Flashback naar 30 juni 2006: de dag dat een vervloekte Tour nog voor de proloog onthoofd werd

© BELGAIMAGE

Als na jaren hegemonie van Lance Armstrong op 1 juli 2006 de 93e Ronde van Frankrijk moet beginnen, is het in de weken vooraf speculeren over een winnaar. Maar niemand kan bevroeden dat de latere winnaar Oscar Pereiro Sio zou heten.

De feiten

Een proloog in Straatsburg, daarna een tochtje door Duitsland en een aankomst in Valkenburg en vervolgens flaneren door de Belgische Ardennen: likkebaardend lekker is het begin van de Ronde van Frankrijk editie 2006. Wielerliefhebbers vinken in juni gretig de plaatsen aan waar ze de karavaan kunnen zien passeren.

Het belooft een open Tour te worden, zeggen alle kenners. Nu Lance Armstrong er niet bij is, zijn er veel kanshebbers. Ivan Basso, gokt de ene, gesterkt door diens overwinning in de Giro eind mei. Jan Ullrich, denkt een ander, gesterkt door diens winst in de Ronde van Zwitserland half juni. Francisco Mancebo, denkt de Spanjaard, gesterkt door diens vierde plaats in de Tour van 2005.

Tot, op zondag 26 juni, iedereen zich verslikt in zijn ochtendkoffie. Alle reeds getikte voorbeschouwingen kunnen de vuilbak in als de Spaanse kwaliteitskrant El País uitpakt met een artikel rond Operación Puerto. Die operatie van de Spaanse Guardia Civil beheerst al weken de sportpagina’s, en de krant gooit een extra bom.

Bevestigd wordt, met veel details, dat in Spanje een groot dopingnetwerk bestaat rond dokter Eufemiano Fuentes, waarbij voetballers, tennissers, atleten én wielrenners betrokken zijn. Het netwerk kent internationale vertakkingen. En het Spaanse gerecht is volop bezig met het in kaart te brengen van de namen. Het verhaal verschijnt op de dag dat het Spaans wegkampioenschap moet worden gereden. Na 500 meter knijpen de renners de remmen dicht. Er komt een boycot uit protest.

De hele week wordt in de Tourkaravaan gespeculeerd over wie betrokken is. ‘El hijo de Rudicio‘, de zoon van de kleine Rudy, is een van de codenamen die volgens de kwaliteitskrant met een balpen is bijgeschreven op een visitekaartje in het bezit van bloeddeskundige José Luis Merino Batres, op 23 mei opgepakt in het bijzijn van Eufemiano Fuentes en Manolo Saiz, ploegleider bij Liberty Seguros. De gevolgtrekkingen liggen voor de hand: wie anders dan Ullrich kan dat zijn, de ‘zoon’ van ploegleider Rudy Pevenage?

Op een ander kaartje staat: Sevillano. Een link naar Oscar Sevilla, op aandringen van Ullrich in de Tourselectie van de ploeg? Nog andere nummers en namen staan op zakjes bloed. Birillo? De hond van Ivan Basso heet zo.

Een brief met hoofding ‘Biomedisport Canarias SA’, de vennootschap van Fuentes, bevat een lijst van ‘medewerkers en deelnemers aan het festival van mei’. Dat festival blijkt niet minder dan de Giro d’Italia te zijn.

ASO overlegt, zweet, heeft contact met justitie, en besluit in te grijpen.

Als het verhaal in El País verschijnt, ontkent Ullrich nog in alle toonaarden elke betrokkenheid. Hij dreigt zelfs met een proces. Op vrijdagmiddag 30 juni traint hij op zijn hotelkamer nog als bezeten op de rollen. In de vaste overtuiging dat hij ’s anderendaags de proloog zal rijden.

Jan Ullrich wordt weggevoerd nadat het schandaal naar buiten kwam
Jan Ullrich wordt weggevoerd nadat het schandaal naar buiten kwam© GETTY

Pevenage weet dan al beter. Hij kreeg eerder op de maand een waarschuwend telefoontje. ‘Houdt Ullrich weg van de Tour. Zeg hem dat hij van de trap moet vallen en zijn sleutelbeen moet breken’, zegt de man.

Als T-Mobile in de aanloop naar de Tourstart een ontbijtpersconferentie wil houden, rolt in het rennershotel een fax binnen met het bewijs dat Ullrich, zijn mentor Pevenage en Oscar Sevilla betrokken zijn. Ploegmanager Olaf Ludwig grijpt in. Op 10 kilometer van Plobsheim maakt de teambus rechtsomkeer. Geen persconferentie. De drie worden geschorst.

Hetzelfde verhaal in het ploeghotel van CSC: Ivan Basso wordt, op vraag van ASO verboden te starten. Bij AG2R idem dito: geen Francisco Mancebo op de startlijst. In één beweging is de Tour de nummers 2, 3 en 4 van het jaar voordien kwijt. En 1, Armstrong, is er al niet meer.

Het lastigste dossier is dat van Astana-Würth, betrokken met vijf renners. Bij zijn arrestatie in mei 2006 is Manolo Saiz nog ploegleider van het team Liberty Seguros-Würth. Als gevolg daarvan trekt Liberty Seguros zijn sponsorsteun in.

Würth kan niet alleen door en zoekt naar een vervanger. Dat vindt het bij vijf Kazakse bedrijven, die onder de naam Astana in het wielrennen stappen. Aleksandr Vinokourov, die vreesde anders niet naar de Ronde te kunnen, heeft ze snel snel bij mekaar getrommeld. Maar het team is bevuild.

ASO heeft de ploeg een wildcard gegeven en vraagt om niet te starten. De ploeg weigert. Het arbitragecomité komt tussenbeide, maar als blijkt, zwart op wit, dat vijf rijders betrokken zijn en ASO de bewijzen heeft, worden de vijf geschorst. Het team heeft op dat moment maar vier renners meer over en mag niet aan de start komen. Ook Comunidad Valenciana, een andere ploeg met een wildcard, verliest die uitnodiging.

Tom Boonen pakt in Valkenburg het geel en rijdt vier dagen in die trui, maar niemand heeft het begin juli nog over sport. Zeker niet als Der Spiegel en Spaanse kranten telkens weer met nieuwe details uit het onderzoek uitpakken. Operación Puerto stelt alles in de schaduw.

Making-of

Wat dan nog wordt ontkend, is al tien jaar aan de gang, zal later blijken: georganiseerd dopinggebruik. Al in 2001 en de Giro wordt Jan Ullrich ei zo na betrapt: in dezelfde razzia, die uiteindelijk Marco Pantani zijn carrière zou kosten, ontsnapt Ullrich nipt aan een schandaal wanneer Pevenage de verboden middelen nog snel probeert weg te moffelen. Ze zitten in een dubbelwandig blikje cola in de frigo. Dat blikje kon je aan de bovenkant opendraaien om er medicamenten in te doen en te bewaren. Door de dubbele wand blijft de inhoud goed koel en van buiten was het niet te onderscheiden van een echt blikje.

Ook in de Tour is er georganiseerd dopinggebruik: bij de start in 2004 logeert Pevenage in een hotel in Kelmis. Daar komt Alberto León op bezoek, in de volksmond Ali Baba. Eufemiano Fuentes komt ook langs. Hij bezorgt koerier Ali Baba de lijst met renners die hij moet opzoeken. Op de mountainbike. In de rugzak zitten pakketjes met bloeddoping.

Pevenage is op dat moment de vertrouwensman van Jan Ullrich, de Oost-Duitser die net voor zijn tiende verjaardag zijn eerste wedstrijd – een veldrit – wint. Drie jaar later sluit Ullrich, na zijn zesde opgegroeid zonder zijn alcoholverslaafde en agressieve vader, zich aan bij de Sportschule van Dynamo Berlijn, in de voormalige DDR het ideale lanceerplatform richting roem.

Na de val van de Muur in 1989 volgt der Jan zijn trainer Peter Becker naar Hamburg, waar hij van de verleidelijke westerse cultuur proeft. De wereld lacht de talentvolle Ullrich toe. Zeker als hij in 1993 in Oslo op zijn 19e wereldkampioen bij de amateurs wordt, nota bene een dag voor… Lance Armstrong, ook pas 21, de regenboogtrui bij de profs verovert.

Jan Ullrich na zijn tourwinst in 1997
Jan Ullrich na zijn tourwinst in 1997© GETTY

Drie en een half jaar later verbaast Ullrich de wereld door als Tourdebutant meteen tweede te worden na zijn Telekomkopman Bjarne Riis. En op 15 juli 1997 bestormt de Duitser definitief de wielerhemel wanneer hij na een monsterlijke bergrit over 252,5 kilometer op de slotklim naar Andorra-Arcalis Richard Virenque en Marco Pantani zonder pardon uit het wiel knalt, de handen ónderaan op het stuur. ‘Geen aanval, gewoon een versnelling”, zegt een bedeesde Ullrich na de aankomst. Pevenage weet dan al beter.

Alle grote kampioenen, van Bernard Hinault tot Eddy Merckx, voorspellen dat hij nog vijf, zes keer de Tour zal winnen, maar weten op dat moment niet dat het nieuwe wonderkind nooit meer dat bijna onaardse niveau – in volle epotijdperk – zal halen.

Die 15e juli moet Ullrich immers niet nadenken, op aanraden van kopman Riis duwt hij gewoon wat harder op de pedalen, niet beseffend dat zijn leven met de gele trui om de schouders voorgoed zal veranderen. Met de steun van Riis wint hij zijn eerste Tour, als eerste Duitser ooit, waarna in zijn thuisland een ongeziene wielergekte losbarst. Wanneer Der Spiegel enkele maanden later zijn lezers vraagt welke landgenoot de grootste Duitse sporter aller tijden is, krijgt Ullrich zelfs de meesten stemmen achter zijn naam. Voor Franz Beckenbauer, Michael Schumacher en Boris Becker…

Maar Ullrich bekent aan ingewijden: ‘Ik wíl geen held of een idool zijn.’ Zij getuigen hoe zijn spontaneïteit langzaam wijkt voor een verkramptheid en een koele façade als afweermechanisme voor de aandacht en druk, die hij zo verafschuwt.

Als Ulli het jaar erna in de legendarische Tourrit naar Les Deux Alpes, geveld door een hongerklop en de koude, negen minuten en de gele trui verliest, is hij zelfs meer opgelucht dan ontgoocheld. ‘Blij dat de druk van mij is afgevallen…’

In de winter voor die Tour van 1998 drijft ook Ullrichs andere zwakte boven. Op talloze huldigingen en recepties vreet hij zich rond en stapelt hij zeventien overtollige kilo’s op. Na verschillende opgaven in het voorjaar domineren hoon en spot de krantentitels: van ‘Fietsende rolmops’ tot ‘Een Tourwinnaar onwaardig’.

Een ander probleem is Ullrichs (te) grote voorliefde voor rode wijn, een erfenis van zijn alcoholverslaafde vader. Bij Telekom wacht de ploegleiding telkens met een bang hart de eindejaarsfeesten af. Maar de hoop dat de vetranden rond Ullrichs middel na Nieuwjaar binnen de perken blijven, is elk jaar ijdel.

Zelfs een ‘oppassysteem’ met een permanente opvolging en een privékok helpt niet. De energie om daarvan te herstellen en bijtijds kilo’s kwijt te raken, komt de Duitser telkens te kort om in de Tour Lance Armstrong te verslaan.

En zo heeft elke renner wel zijn verhaal, zijn redenen om de kloof met de top op een alternatieve manier dicht te fietsen.

En daarna

‘Ze hebben in 2006 slechts een paar mensen gestraft, terwijl de Tour van start ging met minstens de helft van het peloton dat zich aan dezelfde fouten had bezondigd”, klinkt Pevenage een paar jaar na datum bitter. ‘Fuentes was niet de enige ‘actieve’ dokter in die periode. Ook andere teams hadden hun dopingsysteem op poten. Maar wat met mij en Saiz gebeurde, schonk de rest een zuiver geweten. Het verhinderde dat er werd gespeurd bij andere ploegen. Er bestaat geen solidariteit in het peloton. Beter hadden ze alle teams in Straatsburg verzameld, de boel uitgezuiverd en dan hadden ze op een nieuwe basis kunnen herbeginnen.’

Op woensdag 19 juli gaat het drama verder. De Amerikaanse geletruidrager Floyd Landis krijgt een zware inzinking in de rit naar La Toussuire en lijkt de Tour te gaan verliezen. Landis heeft de leiderspositie een dag eerder overgenomen van de Spanjaard Oscar Pereiro Sio, die in de rit naar Montélimar een vrijgeleide kreeg van het peloton.

Op het moment dat de Spanjaard daar een aanval opzet met de Duitser Jens Voigt, staat hij 46e in het klassement op meer dan 29 minuten. De Duitser staat nog verder. Hij mag de etappe winnen, want omdat het peloton die dag op meer dan 30 minuten eindigt, is de gele trui voor de Spanjaard. Iedereen verwacht dat die gaat crashen in week drie, in de Alpen.

Dat gebeurt ook. Op Alpe D’Huez verovert Landis het geel. Een nieuwe Amerikaan is op weg naar eindwinst in de Tour…

Maar een dag later is er dus de crash van Landis. Die eindigt op 10 minuten van winnaar Rasmussen, en verliest zijn trui terug aan Oscar Pereiro. Landis duikt van plaats één naar plaats acht, op acht minuten van de gele trui.

Maar: dit is de Tour van de onverwachte wendingen. In een wanhoopspoging maakt Landis ’s anderendaags haast alles goed. De resterende seconden om Pereiro uit het geel te duwen pakt de Amerikaan in de tijdrit op zaterdag. Op zondag wint hij de Tour. Op dezelfde dag worden Ulrich en Sevilla door hun werkgever ontslagen, ze kunnen hun onschuld niet bewijzen.

Oscar Pereiro eindigt uiteindelijk tweede, Floyd Landis mag de gele trui mee naar huis nemen.
Oscar Pereiro eindigt uiteindelijk tweede, Floyd Landis mag de gele trui mee naar huis nemen.© GETTY

Nog is de kelk van die Tour niet leeg. Op 27 juli maakt zijn ploeg Phonak bekend dat Floyd Landis in de rit naar Morzine, waarin hij zich herstelde van de klap de dag voordien, is betrapt op het gebruik van testosteron. De renner wordt geschorst. Als op 5 augustus ook zijn B-staal positief blijkt, kan ASO uiteindelijk maar een ding doen: zijn eindzege afpakken. En zo wordt na 14 maanden procederen Oscar Pereiro winnaar van een vervloekte editie van de Ronde van Frankrijk.

Want eigenlijk heeft ook Pereiro … positief getest in die befaamde Tour. Tot twee keer toe zelfs, in de rit naar Gap én de rit waarin Landis zijn inzinking kende. Twee keer werd salbutamol aangetroffen in zijn urine. Maar omdat de Spanjaard een medisch attest kan voorleggen – hij moet het middel nemen voor een astma-aandoening – komt hij ermee weg. Heel even wordt de Spanjaard door een Italiaanse krant ook gelinkt aan Operación Puerto, maar dat blijkt fake news.

Het zal voor Oscar Pereiro bij die ene, onverwachte, Tourzege blijven. In 2007 eindigt hij nog een keer tiende, de twee jaren erop moet hij opgeven. Later, als hij stopt met wielrennen, wordt hij nog even voetballer (linksbuiten) en rallyrijder, maar brokken maakt de man niet meer.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content