De ‘grande amore’ tussen Mathieu van der Poel en Italië
Mathieu van der Poel begint vrijdag aan zijn eerste Ronde van Italië. Een land waar hij al van jongs af verliefd op werd én grote successen heeft behaald.
29 jaar nadat vader Adrie in 1993 als 33-jarige zijn eerste en enige Ronde van Italië afwerkte, debuteert zoon Mathieu van der Poel vrijdag in de Giro d’Italia. Zijn tweede grote ronde na de Tour de France van vorig jaar, waar hij realiseerde wat zelfs opa Raymond Poulidor niet was gelukt: het geel veroveren.
De missie voor deze ronde is niet minder: weer de (nu roze) leiderstrui binnenhalen in de eerste twee dagen, weliswaar in Hongarije, en ook daarna mikken op ritwinst wanneer het peloton voet aan wal zet in Italië.
Italia, het land waar hij pas in de zomer van 2020 zijn eerste wegkoers bij de profs reed (de Strade Bianche), maar eerder in het veldrijden, het mountainbiken en als jeugdrenner op de weg actief was geweest.
Het was meteen een ‘grande amore’: zijn eerste grote internationale titel behaalde de Nederlander in de Laars, op 6 november 2011, toen hij als zestienjarige in Lucca Europees kampioen cyclocross bij de junioren werd.
De jaren daarna startte Van der Poel in nog drie veldritten in Italië, telkens met winst als resultaat: de wereldbekerraces van Rome in 2013 en 2014 (respectievelijk als junior en als belofte), en het EK voor elite in 2019 in Silvelle.
Regenboogtrui
In 2013 veroverde MvdP in Firenze ook de wereldtitel bij de junioren op de weg, door vijf kilometer voor de finish, op de hellende Via Salviati, weg te springen en alleen stand te houden tot de finish. Een revanche voor zijn mislukte WK-tijdrit in Firenze, waarin Van der Poel pas als vijftigste was geëindigd, op twee minuten van de betreurde Igor Decraene.
Tot de zomer van 2020 slechts een van zijn twee nederlagen in Italië. Als mountainbiker werd de Nederlander in de cross countryrace van de wereldbekermanche in Val di Solé in 2018 immers derde, na Nino Schurter en Gerhard Kerschbaumer. Eerder op de week had Van der Poel in Val di Solé wel al de short trackrace gewonnen.
De dubbelslag short track/cross country realiseerde hij in 2019 in Val di Solé wél, door twee keer grote rivaal Nino Schurter af te houden.
Balans
Zijn wegdebuut in Italië, als profrenner, maakte ‘Matje’ dus pas in augustus 2020, de start van het uitgestelde coronaseizoen. Voor een stevige campagne met Strade Bianche, Milaan-Turijn, Milaan-Sanremo, Gran Piemonte, Il Lombardia en Tirreno-Adriatico.
Omdat hij in de coronalockdown té veel had getraind en licht vermoeid was niet met onmiddellijk succes: MvdP moest tot de voorlaatste rit in Tirreno-Adriatico wachten op een eerste zege, na een vijftiende, tweemaal dertiende, derde en tiende stek in de voorgaande eendagskoersen.
In maart van het jaar erna, 2021, was het wél meteen raak: eclatante winst in de Strade Bianche, na een verwoestende demarrage op de Via Santa Caterina in Siena, en twee etappeoverwinningen in Tirreno-Adriatico, onder meer met zijn 52 kilometer lange fameuze solo naar Castelfidardo, waar hij nipt Tadej Pogacar en Wout van Aert afhield.
In de daaropvolgende Milaan-Sanremo moest Van der Poel genoegen nemen met een vijfde plaats, een jaar later werd de Primavera zijn eerstvolgende Italiaanse wegkoers, én zijn rentree na zijn gedwongen pauze door rugproblemen.
De Alpecin-Fenixrenner werd er meteen derde, om vervolgens in de Settimana Coppi e Bartali nog een ritsucces mee te pikken, zijn vijfde Italiaanse wegzege, als prof.
Totale Italiaanse balans tot nu toe voor Van der Poel, als wegrenner/mountainbiker/veldrijder, bij jeugd én bij de elite: 41 wedstrijden gereden (inclusief drie eindklassementen), 8 ervan gewonnen, of 31 procent.
Attaccare
Goed mogelijk dat die grande amore tussen ‘Matje’ en Italië de komende drie weken nog intenser wordt, als hij met het roze zou pronken en x ritzeges kan meepakken.
In de sprint, of uiteraard door aan te vallen, zoals vader Adrie het ooit verwoordde in La Gazzetta dello Sport: ‘Italianen zijn connaisseurs. Ze houden van wielrennen. Ik denk dat ze Mathieu leuk vinden voor zijn manier van rijden. Aanvallend, met de wil om te winnen.’
Leuk toeval: Van der Poels rugnummer in de komende Giro: 21, hetzelfde nummer als hij droeg in de Strade Bianche én in Tirreno-Adriatico 2021.
Hierboven al beschreven welk spektakel dat toen heeft opgeleverd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier