Kassei naar Kapellen: Kempenaars knallen in Koningin der Klassiekers
Kempenaars deelden de lakens uit tussen Parijs en Roubaix.
De Hel van het Noorden kan soms een oneerlijke koers zijn, maar de drie sterksten eindigden wel op het podium: Mathieu van de Poel uit Kapellen, Jasper Philipsen uit Ham en Wout van Aert uit Lille. Veel kasseiwegen liggen er nochtans niet in de Kempen, maar een achtergrond in het super-Kempense veldrijden helpt zeker in Parijs-Roubaix.
Alpecin-Elegant uit Morkhoven bij Herentals, dé Kempense ploeg bij uitstek, heeft de koers van a tot z gecontroleerd. Niet vergeten: dat is een gewezen veldrijdersploegje dat vijf jaar geleden nog moest smeken om te mogen starten in de grote koersen. Straf wat de broers Roodhooft daar in Morkhoven hebben gebouwd.
Of Van der Poel de beste was op de kasseien, daar kan je over twisten. Hij was in ieder geval de strafste náást de kasseien.
Parijs-Roubaix telt officieel 54,5 kilometer kasseien, maar doe er gerust 25 kilometer af. Of toch voor een stuurkunstenaar als Mathieu van der Poel. Iedere centimeter beton, grind of zand naast die verduivelde kasseien zocht hij op, met manoeuvres die geen enkele renner hem nadoet. Of Van der Poel de beste was op de kasseien, daar kan je over twisten. Hij was in ieder geval de strafste náást de kasseien. ’t Zal toch helpen om krachten te sparen, wanneer je dat durft en kunt.
En hoe Van der Poel recht bleef bij die botsing met John Degenkolb… Voor een normale coureur eindigt zoiets in het ziekenhuis.
Lees verder onder het artikel.
Nachtmerrie voor Van Aert
Het verwachte duel viel plat op Carrefour de l’Arbre, 500 meter na de net-niet-val van Van der Poel. In de voorbeschouwing schreven we dit over het gevreesde Carrefour: ‘De vrijwilligers van Les Amis de Paris-Roubaix, die de kasseistroken onderhouden, vullen de putten met steenslag. Het leidt tot lekke banden: een nachtmerrie, in volle finale.’
De nachtmerrie kwam uit voor Wout van Aert. Die had zich tot dan toe beperkt tot: zorgen dat Mathieu van der Poel niet wegrijdt. Zijn gevaarlijkste aanval plaatste Van der Poel op een hellend baantje net na de vijfsterrenstrook van Mons-en-Pévèle. Zonder in overdrive te gaan reed Van Aert het gat dicht. De grote twee hadden toen samen kunnen doorgaan, maar ‘waarom zouden we?’ leken ze allebei te denken.
46,8 kilometer per uur is op dit parcours een waanzinnig gemiddelde.
Door beukwerk van Alpecin-Elegant werd dit de snelste Parijs-Roubaix ooit: 46,8 kilometer per uur is op dit parcours een waanzinnig gemiddelde. Het verschil met andere edities is dat het nooit stilviel tussen de kasseistroken. Onder die omstandigheden kunnen de grote motoren makkelijker het verschil maken. Wanneer Van der Poel, Van Aert of Philipsen er een snok aan gaven, dan zagen de niet-Kempenaars sterretjes.
De ontdekking van paaszondag
De ontdekking van paaszondag is natuurlijk Jasper Philipsen. De snelste sprinter ter wereld rijdt tempobeulen als Filippo Ganna en Stefan Küng de nek af in Parijs-Roubaix. We begrijpen nu waarom Van der Poel, die normaal niet gauw in dienst rijdt, dit seizoen al zo vaak de sprint aantrok voor Philipsen. Een renner met zulke benen houd je beter te vriend. In de finale leek het eigenlijk logischer dat Alpecin-Elegant zou mikken op de machtige spurt van Philipsen. Van der Poel bespaarde zijn ploegleiders een dilemma met een late aanval.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier