Breekt Tadej Pogacar met AI-hulp de ‘vloek’ van de Poggio in Milaan-Sanremo?

Tadej Pogacar kon in 2023 Filippo Ganna, Wout van Aert en Mathieu van der Poel niet afschudden op de Poggio. © Getty
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Drie keer probeerde Tadej Pogacar het op de Poggio, drie keer werd hij gegrepen. Met hulp van kunstmatige intelligentie probeert de Sloveense superman dit jaar het script te forceren en Milaan-Sanremo eindelijk te winnen. Kunnen hij en zijn ploeg de ‘vloek’ van de koppositie op de Poggio doorbreken?

Bij UAE Team Emirates hebben ze hun AI-model ‘Anna’ erop losgelaten, in de hoop een sluitend antwoord te krijgen op het moeilijke vraagstuk: hoe winnen we met Tadej Pogacar Milaan-Sanremo?

De voorbije drie jaar strandde de alleskunner op plek drie, vier en vijf in La Primavera. Vorig jaar finishte hij in de sprint na Jasper Philipsen en Michael Matthews. In 2023 was hij de laatste van het trio met Filippo Ganna en Wout van Aert. Zij strandden op 15 seconden van Mathieu van der Poel. In 2022 zat hij ook in de groep die kort achter Matej Mohoric eindigde.

Telkens lanceerde Pogacar op de Poggio een of meerdere aanvallen. Ieder jaar iets snediger, maar nooit kon hij echt wegrijden.

In 2022 botste hij met vier getelefoneerde aanvallen op tegenwind en op Wout van Aert.

In 2023 overklaste Van der Poel hem met een counteraanval, die standhield tot de finish.

In 2024 rondde Pogacar wel als eerste de top (nota bene in een recordtijd van 5 minuten en 38 seconden, twee seconden rapper dan Van der Poel het jaar ervoor), maar de Nederlander kleefde aan zijn achterwiel.

In de afdaling (Mohoric), op de Poggio (Van der Poel) en in de sprint (Philipsen) waren er vervolgens altijd één of meer renners de Sloveen te vlug af.

Het probleem voor Pogacar: de 3,7 kilometer lange Poggio is te weinig steil (3,7 procent, met een piek tot 8 procent) om iedereen uit het wiel te knallen, zeker Mathieu van der Poel. Zelfs andere toppers kunnen tegenwoordig een razendsnelle Poggio met een gemiddelde van ruim 39 kilometer per uur aan.

Anna’s plan: de tegenstand breken op de Cipressa

UAE Team Emirates probeerde al drie keer op rij de koers hard te maken vanop de Cipressa, de voorlaatste helling. Vaak liep dat niet gesmeerd, vorig jaar onder meer door slechte positionering van Pogacars ploegmaats aan de voet.

Daarom riep UAE Team Emirates de hulp van het AI-systeem ‘Anna’ in. De oplossing die ‘Anna’ heeft bedacht sijpelde al door. Pogacars ploegmaat Tim Wellens hintte al op een supersnelle beklimming van de Cipressa, ónder de 9 minuten. La Gazzetta dello Sport bevestigde dat plan deze week. Wordt het ook zo uitgevoerd of is het misleiding van de ploeg?

Hoe dan ook: 9 minuten is 26 seconden sneller dan in 2024 en 19 seconden rapper dan het record uit 1996. Hallucinant snel. En zelfs onmogelijk?

In de finale van Milaan-Sanremo liggen traditioneel de Cipressa en de Poggio.

Of dat lukt, valt nog te bezien. Het kan een tactiek zijn om de benen van alle snelle mannen, zoals Jonathan Milan en Jasper Philipsen, voor de Poggio zo te vermoeien dat er op die klim wel grotere verschillen kunnen worden gemaakt.

De vraag is hoeveel ploegmaats Pogacar ná de Cipressa, in het 10 kilometer lange vlakke deel tot de voet van de Poggio en op de Poggio dan nog overhoudt. En of hij met een supersnelle beklimming van de Cipressa wél Mathieu van der Poel, Filippo Ganna of Mads Pedersen kan breken – al op de Cipressa of op de Poggio.

Solo gaan vanop de Cipressa is ook een optie, maar lijkt zelfmoord – al weet je nooit met Pogacar.

Vloek van de Poggio: waarom de koploper vaak verliest

De Poggio moet het laatste lanceerplatform richting een succesvolle soloaanval worden. Hoe moeilijk dat is bewijzen volgende cijfers.

In de voorbije 28 edities, sinds 1997, was de renner die als eerste voorbij de rode telefooncel op de top reed slechts twéémaal ook diegene die als eerste over de finishlijn in Sanremo fietste: Vincenzo Nibali in 2018 en Mathieu van der Poel in 2023.

De Italiaan viel aan op de Poggio, op 7,1 km van de aankomst, en reed daarna een meesterlijke afdaling tot op de Via Roma. Daar hield hij de sprintende Caleb Ewan en Arnaud Démare nipt af.

De Nederlander knalde een paar honderd meter voor de top van de Poggio weg. Aan de finish had hij 15 seconden voorsprong, de grootste kloof voor een winnaar sinds 1994, toen Giorgio Furlan solo won. Het geeft aan hoe close de strijd om de zege telkens weer is.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Wanneer sprinters de wet dicteren in Sanremo

In de 26 andere edities sinds 1997, op 28 in totaal, kon de koploper boven op de Poggio zijn versnelling op de klim nooit afronden met winst, 5,45 kilometer verder op de Via Roma.

Amper 10 keer eindigde die renner zelfs in de top 5, waarvan slechts 8 keer op het podium.

Dat heeft voor een stuk met toeval te maken, maar er zijn ook andere verklaringen.

Van 1997 tot en met 2016 lag de Poggio immers geplaveid met offensieve voornemens die zelden een verlengstuk kregen.

Alleen Paolo Bettini (2003), Filippo Pozzato (2006), Matthew Goss (2011), Simon Gerrans (2012) en Gerald Ciolek (2013) konden een aanval vanop de Poggio, in een klein groepje, succesvol afronden. Elk van hen liet minstens één andere renner voor zich op de top van de Poggio.

In alle andere edities (tussen 1997 en 2016) sprintte een veel grotere groep om de overwinning op de Via Roma, of tweemaal op de Lungomare Italo Calvino (de aankomst tussen 2008 en 2013).

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Telkens nadat de aanvallers op de Poggio, en de renners die er als eerste bovenkwamen, weer werden ingerekend. Onder meer Philippe Gilbert en Greg Van Avermaet, die elk drie keer als eerste of tweede de top rondden, zagen zo hun winstkansen alsnog in rook opgaan en wonnen nooit La Primavera.

Van Philipsen tot Stuyven: achtervolgers die winnen

Maar vanaf 2017 werd het scenario herschreven. Dankzij de punchers/meesterdalers die vanop de Poggio zich wel richting de zege konden katapulteren.

Toch moest de koploper op de top van de Poggio veelal met een ereplaats tevreden zijn. Ook omdat niemand, op Nibali en Van der Poel na, bergop alleen kon wegrijden en daarna tot de finish kon standhouden. Ook de snelle, bochtenrijke afdaling speelt daarin mee: wie geen specialist is, kan een voorsprong van een paar seconden vlug kwijtraken.

Opvallend: de zes andere winnaars van Milaan-Sanremo sinds 2017, naast Nibali en Van der Poel, bereikten de top van de Poggio vaak niet eens vooraan: Kwiatkowski (2017) passeerde er als derde, Julian Alaphilippe (2019) als zevende, Wout van Aert (2020) als tweede, Jasper Stuyven (2021) als negende, Matej Mohoric (2022) als vijfde en Jasper Philipsen (2024) als achtste.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Lukt de AI-strategie van Pogacar in Milaan-Sanremo?

Krijgen we zaterdag opnieuw zo’n scenario? Of kan Tadej Pogacar iedereen uit het wiel knallen op de Poggio en voorop blijven tot de eindstreep? De voorspelde rugwind in de finale (uit het noordoosten, tot 20 kilometer per uur) en de vijftig procent kans op regenbuien kunnen hem en zijn ploeg helpen om de koers hard te maken.

Maar evengoed slaat de ‘vloek’ van de koppositie op de Poggio weer toe: dan kan Van der Poel volgen, met nog andere renners in zijn spoor of renners die later aansluiten, en wordt de Sloveen weer geklopt in de sprint.

De eerste op de top van de Poggio met zijn plaats in de einduitslag:

2024: Tadej Pogacar (3e)

2023: Mathieu van der Poel (1e)

2022: Søren Kragh Andersen (7e)

2021: Wout van Aert (3e)

2020: Julian Alaphilippe (2e)

2019: Michal Kwiatkowski (3e)

2018: Vincenzo Nibali (1e)

2017: Peter Sagan (2e)

2016: Michael Kwiatkowski (40e)

2015: Geraint Thomas (31e)

2014: Lars Petter Nordhaug (15e)

2013: Sylvain Chavanel (4e)

2012: Fabian Cancellara (2e)

2011: Greg Van Avermaet (9e)

2010: Filippo Pozzato (29e)

2009: Filippo Pozzato (22e)

2008: Philippe Gilbert (3e)

2007: Philippe Gilbert (21e)

2006: Alessandro Ballan (8e)

2005: Franco Pellizotti (9e)

2004: Paolo Bettini (8e)

2003: Luca Paolini (3e)

2002: Paolo Bettini (50e)

2001: Michele Bartoli (11e)

2000: Peter Van Petegem (30e)

1999: Gabriele Colombo (69e)

1998: Alberto Elli (10e)

1997: Michele Bartoli (5e)

1996: Gabriele Colombo (1e)

1995: Maurizio Fondriest (2e)

1994: Giorgio Furlan (1e)

1993: Maurizio Fondriest (1e)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content