Remco Evenepoel, de rode kameleon: hoe hij zich aanpaste, heerste en harten veroverde
Op zijn 22e won Remco Evenepoel de Vuelta. Dankzij een combinatie van zeven kwaliteiten, waarvan zijn kameleongehalte, zijn wil om zich aan te passen en zichzelf bij te schaven, misschien wel de belangrijkste is. Hoe schreef hij Belgische wielergeschiedenis? Een overzicht.
Passie en aanpassingsvermogen
Zijn carrière als renner was pas een jaar en vier maanden oud toen Remco Evenepoel in De Tijd over zijn ambities sprak: ‘Een van de beste ronderenners van mijn generatie worden.’
Want, zo klonk het in juli 2018, enkele dagen nadat hij de wegrit op het EK voor junioren met tíén minuten voorsprong had gewonnen: ‘Ik ben een goede klimmer, heb een goede tijdrit en mijn lichaam verteert lange inspanningen heel goed.’
Ambities die hij enkele weken later ook herhaalde in HUMO. Hoe hij níét de ‘nieuwe Merckx’ was, maar zélf iemand wilde worden: ‘Een nieuw wielericoon.’ Met als ultiem doel: ‘De drie grote rondes winnen.’ ‘Waarom niet? Dromen mag, hé’, zei hij diezelfde maand ook tijdens een reportage in Sportweekend.
Hoe het Evenepoel in de volgende vier jaar is vergaan, is intussen alom bekend. Inclusief de sportieve hoogtepunten, maar ook de val in Lombardije. En alle kritiek die hij over zich heen kreeg, wegens zijn ‘voetbalmaniertjes’, of zijn tekortkomingen als (grote) ronderenner.
Eén zaak is in die vier jaar niet veranderd: de passie, het fanatisme, de vastberadenheid van Evenepoel om zijn droom waar te maken. Al voor de Vuelta zei Quick-Stepmanager Patrick Lefevere dat hij soms medelijden met zijn renner had. ‘Ik ken niemand van 22 jaar die zó vaak op hoogtestage gaat, zó veel traint en zó maniakaal bezig is met zijn vak.’
Iets wat Evenepoel daarna tijdens de Vuelta vaak heeft herhaald: ‘Ik heb hier zó hard voor gewerkt, zo veel voor opgeofferd.’ Een mentaliteit die vader Patrick en moeder Agna hem van jongs af hebben bijgebracht, dat je in het leven niks voor niets krijgt. Met als leuze: ‘Hard werken wint van talent als talent niet hard werkt.’
In alle lof over Evenepoels buitengewone fysieke talent wordt dat vaak over het hoofd gezien.
En nog belangrijker: in zijn geldingsdrang heeft de Schepdaalnaar zich continu aangepast, en aan zijn minpunten gewerkt. Zowel op communicatief, mentaal als fysiek vlak. Ook dat is een teken van intelligentie: wíllen veranderen, niet steeds koppig hetzelfde doen en willen zijn, als renner en als persoon.
Zei Patrick Lefevere ook voor de Vuelta: ‘Het zou leuk zijn voor Remco mocht hij daar eens een compensatie voor krijgen.’
Meer dan hij, Evenepoel zelf, en de buitenwereld had verwacht, werd die compensatie een grote rondezege. Deel één van de droomtrilogie is vervuld. (lees verder onder tweet)
Klimvermogen
Tekenend voor de leergierigheid en het aanpassingsvermogen van Evenepoel: zijn trainingen bergop, in aanloop naar deze Vuelta. Goed voor liefst 210.000 hoogtemeters. Zoals hij vooraf ook vertelde, over hoe ‘klimmen niet vanzelf komt’, over hoe hij de Passo di Mortirolo in Italië en de El Miserat in Spanje, twee steile beklimmingen, vele malen naar boven had gereden.
‘Soms met mijn neus op mijn voorwiel. Ik ben echt diep gegaan. Ik heb er mijn trainer, Koen Pelgrim, voor gehaat. (lacht) Niet zo leuk, maar het levert wel op.’
Dankzij die oefensessies, waarin Evenepoel zijn traptechniek en zijn cadans bijschaafde, aangepast aan de steiltegraad, zette hij in de Vuelta vele vraagtekens om in uitroeptekens. Ja, hij kon ook de steile én lange klimmen aan, op grote hoogte (dankzij wekenlange hoogtestages), in de hitte én na drie weken koersen.
Meer zelfs: in de eerste week trapte hij op de Pico Jano, de Colláu Fancuaya en Les Praeres de Nava – drie verschillende beklimmingen qua lengte en stijgingspercentages – wattages die absolute top waren. Afhankelijk van het aantal overbrugde kilometers tot 6,5 watt per kg en meer.
Niet met bruuske, explosieve versnellingen, maar door met een aanhoudend, moordend wurgtempo zijn concurrenten te versmachten. Zoals eerder dit seizoen ook al op de Gaustatoppen in de Ronde van Noorwegen en op de Erlaitz in de Clásica San Sebastián.
In het tweede Vueltaweekend waren zijn waardes iets minder, op de Sierra de la Pandera en op de lange klim naar de Sierra Nevada. Weliswaar (groten)deels het gevolg van zijn val twee dagen eerder, waardoor hij vooral op de Pandera met stramme spieren kampte en het moeilijk kreeg op de steilste stukken. Evenepoel beperkte echter de schade, net als de dag erna, op 2500 meter hoogte – zijn grootste onzekerheid tijdens deze Vuelta.
In de laatste week kwam de Schepdaalnaar bergop geen moment meer in de problemen. Ondanks herhaaldelijke aanvallen van Enric Mas loste hij de Spanjaard van geen vin.
Enige nuance: geen enkele bergrit in deze Vuelta overschreed de kaap van de 4000 hoogtemeters, met meerdere, lange, zware cols. Zeker in de slotweek was het bergmenu relatief verteerbaar, zonder supersteile percentages.
Evenepoel kon zo perfect in defensieve modus alles controleren. Mede omdat Primoz Roglic letterlijk wegviel, op dat moment zijn misschien wel grootste tegenstander.
Zo kon hij op de Alto del Piornal, in een rechtstreeks duel met Enric Mas, nog een ander wapen bovenhalen, waar hij de voorbije maanden óók aan had gewerkt: zijn sprint bergop. Waarmee Evenepoel – niet te vergeten – ook wegreed in Luik-Bastenaken-Luik, op de top van La Redoute.
Hardrijderscapaciteiten
Na de voorlaatste rit telde Remco Evenepoel een voorsprong op Enric Mas van 2 minuten en 5 seconden. Mede dankzij de 29 tellen die de Quick-Steprenner op de Movistarrenner pakte in de ploegentijdrit en de 1 minuut en 51 seconden in de individuele tijdrit, samen 2 minuten en 20 seconden.
Dat is 15 seconden meer dan Evenepoels uiteindelijke voorsprong. Bergop waren hij en de Spanjaard dus erg aan elkaar gewaagd. Slechts drie keer, op negen aankomsten bergop, eindigden ze op meer dan twee seconden van elkaar. Op de steile muur van Les Praeres de Nava verloor Mas 44 seconden op Evenepoel. Op de Sierra de la Pandera en de Sierra Nevada pakte de Movistarrenner respectievelijk 20 en 36 seconden terug.
Met die bedenking dat Evenepoel in dat tweede weekend last had van zijn val en in de derde week hoofdzakelijk aan verdedigen dacht. En met een andere ingesteldheid misschien nog meer tijd had kunnen nemen op Mas.
Feit blijft niettemin dat de Schepdaalnaar vooral in de individuele tijdrit een grote kloof sloeg, ook op olympisch kampioen tijdrijden Primoz Roglic (48 seconden).
Net dát wordt zijn belangrijkste troef als (grote) ronderenner: zijn fenomenale hardrijderscapaciteiten gekoppeld aan een steeds beter klimvermogen. Waarbij die eerste kwaliteit van groot belang zal worden, aangezien hij daarmee ook op Tadej Pogacar, Jonas Vingegaard en andere jongere talenten de grootste verschillen kan maken.
Al moeten er dan wel voldoende tijdritkilometers op het menu staan – een van de factoren die zijn keuze voor zijn eerstvolgende grote ronde(s) zal bepalen.
Mentaal overwicht
Hoezeer Evenepoel een echte winnaar is, bleek ook uit zijn mentale oorlogsvoering richting de concurrentie. In zijn communicatie, over hoe hij vaak ‘the mental battle’ had gewonnen, zoals na de rit naar de Sierra Nevada. Of hoe hij voor de etappe naar de Colláu Fancuaya, met een camera op de neus, op de rollen tegen zijn entourage vol vertrouwen vertelde: ‘Morgen kan er niet veel gebeuren.”
Een echte winnaar was hij ook in zijn gedrag op de fiets. Niet meer met wilde gebaren zoals in het verleden – zodat hij geen nerveuze indruk maakte – maar vaak met een stalen blik, en zijn kenmerkende, licht getuite lippen.
Een blik waarmee Evenepoel omkeek toen hij zijn tegenstanders op de Pico Jano een voor een uit het wiel reed. Of waarmee hij opzij keek toen zij hem tevergeefs hadden proberen te lossen. Zoals naar Primoz Roglic richting de Sierra Nevada. Of zoals naar Enric Mas afgelopen zaterdag, op de voorlaatste klim. Daar brak hij definitief de aanvalslust van de Spanjaard.
Ploegmaat Iljo Keisse had hem vooraf nochtans aangeraden om eens ‘tooten’ te trekken. Om te doen alsof hij een moeilijke dag beleefde, en zo zand in de ogen van zijn tegenstanders te strooien. Dat heeft Evenepoel echter nooit gedaan. Wijselijk, want zo straalde hij in de loop van de Vuelta een steeds grotere onaantastbaarheid uit.
Rust en kalmte
‘Ik wil het in mijn leven echt eens meemaken om onder grote druk ongelooflijke topprestaties neer te zetten. Dat moet een enorme kick geven.’
Aldus sprak Remco Evenepoel in het hierboven al aangehaalde interview in De Tijd, in juli 2018.
Ruim vier jaar later heeft hij in de Vuelta die grote druk ervaren, heeft hij die topprestaties neergezet, en was de kick inderdaad enorm. Nochtans niet vanzelfsprekend, om al na de zesde rit de rode leiderstrui te dragen en die tot het einde vast te houden. Geen renner van jonger dan 23 heeft hem dat na de Tweede Wereldoorlog voorgedaan, in álle grote rondes (van 21 dagen).
Maar net die rode trui, zei Evenepoel al in de eerste week, hield hem kalm. Behalve dan afgelopen zaterdagmorgen, toen hij wél heel gestresseerd en emotioneel was, na een slechte nacht ook. Maar toch zijn cool bewaarde, zijn eveneens nerveuze ploegmaats oppepte, en tijdens de rit dat geen moment liet blijken.
Een rust die over de Vlaams-Brabander neerdaalde na Luik-Bastenaken-Luik, toen hij voor het eerst bewees dat hij de wereldtop kon verslaan. Dankzij ook de boeken over psychologie hij die had gelezen – er zat zelfs een in zijn koffer tijdens de Vuelta.
Onder meer ‘Master your Mindset’ van de Nederlandse Pool Michael Pilarczyk. Over de kracht van juiste of verkeerde gedachten, en hoe je die gedachtepatronen kunt doorbreken door je mindset te herprogrammeren. Waardoor je ook op mindere momenten, zelfs van chaos, kapitein van je ziel blijft.
Zo bleef Evenepoel de hele Vuelta zen. Behalve die ene keer, toen hij na zijn val wat opzichtig verhaal ging halen bij de jury. Maar na de aankomst wel meteen kalmte predikte. En toegaf dat hij vroeger ‘geflipt zou zijn’ na zo’n onverwacht voorval.
Evenzeer bleef hij rustig toen ploegmaats Pieter Serry en Julian Alaphilippe opgaven, en onder het voortdurende gevaar voor een coronabesmetting. Die angst blokte hij bewust af, om geen energie te verliezen die hij op de fiets nodig had.
Die energie kanaliseerde hij ook (bijna) perfect. Door tegen zijn natuur, als grote fan van de altijd aanvalslustige Alberto Contador, defensief te rijden wanneer het moest. Behalve toen hij op de klim naar de Sierra Nevada iets te lang op kop reed, met Roglic in het wiel. En op de Alto del Piornal een te vroege aanval plaatste, acht kilometer voor de finish.
Bergop doseerde de Quick-Steprenner zijn krachten vooral in mindere momenten heel slim. Vaak op zijn fietscomputer kijkend, zijn wattages in de gaten houdend om zichzelf niet op te blazen.
Zoals op de Sierra de la Pandera, toen hij, met stramme spieren na zijn val, na de eerste versnelling van Primoz Roglic 42 seconden op 1,1 km verloor. Maar in de resterende drie kilometer nog slechts zes extra tellen prijsgaf op de Sloveen. Rode trui gered, met brio.
Kalm bleef Evenepoel ook de dag erna richting de Sierra Nevada, toen Roglic kilometers lang aan zijn achterwiel bleef kleven, hij geen misbaar maakte, en pas na de late versnelling van de Sloveen nog 15 seconden verloor.
Evenmin jaagde Evenepoel zich op toen Enric Mas op de Pico Jano niet wilde/kon overnemen, ondanks zijn herhaaldelijke verzoeken. Ook dan was de boodschap: rustig blijven.
Zoals hij ook in de laatste week nooit panikeerde, en het gevecht om de ereplaatsen tactisch goed uitbuitte. Ook die geslepenheid had de Schepdaalnaar bijgeschaafd, door in de voorbije Giro en Tour alle tactieken van de leidersploegen grondig te bestuderen.
Waarop hij die zelf toepaste in de Vuelta, als ‘Remcool’ Evenepoel.
Leiderschap
Toen Remco Evenepoel afgelopen donderdag won op Alto del Piornal, somde hij in zijn interview achteraf de voornaam van élke ploegmaat op, benadrukkend hoezeer ze hem in die etappe hadden geholpen.
Zoals hij dat na eerdere etappes en ook afgelopen zaterdag nog eens beklemtoonde, in zijn interviews en zijn (weliswaar niet zelf opgestelde) tweets: hoe zijn (eind)zege in de eerste plaats een ’triomf van het collectief’ was. In een interview met VTM Nieuws vertelde de kersverse Vueltawinnaar ook spontaan dat hij bij een eventuele huldiging in België (na het WK) er absoluut zijn ploegmaats bij wil hebben.
Dat zijn vaak verplichte clichépraatjes, maar bij Evenepoel droop de oprechtheid ervan af. Zaterdag, voor de microfoon van VRT-reporter Christophe Vandegoor, gaf hij ook toe dat dat in het verleden weleens anders is geweest, toen hij ‘egoïstischer’ was. Ook daar, aan die zelfreflectie, heeft de 22-jarige jongeman gesleuteld.
In deze Vuelta ontpopte hij zich zelfs tot een voorbeeldige leider. Inclusief oppeppende speeches voor de cruciale ritten, zoals ploegmaats en perschef Phil Lowe getuigden. Als een echte kopman ook duidelijk richtlijnen en opdrachten meegevend. En heel opvallend: zich ook verontschuldigend, via de oortjes, na zijn val in de tweede week.
Zo liet Evenepoel zijn ploegmaats boven zichzelf uitstijgen, ondanks hun logische beperkingen, ondanks ook twee vroege uitvallers (Pieter Serry en wereldkampioen Julian Alaphilippe).
Hoezeer de leden van The Wolfpack die aanpak apprecieerden, bleek uit de manier waarop onder meer Ilan Van Wilder en Louis Vervaeke zaterdag Evenepoel in de armen vielen, elkaar secondenlang innig omhelsden. Of hoe Dries Devenyns aan het podium stopte om Evenepoel de hand te drukken.
Dat was geen gefakete blijdschap om de eindzege van hun kopman, en eigen financieel gewin, maar intense vreugde.
Communicatie
Hoe Remco Evenepoel niet alleen de harten van zijn teamgenoten veroverde, maar ook van vele binnen- én buitenlandse journalisten, bleek onder meer uit de tweet van Chris Marshall-Bell (Cycling Weekly). Over hoe hij vroeger een beeld had van Evenepoel, als een renner die alleen aan zichzelf dacht. En hoe hij de voorbije weken zijn mening helemaal heeft moeten bijstellen.
Door gesprekken met Evenepoels getrouwen over zijn enorme focus en werkkracht, maar ook door hem bezig te zien voor en na elke Vueltarit. Altijd vrolijk, altijd positief, altijd bescheiden, altijd dankbaar in zijn communicatie. Gepaard met een aura, charisma en welbespraaktheid waar journalisten van smullen.
Dezelfde vaststelling die ook VRT-reporter Christophe Vandegoor maakte. Hoe Evenepoel in het Nederlands, Frans en Engels voor en na elke etappe uitvoerige antwoorden gaf, zonder de minste irritatie. En niet onbelangrijk: daarin ook geen enkele uitschuiver beging. Perfect de ook al heel vroege vragen over een mogelijke eindwinst beantwoordde, en zo de druk/controverse afhield.
Desondanks zal Evenepoel niet alle Remco-haters en sceptici hebben bekeerd – zij blijven zijn ‘voetbalmaniertjes’ oprakelen. Maar dat hij bij véél mensen goodwill heeft gecreëerd, is wel een feit. Wielerminnend België sluit hem steeds meer in de armen. Evenzeer als zijn Vueltazege is ook dát een overwinning op zich.
Of zoals Evenepoel zaterdag in Vive le Vélo zei: ‘Ik heb de voorbije drie weken vooral geprobeerd om mijn land fier te maken. Want ik had soms het gevoel dat de mensen te veel verdeeld waren, in de manier waarop ze naar mij keken. Ik hoop dat dat gelukt is.’
Wat ons betreft wel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier