Vincenzo Nibali, de Haai van Messina, zwaait af: ‘Hij had in de tijd van Coppi en Bartali kunnen koersen’
Zaterdag, met de Ronde van Lombardije, rijdt Vincenzo Nibali op zijn 37ste zijn allerlaatste koers. Welke plaats neemt de Italiaan straks in de geschiedenisboeken van de wielersport in?
Dit stuk verscheen in de Vueltagids 2022 van Sport/Wielermagazine.
We schrijven 9 juli 2014. Vijfde rit in de Ronde van Frankrijk, de bij velen gevreesde tocht over de kasseien van het Noorden. De herfst is de zomer te vlug af, maar de pijpenstelen en helse omstandigheden lijken Vincenzo Nibali niet te kunnen deren. Gehuld in de gele trui en gegidst door Astanaploegmaat Jakob Fuglsang dendert de Italiaanse kampioen naar de derde plaats, op een twintigtal seconden van ritwinnaar Lars Boom.
‘Ook al kwam Vincenzo niet als eerste over de streep, die etappe was van grote betekenis voor zijn carrière en bij uitbreiding zijn hele leven’, zegt Marco Pastonesi (67). Pastonesi, jarenlang een van de meest gewaardeerde wielerjournalisten van La Gazzetta dello Sport, leende na zijn pensionering zijn pen als gastauteur voor Nibali’s ‘autobiografie’. De titel van het in 2018 verschenen boek, La quinta tappa (De vijfde rit), is een verwijzing naar die fameuze kasseitocht.
‘De rit speelde zich af op een terrein dat het zijne niet leek’, brengt Pastonesi die epische helletocht tot leven. ‘Het was de eerste keer dat Nibali in koers met kasseien werd geconfronteerd. Maar door Alberto Contador op achterstand te rijden en Chris Froome in een crisis te storten die hem tot de opgave verplichtte, legde Vincenzo die dag de basis van zijn eindzege in de belangrijkste wielerwedstrijd ter wereld.’
Achteraf bleek de Tour 2014 het absolute hoogtepunt uit Nibali’s carrière. Een climax die men zelfs in Italië niet onmiddellijk had zien aankomen. Bij de start in Yorkshire gold Froome als topfavoriet voor de eindzege, weerwerk werd vooral van Contador verwacht. In tegenstelling tot de jaren voordien had La Gazzetta dello Sport slechts één in plaats van twee journalisten afgevaardigd. ‘Maar toen Nibali al in de tweede rit in Sheffield de gele trui bemachtigde, ben ik achterna gestuurd’, vertelt Pastonesi.
Hoe meer de tijd verstrijkt, hoe meer we beseffen hoe belangrijk Nibali is.’
Mzrco Pastonesi
Ook al zou hij met vier etappeoverwinningen zijn gele trui een gouden glans geven en de tweede in de eindstand, de Fransman Jean-Christophe Péraud, ruim zeven minuten aansmeren, tot op vandaag moet Nibali zijn Tourzege welhaast rechtvaardigen. Waren Froome en Contador niet uitgevallen, dan had hij de Tour nooit gewonnen, zo heet het.
De renner zelf heeft die redenering nooit eerlijk gevonden. In Sport/Voetbalmagazine zei hij daarover ooit: ‘Ik vind het gewoon niet correct. Ik zou ook kunnen zeggen: ‘Toen Froome de Tour won (in 2013, nvdr), was Contador niet op niveau en nam ik niet deel. Wie heeft hij moeten verslaan? Niemand!’ Maar ik zeg dat niet. Iedere wedstrijd heeft nu eenmaal zijn verhaal. Basta. ‘
Pastonesi zit op dezelfde golflengte. ‘Het interesseert mij niet dat Froome en Contador toen uitgevallen zijn. Renners tarten het lot, valpartijen en ziekte maken deel uit van de koers. Nibali’s Tourzege was una grandissima vittoria. ‘
Op water en brood
Nibali kroonde zich die zomer tot zevende en voorlopig laatste Italiaanse eindwinnaar van de Tour. Waar situeert de Siciliaan zich ten opzichte van zijn voorgangers? ‘Vergelijkingen zijn altijd moeilijk, omdat we over verschillende tijden spreken’, zegt Pastonesi. ‘Vanuit mijn fascinatie voor het historisch wielrennen geloof ik dat hoe verder je teruggaat in de tijd, hoe gruwelijker de omstandigheden waren. Daarom ben ik geneigd te denken dat de grootste Italiaanse Touroverwinningen die van Ottavio Bottecchia (1924, 1925) waren, gevolgd door die van Gino Bartali (1938, 1948) en Fausto Coppi (1949, 1952), dan die van Gastone Nencini (1960), Felice Gimondi (1965) en Marco Pantani (1998), en ten slotte die van Nibali.’
Wat dan weer in Nibali’s voordeel pleit, aldus Pastonesi, is dat er nooit een dopingschaduw over zijn carrière heeft gehangen. ‘Tot bewijs van het tegendeel heeft hij, zoals we in Italië zeggen, op water en brood gekoerst. Dat doet zijn Tourzege in waarde stijgen.’
Pastonesi noemt Nibali ‘van alle moderne coureurs de meest ouderwetse, in de gunstige zin van het woord’. Nibali was een man van alle seizoenen, die zich van in het voorjaar tot de Ronde van Lombardije onderscheidde en in de tijd van Coppi en Bartali had kunnen koersen. ‘Je hoeft alleen maar naar zijn gezicht te kijken: een doorleefd gelaat, dat het lijden in zich draagt. Van alles wat hij heeft gewonnen, is niets hem in de schoot geworpen. Hij heeft alle successen op eigen kracht behaald.’
Ondanks zijn palmares heeft Nibali nooit de mythische of haast goddelijke status bereikt van de campionissimi uit het verleden. Ook aan hun populariteit kon hij niet tippen. ‘Nibali heeft nooit de grote massa weten te beroeren of naar het wielrennen kunnen lokken’, zegt Pastonesi. ‘Hij had niet het explosieve karakter van Mario Cipollini noch de mysterieuze eenzaamheid van een klimmer als Marco Pantani. Hij heeft geen effect teweeggebracht zoals Valentino Rossi in de motorsport of Alberto Tomba in het skiën. Nibali was en is een referentie binnen zijn sport, erbuiten minder.’
Dat de Haai van Messina zijn sport nooit heeft overstegen, houdt volgens Pastonesi verband met zijn gesloten persoonlijkheid. ‘Vincenzo is ongelooflijk verlegen, heel ernstig en erg gesteld op zijn privéleven. Als je hem een vraag stelt, kijkt hij niet altijd in je ogen, als een reflex om zichzelf te beschermen, en is zijn eerste woord vaak ‘niente‘ (niets, nvdr), alsof hij niets te zeggen heeft. Maar dat is niet zo. Als je eens die schaarse kans krijgt tot een diepgaander gesprek, kan hij ook heel open, oprecht en direct zijn. Dan wikt hij zijn woorden niet. Maar hij zegt het snel en bondig. Hij heeft geen podiumkwaliteiten zoals Federica Pellegrini (olympisch en meervoudig wereldkampioene zwemmen, nvdr). Pellegrini zou misschien het Festival van Sanremo kunnen presenteren, Nibali zou een gast zijn. Dat is het verschil.’
Wijdvertakte wortels
Nadat Nibali al de Vuelta (2010) en de Giro (2013) had gewonnen, voegde hij op de wegen van de Tour in 2014 aan zijn carrière een nieuwe dimensie toe. Als eindwinnaar van de drie grote rondes trad hij toe tot een illuster gezelschap, op dat moment bestaande uit Jacques Anquetil, Felice Gimondi, Eddy Merckx, Bernard Hinault en Alberto Contador, en waar sindsdien enkel Chris Froome zijn naam nog heeft aan toegevoegd.
‘Als we hem tegenover zijn tijdgenoten afwegen, moeten we zeggen dat het drie heel uiteenlopende verhalen zijn’, stelt Pastonesi. ‘Van Froome herinner ik me dat hij in zijn tijd bij Barloworld buiten tijd eindigde en uit de Giro werd gezet omdat hij zich aan een motor had vastgehouden. Zijn metamorfose daarna was enorm. Nibali daarentegen is gestaag gegroeid. Als neoprof (in 2005, nvdr) nam Giancarlo Ferretti (teammanager van Fassa Bortolo, nvdr) hem al mee naar de Girostart, ook al maakte hij geen deel uit van de selectie. Ferretti wilde hem in de aanloop bij de ploeg hebben om hem al eens de sfeer van een grote ronde te laten opsnuiven. Contador is dan weer een bezoedeld verhaal (de clenbuterolzaak, nvdr), hoezeer hij zich ook verdedigd heeft (‘Cero, cero, cero …’, nvdr). Tegelijk was het ook onmogelijk om hem níét te bewonderen – zo klasrijk en talentvol was hij. Nibali was van nature minder getalenteerd dan Contador, maar had een heel grote overtuiging en verbetenheid. Nibali was het levende bewijs dat je niet alleen met je benen trapt, maar ook met je hoofd en je hart. Ik heb altijd bewondering gehad voor die grande tenacia, die grote verbetenheid. Hij kon zich programmeren, focussen en afzien als geen ander.’
De verklaring voor Nibali’s onbuigzaamheid zoekt Pastonesi in zijn roots. Bij gebrek aan jeugdwedstrijden op Sicilië verliet Vincenzo op zijn zestiende al het ouderlijk nest in Messina om duizend kilometer noordelijker zijn wielerdroom na te jagen en zich in Toscane bij een lokale juniorenclub aan te sluiten. In Mastromarco, tussen de pijnbomen en wijnranken in het glooiende hinterland van Toscane, vond de Siciliaan met de donkere ogen een tweede thuis bij voorzitter Carlo Franceschi en diens vrouw Bruna.
‘Zoals veel Italianen vroeger werk en geluk gingen zoeken in Amerika, zo was ook Nibali al heel jong een emigrant’, schetst Pastonesi. ‘Vincenzo is in Messina grootgebracht in een eenvoudige, eerlijke en fatsoenlijke familie. Amerika was voor hem Mastromarco, waar hij een tweede vader, een tweede moeder en een tweede vaderland vond en met deugdzame waarden werd opgevoed. Nibali is een man met wijdvertakte wortels.’
Romantische overwinning
Terwijl Chris Froome zijn erelijst (46 UCI-profzeges) uitsluitend vormgaf met eindklassementen en etappezeges en Alberto Contador (68 UCI-profzeges) welgeteld één eendagskoers op zijn naam schreef (Milaan-Turijn), bouwde Vincenzo Nibali een completer palmares uit. Tussen zijn 53 UCI-profzeges tot dusver prijken dertien eendagswedstrijden, met als uitschieters twee Italiaanse wegtitels, de Bretagne Classic in Plouay en vooral drie monumentale klassiekers: Milaan-Sanremo en twee keer de Ronde van Lombardije.
‘Nibali won zijn meeste wedstrijden ook op een memorabele manier’, stipt Pastonesi aan. ‘Als niet-sprinter was hij genoodzaakt de tegenstand van zich af te schudden. De solozege is en blijft de mooiste en meest romantische overwinning die er bestaat. Het is de overwinning van het pure wielrennen.’
Nibali veroverde veel supportersharten met zijn aanvallende manier van koersen. In de Tourgids 2018 van Sport/Wielermagazine vertelde hij daarover: ‘Ik ben altijd een offensief ingestelde renner geweest, maar er is een evolutie. Vroeger was ik nog aanvallender. Alleen ging ik toen al eens op de verkeerde momenten en liep daardoor misschien wel overwinningen mis. In de loop der jaren ben ik iets bedachtzamer en afwachtender geworden. Een evolutie die parallel verliep met mijn ontwikkeling als renner, waarbij ik mijn fysieke kwaliteiten heb ontdekt en me meer op de grote rondes ben gaan concentreren.’
In zijn hoogdagen bezat Nibali de gave van de improvisatie, zoals bij zijn verrassingsaanval vroeg op de Poggio in Milaan-Sanremo 2018, een editie waarin hij van start was gegaan in steun van Sonny Colbrelli. Of zoals in de Giro 2016, waar Steven Kruijswijk op weg leek naar de eindzege maar uiteindelijk de Siciliaan het roze laken voor de tweede keer in zijn carrière naar zich toetrok.
God op de Olympus
Natuurlijk had Nibali’s palmares er nog mooier kunnen uitzien dan het al is. ‘Er ontbreekt minstens één extra eindzege in de Giro’, meent Pastonesi. ‘Het jaar dat hij als gregario (knecht, nvdr) fungeerde van Ivan Basso (2010, nvdr), was hij sterker dan zijn kopman, maar hij heeft gehoorzaamd en de hiërarchie gerespecteerd. Er ontbreekt ook een olympische titel: in Rio was het goud al binnen toen hij in een afdaling ten val kwam. En waarschijnlijk ontbreekt er ook een wereldtitel: het WK in Firenze, op een parcours dat veel weg had van dat in Rio en waar Rui Costa de regenboogtrui veroverde. Met die drie overwinningen erbij zou Nibali een god zijn en een plaats hebben op de Olympus van het wielrennen. Maar, zoals daarjuist gezegd: valpartijen maken deel uit van het spel, je moet ze dus aanvaarden.’
De 37-jarige Astanarenner kondigde zijn afscheid van de wielersport live op televisie aan op 11 mei, na afloop van de vijfde rit in de Giro, die finishte in zijn geboorteplaats Messina. Met evenveel gevoel voor symboliek koos Nibali ook zijn afscheidsrace uit: de Ronde van Lombardije, op zaterdag 8 oktober, de historische klassieker van de dode bladeren die hij in 2015 en 2017, telkens na een masterclass daalkunde, op zijn naam schreef.
Pastonesi is ervan overtuigd dat Nibali, die in het Zwitserse Lugano woont, ook de komende jaren een rol in de wielersport zal blijven vertolken. ‘Ik heb gehoord dat RCS, de organisatie van de Giro d’Italia, hem gecontacteerd heeft om hem in te schakelen als ambassadeur. Zelf heeft hij over zijn toekomst nog niet gesproken. Ik zie in hem een teammanager, een makelaar, een ambassadeur… In al die rollen zou hij functioneren.’
Het Italiaanse wielrennen zal Nibali ook nodig blijven hebben. ‘Hoe meer de tijd verstrijkt, hoe meer we beseffen hoe belangrijk Nibali is, want er is niemand die recht heeft op zijn erfenis’, zegt Pastonesi. ‘Na Nibali gaapt de leegte. We kunnen hem met ons allen alleen maar in de armen sluiten en bedanken voor de emoties en het voorbeeld dat hij ons heeft gegeven.’