Kan Mathieu van der Poel zo veel crossen winnen als Erik De Vlaeminck en Sven Nys?
Zijn 150e profoverwinning als veldrijder kan Mathieu van der Poel (28) zaterdag in Herentals veroveren. Maar zal hij ooit het aantal zeges evenaren van die twee andere veldriticonen, Erik De Vlaeminck en Sven Nys?
Het begon op 16 februari 2014 in Heerlen, toen de 19 jaar en 28 dagen jonge Nederlander Mathieu van der Poel zijn allereerste profsucces in het veld behaalde. Solo, met 17 seconden voorsprong op zijn landgenoot Thijs van Amerongen en de Belg Rob Peeters.
Zaterdag begint Van der Poel in de X2O Trofeemanche in Herentals aan zijn veldritseizoen. 9 jaar en 10 maanden na die eerste overwinning in Heerlen kan zijn 150e zege (exclusief twee criteriumzeges in de Cyclocross Masters in Waregem) bij de elite veroveren.
Net zo indrukwekkend als dat aantal is het zegepercentage van MvdP: tot nu toe won hij 71,3 procent van al zijn profcrossen, en in 88 procent van de wedstrijden stond hij op het podium. Ter vergelijking: Wout van Aert, de actieve renner met het op een na grootste palmares als veldrijder, telt op dit moment 89 overwinningen bij de elite, en hij won 39,6 procent van zijn crossen.
Als Van der Poel zaterdag zijn 150e profveldrit wint – en die kans is groot – dan zal hij 28 jaar, 10 maanden en 28 dagen oud zijn. Dat is jong, maar wel ruim vijf jaar ouder dan Erik De Vlaeminck, toen die op 1 januari 1970 in het Zwitserse Pieterlen die mijlpaal bij de profs haalde. Hij was toen 24 jaar, 9 maanden en 9 dagen. De Meetjeslander behaalde ruim twee maanden voor zijn 18e verjaardag dan ook al zijn eerste succes, op 13 januari 1963 in Nederename.
De Vlaeminck, die zeven keer wereldkampioen werd, zou daar uiteindelijk nog 113 overwinningen aan toevoegen. Zijn laatste zege was de 263e, op 23 februari 1980 in Zelzate, net voor zijn 35e verjaardag.
De Vlaeminck verzamelde veel overwinningen, maar niet zo veel als dat andere icoon, Sven Nys. Van zijn eerste (in Wingene, op 23 september 1996, 20 jaar, 3 maanden en 6 dagen jong) tot zijn laatste overwinning (in Koksijde, op 22 november 2015, 39 jaar, 5 maanden en 5 dagen oud) zette die 288 officiële zeges op zijn erelijst (exclusief vier zeges in de criteriumcrossen van Mechelen en Waregem). Nys begon later dan De Vlaeminck veel te winnen – hij behaalde zijn 150e zege (Igorre, 2006) pas op zijn dertigste – maar won als dertiger ook een pak meer wedstrijden.
Hoelang en hoeveel nog crossen?
De vraag is of Van der Poel ooit De Vlaeminck én Nys kan voorbijsteken. Dan moet hij respectievelijk nog 113 en 138 overwinningen in het veld scoren. In het tempo van zijn twee topseizoenen in het cyclocross (31 zeges in 2017-2018 en 32 in 2018-2019) zou dat slechts vier à vijf jaar duren.
Maar toen was de Nederlander nog fulltimecrosser, terwijl hij sinds 2020-2021 het veldritseizoen als een opwarmer gebruikt voor het wegseizoen. Respectievelijk 14, 2 (door een rugblessure) en 15 crossen werkte hij in zijn laatste drie campagnes af, goed voor 7, 0 en 10 overwinningen. Ook de komende weken staan er ‘slechts’ 14 veldritten op zijn programma, tot en met het WK in Tábor.
Zelfs als Van der Poel tot zijn 39e dat wedstrijdgemiddelde aanhoudt, dus nog tien jaar, en elk seizoen tien crossen wint, dan nog evenaart hij noch De Vlaeminck, noch Nys. De vijfvoudige wereldkampioen liet onlangs zelfs al vallen dat hij de komende jaren misschien ooit een winter zal afwerken zónder veldritten – de weg krijgt voorrang.
Het is ook niet onrealistisch dat hij, zoals zijn vader Adrie, als late dertiger weer een pak meer crossen op zijn menu zal zetten – en zal winnen. Als Van der Poel dan überhaupt nog renner zal zijn, want evengoed stopt hij al op zijn 35e na een zeer rijkgevulde carrière.
Conclusie: het recordaantal wereldtitels van Erik De Vlaeminck (zeven) heeft de Nederlander zeker binnen handbereik – in Tábor kan hij begin februari al zijn zesde behalen – maar De Vlaeminck en Nys overtreffen qua totaalaantal zeges wordt dus zeer moeilijk. Maar daar zal Van der Poel allerminst wakker van liggen.
Albert Van Damme: de recordhouder
Erik De Vlaeminck, Sven Nys en Mathieu van der Poel worden beschouwd als de drie beste veldrijders aller tijden, maar geen van hen heeft het record qua totaalaantal profzeges op zijn naam staan. Dat is in handen van Albert Van Damme, de grote rivaal van De Vlaeminck. Hoeveel overwinningen de Oost-Vlaming precies heeft behaald, is niet helemaal zeker. Er is in naslagwerken sprake van 409, 421 en 423 zeges, maar zeker is dat Van Damme er meer dan 400 veroverde. Dat heeft hij mede te danken aan een heel lange carrière in het veld: van 1959 tot 1978.
(met dank aan auteur Mark Van Hamme)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier