Vogels

De 10 meest voorkomende tuinvogelsoorten. Alle vogels in deze lijst stonden in 2022 in de top 10 van meest getelde vogelsoorten tijdens Het Grote Vogelweekend van Natuurpunt. Het zijn allemaal ‘broedvogels: soorten die in onze streken een nest maken, eieren leggen, eieren uitbroeden en hun jongen groot brengen. En het zijn ook allemaal ‘standvogels’: soorten die tijdens de herfst en winter in onze streken blijven en hier overwinteren.

Vogelbescherming Vlaanderen stelde deze lijst op, inclusief enkele weetjes per soort en wat het lievelingskostje is. Handig voor als je de vogels in je tuin wil voederen! Je kan hier ook vinden wat je moet doen wanneer je een jonge vogel vindt of te maken krijgt met een raamslachtoffer.

Informatie
Lengte: 40 – 51cm (inclusief staart van 20 – 30cm). Is zwart/wit met groenige metaalglans. Vormen als jonge vogels of in de winter groepjes (>5). Broedt niet graag in een nestkast: nestelen in hoge bomen in opvallend grote, warrige en met modder verstevigde takkennesten met een heuse overkapping.


Houdt van
Alles: eet allerlei ongewervelden (insecten, wormen, larven) aangevuld met zaden, granen, vruchten, noten, een kuiken of ei van andere vogels, muizen of overleden dieren die hij in de natuur of langs een weg vindt. Doet zich in stedelijke omgevingen ook tegoed aan weggegooide etensresten.

Informatie
Lengte: 38 – 43cm, grootste inheemse duivensoort. Grote, witte vlek in de hals, grijs verenkleed en (licht)roze borst. Broedt niet graag in een nestkast: nest is een simpele verzameling takjes op allerlei plaatsen: in een boom of grote struik, haag in bossen, parken of tuinen, op hoeken of randen van een gebouw.


Houdt van
Plantaardig voedsel: allerlei zaden en granen van grassen, kruiden en gewassen. In het voorjaar eten ze ook graag bladknoppen, bladeren en jonge plantjes, in het najaar zoeken ze in groep naar oogstresten, noten en plantenresten op akkers en weides.

Informatie
Lengte: 14 – 16cm. Overwegend bruin met zwarte strepen: mannetje heeft zwarte bek en keelvlek met roodbruin achterhoofd en witte wangen, vrouwtje draagt verschillende bruintinten. Zeer sociale koloniebroeder die altijd in de buurt van mensen én van elkaar leeft: onder dakpannen of in en rond (oude) gebouwen, omringd door groene elementen met hagen, struiken.


Houdt van
Gevarieerd plantaardig menu: eten samen allerlei zaden en granen van grassen en kruiden, scheuten, bessen en blad- en bloemknoppen, ook etens- en tafelresten. De jongen krijgen hoofdzakelijk dierlijk voedsel. Broedt graag samen in mussenloften (ideale diameter invliegopening 35mm) en in de buurt van een kippenren (biedt veel voedsel en beschutting).

Informatie
Lengte: 30 – 34cm. Is dofzwart met opvallende lichtblauwe tot grijswitte ogen en lichtgrijs achterhoofd: hoe ouder de vogel, hoe witter de ogen en hoe grijzer het achterhoofd. Sociale koloniebroeder die broedt in natuurlijke holtes zoals oude spechtenholen, boom- of rotsspleten en nabij mensen in schoorstenen, grotere nestkasten en holtes in kerktorens of andere gebouwen.


Houdt van
Is een alleseter: eet ongewervelden (wormen, larven, slakken, spinnen, kevers), allerlei zaden, granen, vruchten, noten. Ook etensresten of kadavers van overleden dieren.

Informatie
Lengte: 13,5 – 15cm. Zwarte kop met grote witte wangen, zwarte lijn (stropdas) die gele borst in twee verdeelt. Broedt zeer graag in nestkasten of andere natuurlijke holten met een ideale diameter (invliegopening) van 32mm. Nest wordt gemaakt uit mos, donsveren, dierenharen en ander zacht materiaal.


Houdt van
Allerlei zaden en granen van grassen en kruiden, aangevuld met dierlijk voedsel, voornamelijk geleedpotigen zoals insecten (en hun larven), spinnen en bladluizen, maar ook rupsen… om tijdens het broedseizoen zijn jongen groot te brengen.

Informatie
Lengte: 23,5 – 29cm. Mannetje is zwart met gele bek en oogring, het vrouwtje is donkerbruin met bruine stippen en een bruine bek. Broedt niet graag in een nestkast: liever beschut in dicht struikgewas of boomkruinen, hagen of gevelgroen zoals klimop. Nest zelf is een open kom, gewoven in een takvork, bestaande uit mos, takjes en gras, eventueel verstevigd met modder.


Houdt van
Gevarieerd menu bestaande uit wormen, slakken, bessen, vruchten en insecten die ze zoeken in het gazon of tussen gevallen bladeren in rommelige tuinhoekjes of onder en tussen bomen en struiken.

Informatie
Lengte: 10,5 – 12cm. Witte kop met blauwe pet en zwarte oogstreep, borst is geel en bovenkant azuurblauw. Broedt net zoals koolmees graag in nestkasten of andere natuurlijke holten met een ideale diameter van 28mm. Nest wordt gemaakt uit mos, donsveren, dierenharen en ander zacht materiaal.


Houdt van
Voornamelijk geleedpotigen zoals insecten (en hun larven), spinnen en bladluizen, maar ook rupsen.. Hangt soms acrobatisch aan een twijg om in het najaar de zaden of knoppen van bijvoorbeeld berken te bemachtigen.

Informatie
Lengte: 19 – 22cm. Zijn in de lente en zomer zwart gekleurd met een groen-paarse metaalglans en fijne geelwitte stipjes, gele bek. In winter: grotere stippen en donkere bek. Komen in het najaar samen om in groep te slapen of naar het zuiden te trekken, voorafgegaan door de indrukwekkende ‘spreeuwenvlucht’. Broedt van nature in oude spechten- of natuurlijk boomholtes, in en rond gebouwen en nestkasten (ideale diameter invliegopening 45mm).


Houdt van
Open gazon waar ze insecten(larven) in zoeken. In het najaar schakelen ze meer over naar bessen en vruchten zoals vogelkers en appels

Informatie
Lengte: 29 – 33cm. Opvallende zwarte nekband, effen beige borst met donkere vleugels en zwarte vleugelpunt. Broedt niet graag in een nestkast: stelt niet veel eisen aan een broedplaats en aan zijn eenvoudig, ondiep takkennest, als er maar voldoende beschutting en voedsel in de buurt is. Vermijdt wel grote bossen.

Houdt van
Voornamelijk granen en zaden van allerlei grassen, kruiden en gewassen. Ook zonnebloempitten op de voedertafel. Voert zijn jongen voornamelijk rupsen en kevers.