Hoe de ijsgekoelde Kasper Asgreen Mathieu van der Poel dynamiteerde
Niemand gaf een cent om zijn kansen. Toch won Kasper Asgreen in de Ronde van Vlaanderen de sprint die hij niet leek te kunnen winnen. En verloor Mathieu van der Poel de sprint die hij niet kon verliezen. Hoe deed de Deen, met ijs in de aderen en dynamiet in de benen, de Nederlander ontploffen?
1) Omdat hij de sterkste was
Toen Kasper Asgreen de E3 Saxo Bank Classic won, werd – terecht – veel nadruk gelegd op het sublieme, schaakspel van Deceuninck – Quick-Step. De Deen werd als loper vooruit gestuurd en ontpopte zich uiteindelijk tot de koningin die op vijf kilometer voor de finish in Harelbeke de tegenstanders schaakmat zette, met een tweede aanval.
Wat iets te weinig werd belicht: welk ongelofelijk nummer Asgreen uit zijn benen had geschud. Met een solo in twee delen van 59,3 (54,4 + 4,9) km, waarbij hij dat laatste stukje aflegde met 47 km per uur, ruim 400 watt trappend. Een aanval die hij bovendien zelf al had ingeluid op de Taaienberg, toen The Wolfpack aan zijn rooftocht begon.
Toen al was duidelijk dat Asgreen dé man van Deceuninck – Quick-Step zou worden in de Ronde van Vlaanderen, zeker toen Zdenek Stybar vorige week uitviel met hartproblemen.
Dat bleek ook in de race, en op de bepalende kasseihellingen:
* 102 km van de finish: Asgreen rondt als eerste van de favorietengroep de top van de Molenberg, na weer een collectieve versnelling van The Wolfpack.
* 56 km van de aankomst (ondanks verspilde energie, door te moeten terugkeren na een val): Asgreen kan als enige een demarrage van Mathieu van der Poel boven op de Oude Kwaremont beantwoorden.
* 51 km van de eindstreep: Asgreen bereikt als eerste de top van de Paterberg, met Van der Poel in zijn wiel. Van Aert volgt op twee seconden.
* 44 km van Oudenaarde: Asgreen kent zijn eerste en enige moeilijke moment: op de Koppenberg, waar hij pas een vijftal seconden na Van der Poel volgt, in zevende stelling. (“De helling die mij het minste ligt, iets te lang en te steil”, aldus de Deen)
* 37 km van de finish: Asgreen volgt in het spoor van Van der Poel boven op de Taaienberg, alleen Van Aert en Alaphilippe kunnen aanpikken.
* 28 km van de aankomst: Asgreen leidt de dans op de kasseien van de Kruisberg. Een goeie kilometer verder: De Deen versnelt op de Hotond, alleen MvdP en WvA volgen.
* 16 km van de finish: Asgreen kan als enige de tweede explosie van Van der Poel op de Oude Kwaremont beantwoorden, door net na de top, op het stijgende asfaltgedeelte van de Nieuwe Kwaremont, naar hem toe te vlammen. Van Aert is dan al gelost.
* 13 km van de eindstreep: níét Van der Poel, maar Asgreen komt (voor de tweede keer) als eerste boven op de Paterberg.
* Aan de finish in Oudenaarde: Asgreen verslaat Van der Poel in de sprint. Waarna de Nederlander ootmoedig toegeeft, groots in het verlies: “Kasper was de beste, ook op de hellingen kon hij al mijn versnelling probleemloos beantwoorden.”
2) Omdat hij blaakte van het zelfvertrouwen
Hij vertrok in Antwerpen als laatste van het peloton in de officieuze startzone, nadat hij even van zijn fiets was gestapt om iets te checken. “De laatste zullen de eersten zijn”, klonk het op Twitter. En met dat zelfvertrouwen vervolgde Kasper Asgreen ook zijn weg.
Zich steevast vooraan het peloton posterend op de cruciale punten, met ploegmaats voor hem. In de eerste wedstrijduren energie sparend voor de finale – “ervaring die ik vroeg ontbrak”, vertelde de Deen na de finish.
De kalmte ook bewarend toen hij op 67 km van de aankomst, net na de Kanarieberg, betrokken raakte in een valpartij en in zijn eentje achter de auto’s moest achtervolgen.
Cool blijvend toen hij uiteindelijk voorop raakte met Van der Poel na de Oude Kwaremont. En op de laatste beklimming van de Paterberg hem toonde hoe sterk hij wel was.
Toch dacht de hele wereld dat Asgreen zichzelf daarna op het kapblok legde. Om door MvdP op de Minderbroedersstraat in Oudenaarde in de sprint afgemaakt te worden.
Maar hijzelf wist wel beter – “Kiss my ass(green)!” Zelfs in de dagen voor de Ronde had de Deen zijn ploegleiders overtuigd dat hij wél kon sprinten. “Ik heb al koersen gewonnen in de sprint!” Want, wist hij: een sprint met zijn tweeën, na 254 kilometer, is heel wat anders dan een ‘normale’ sprint, ook tegen Van der Poel.
Toch werd Asgreens ploegmaat en vriend Mikkel Honoré weggelachen toen collega’s en journalisten hem voor de sprint belden of zijn landgenoot de schijnbaar ongenaakbare Van der Poel kon kloppen in de sprint. “Yes, he can!”, antwoordde Honoré.
Wat Kasper Asgreen ook koelbloedig deed.
3) Omdat hij tactisch slim koerste
Minder dan in de E3 Saxo Bank Classic kon Kasper Asgreen profiteren van de steun van zijn ploegmaats in de diepe finale. Maar zij rolden wel de rode loper uit voor de Deen.
Met name Julian Alaphilippe. Die blies zichzelf weliswaar op, maar mede door zijn versnellingen zaten Van der Poel en Van Aert zonder ploegmaats na de Koppenberg. De wereldkampioen demarreerde nog eens boven op de Kruisberg, op het asfalt, een aanval beantwoord door Van Aert, die voor de zoveelste keer een kloof moest dichten.
Asgreen koos vervolgens een perfect moment uit op de Hotond. Hij demarreerde op links plots weg, toen de pas aangesloten Anthony Turgis en Wout van Aert bij een bevoorrading net een bidon hadden aangenomen, Van Aert had zelfs nog een gelleke in de mond.
Overtuigd van zijn kunnen, reed Asgreen daarna toch door met de op papier snellere Van der Poel en Van Aert. Ook omdat Alaphilippe en Florian Sénéchal in de achtervolgende groep uitgeblust waren. (Sénéchal werd pas vijfde in de sprint om de vijfde plaats, terwijl hij de hele finale zich had mogen laten meedrijven. Alaphilippe eindigde zelfs pas als 42e, op ruim 2 minuten).
Zelfs nadat Van Aert overboord ging op de Paterberg, werkte Asgreen volop mee met Van der Poel – dan had hij minstens een tweede plaats op zak. Ze spraken dat ook af na de top van de Paterberg: we gaan sámen door tot de finish.
Van der Poel had immers Asgreen ook nodig. Om de laatste 13 kilometer naar Oudenaarde te overbruggen, en de samengesmolten achtervolgende groep op achterstand te houden. Die bleef immers op een veertigtal seconden druk zetten. Waardoor Van der Poel hard moest blijven trappen (49,6 km per uur gemiddeld in de laatste 12,5 km, met lichte rugwind). Hij kon zijn benen geen moment ontluchten, en raakte zo nog vermoeider door dat lange, hooggehouden tempo, meer dan de tijdrijder Asgreen.
Aan de finish pakte de Deen de sprint ook tactisch perfect aan: hij ging, na een teken met de elleboog, van de kop op 1,5 km voor de eindstreep, en bleef in het wiel van Van der Poel. Of beter: schuin links naast hem, met het voorwiel ter hoogte van diens versnellingsapparaat.
Zo meer druk zettend op MvdP dan Van Aert vorig jaar deed in de Ronde. Zo leidde Van der Poel, die liefst 26 keer omkeek naar de Deen, ook met een hogere snelheid de sprint in: de laatste kilometer afleggend met 45,5 km per uur gemiddeld. Ter vergelijking: in de sprint tegen Van Aert was het gemiddelde in de slotkilometer ‘amper’ 36,2 km per uur (weliswaar met iets meer zijwind).
Asgreen ging op 300 meter van de finish ook al recht op de pedalen staan, om op 230 meter éérst aan te zetten, een veertigtal meter vroeger dan Van Aert in oktober 2020. De Deen wilde immers zélf zijn moment kiezen. Om er een langere sprint van te maken, met een hogere aanvangssnelheid. En om zo Van der Poels grote acceleratievermogen op de eerste tientallen meters uit te vlakken.
Zijn plan lukte perfect. Terwijl MvdP vorig jaar, in de sprint met Van Aert, versnelde van 36 km naar 56 km per uur (+20), ging hij nu van 46 km naar 58 km per uur (+12). En deze keer liepen ook zijn benen vol, 70 meter voor de finishlijn, vakkundig gesloopt door Asgreen. Goed te zien ook op de Strava-file van de Nederlander: hij bereikte vlug een piek van 1470 watt, duwde dan zo’n honderd meter gemiddeld 1267 watt, maar viel dan terug tot 893 watt, het moment dat Van der Poel besefte dat hij niet zou winnen.
Asgreen kon na zijn piek van 60 km per uur zijn hoge snelheid echter tot net voor de streep volhouden (wattages zijn niet te zien op zijn Strava-file).
Op die manier won de Deen de sprint die hij niet kon winnen. Met nog een extra staafje dynamiet in de benen, en door dat op het juiste moment te plaatsen en te detoneren.
Om zo de hele wielerwereld met verstomming te slaan.
Behalve zichzelf.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier