Mauri Vansevenant: ‘Ik bén ambitieus, maar wil de eerste jaren vooral in dienst van Remco rijden’
In een interview met Sport/Voetbalmagazine praat Mauri Vansevenant over zijn ambities voor de komende jaren. Zeges zijn daarvoor geen maatstaf, wél zijn fysieke progressie. Onder meer in dienst van een kopman als Remco Evenepoel bij Deceuninck-Quick-Step.
Pas 21 jaar is hij, Mauri Vansevenant , maar uit alles wat hij vertelt, straalt de Torhoutse boerenzoon een grote volwassenheid uit. Ambitie en doorzettingsvermogen gemixt met relativerende nuchterheid. Ook na een sterk debuut bij de profs vorig jaar, toen hij tot diep in de finale van de Waalse Pijl alleen voorop reed, maar toen ten val kwam.
Dit seizoen kon de Torhoutenaar wel al zijn handen in de lucht steken, in de Italiaanse semiklassieker GP Industria & Artigianato waar hij Bauke Mollema, Mikel Landa en Nairo Quintana versloeg in de sprint. Ook deze week staat hij in de Ronde van het Baskenland goed zijn mannetje tussen de wereldtop.
Maar dat betekent niet dat Vansevenant, die een contract heeft bij Deceuninck-Quick-Step tot 2023, zich een andere status binnen The Wolfpack wil aanmeten. ‘Voor een rol als échte kopman, die het in élke wedstrijd kan afmaken, heb ik nog niet de fysieke capaciteiten’, vertelt hij deze week in Sport/Voetbalmagazine. ‘Vergeet niet dat ik voor een van de beste ploegen ter wereld koers, hé.’
‘Let wel: ik bén ambitieus en wil me zeker bewijzen, maar laat me de eerste jaren vooral in dienst rijden van kopmannen als Julian Alaphilippe en Remco Evenepoel. Zonder druk meewerken aan de droom van de ploeg om met Remco een grote ronde te winnen.’
‘Af en toe kan ik dan zelf mijn kans gaan, in een bergrit of een ‘kleinere’ eendagsrace, zoals in de GP Industria & Artigianato. Daar was ik wél kopman, ja. Dries Devenyns en James Knox hebben mij er in het begin van de race uit de wind gehouden. Maar ik heb toen niet gedacht: oei, nu móét ik winnen. Hetzelfde ook toen ik als belofte de leiderstrui in de Giro della Valle d’Aosta overnam. Geen stress, gewoon koersen en dan zie ik wel waar ik uitkom.
‘Ook de komende jaren: ik ga me niet afmeten aan de overwinningen die ik móét behalen. Ik zal mijn seizoenen in de eerste plaats beoordelen op basis van mijn fysieke progressie. Aan de mate waarop ik het beste uit mezelf heb gehaald. Dát is het belangrijkste. En daar zal ik mettertijd ook het verst mee komen.’
Lees het volledige interview met Mauri Vansevenant in Sport/Voetbalmagazine van 7 april of in onze Plus-zone.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier