Wanneer de jongere generatie geadopteerden DNA zal beginnen opladen in databanken om zichzelf te vinden, alsook de antwoorden die niemand kan geven, als ze moeilijke en pijnlijke zoektochten zal aanvatten of sociale media zal beginnen uitpluizen op zoek naar een glimp van herkenning bij potentiële verwanten, zullen deze geadopteerden misschien pas ontdekken dat ze bijvoorbeeld helemaal geen wees zijn. Ook nu duiken reeds recente fraudegevallen op, zoals de in 2015 geadopteerde ‘wezen’ die ontvoerd bleken na identiteitsvervalsing en bedrog tegenover hun ouders. Beeld u in dat uw kind ontvoerd wordt maar dat u het na jaren wanhoop niet terugkrijgt omdat andere mensen ondertussen uw plek als ouder proberen in te nemen. Denk ook aan de frauduleus adoptabel gemaakte kinderen uit Ethiopië (adopties tot 2017), waarvan ouders onterecht doodverklaard werden en waarbij kinderen moesten liegen over hun leeftijd.
Het sociaal-wetenschappelijk onderzoek van de UGent hield rekening met klachten tot en met 2020, het juridische rapport van de UAntwerpen het heeft het huidige systeem grondig geëvalueerd. Persoonlijke beledigingen aan het adres van geadopteerden die hun ervaringen deelden en hen wegzetten als uitzondering, rancuneus of labiel lijken me dan ook ongepast en irrelevant.
To pause or not to pause?
In mijn ogen is de voorgestelde adoptiepauze niet alleen te verantwoorden maar ook broodnodig om te hervormen en recht te trekken wat tientallen jaren systematisch verkeerd liep. Ik ben ervan overtuigd dat zo goed als iedereen er voorstander van is om de onregelmatigheden eruit te halen zodat adopties rechtmatig kunnen verlopen. Het internationale adoptieveld is echter zeer complex en structurele veranderingen laten zich niet eenvoudig of snel doorvoeren. Ik erken volmondig dat dit hard is voor kandidaat-adoptieouders, maar ook noodzakelijk om een correct verloop na te streven. Zonder het inlassen van een pauze zal de wachtlijst van kandidaat-adoptieouders bovendien alleen aangroeien aangezien ze nog steeds zullen kunnen instromen voor een onzekere en emotionele procedure zonder zekerheid op transparantie.
De essentie van het rapport en de aanbevelingen zijn niet de particuliere ervaringen die alle betrokkenen beleven, maar wel het hervormen van een bewezen, fraudegevoelig systeem dat potentieel grote menselijke schade berokkent bij geadopteerden, ouders van oorsprong en adoptieouders. Het is verbazingwekkend, en eigenlijk ook schrijnend, dat we over deze aanbevelingen anno 2021 nog zo moeten debatteren en discussiëren. Het beschermen van de rechten van kinderen en hun oorspronkelijke familie alsook het bevorderen van de levenskwaliteit van geadopteerden die hier al zijn, rechtvaardigen deze pauze en vormen de terechte prioriteiten die naar voor komen uit het rapport.
Renate Van Geel werd geboren in Zuid-Korea en na 4 maanden geadopteerd naar België. Ze studeerde Toegepaste psychologie en Sociale en culturele antropologie. Na 11 jaar werken binnen jeugdzorg coacht en begeleidt ze nu geadopteerden en hun omgeving bij de psycho-sociale moeilijkheden waar ze tegenaan lopen. Samen met een mede-geadopteerde uit India houdt ze een blog bij over het dagelijks leven als geadopteerde: Tussen India en Korea – Geadopteerd: van overleven naar leven
Lees ook:
– Minister Beke te vinden voor adoptiepauze om ingrijpende hervorming door te voeren
– Moet België internationale adoptie verbieden? ‘Het systeem nodigt nog altijd uit tot fraude’
– ‘Systeem van interlandelijke adoptie is gedateerd: tijd om het ook in Vlaanderen stop te zetten’
– ‘Jij bent mijn moeder niet’: adoptie, tussen droom en realiteit
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier