Als de rook om je hoofd is verdwenen: hoe Remco Evenepoel ‘Mister Cool’ werd

© GETTY
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Remco Evenepoel werd vrijdagavond verkozen tot Sportman van het Jaar. Door op en naast de fiets geduldiger te worden beukte hij afgelopen seizoen de poort naar de absolute wereldtop open. De Schepdaalnaar werd meer dan ooit Mister (Rem)Cool. Een reconstructie.

Dit stuk verscheen in de najaarsspecial van Sport/Wielermagazine van oktober 2022.

Life is a time trial.’ Het is een van de zelfbedachte slogans op de T-shirts van zijn kledinglijn, die in januari 2021 gelanceerd werd. ‘Iedereen zoekt naar structuur, en toch blijkt het leven vaak chaotisch. Zoals in een tijdrit die je gestructureerd voorbereidt, maar waarin door pech alles in de soep kan draaien’, legde Remco Evenepoel de leuze uit.

Die chaos had hij de maanden ervoor zelf meegemaakt, na zijn ravijnduik in de Ronde van Lombardije op 15 augustus 2020. De Quick-Steprenner moest zijn veelbelovende raketcarrière aan de grond zetten, letterlijk en figuurlijk. Wekenlang platliggen, zelfs een luier dragen, omdat hij niet zelfstandig naar het toilet kon. Een mokerslag voor zijn zelfbeeld. Om vervolgens té enthousiast te revalideren, te veel af te vallen en zo een terugslag te krijgen.

Op wankele fundamenten focuste Evenepoel daarna op de Ronde van Italië, waar hij de torenhoge ‘Giro di Remco’-verwachtingen logischerwijs niet kon inlossen. Plots sloeg ‘de nieuwe Eddy Merckx’-slinger de andere kant op. Er kwam kritiek op zijn ‘voetbalmaniertjes’ of op zijn potentieel en stuurvaardigheid: ‘Hij zal nooit een grote ronde winnen. Hij kan niet dalen.’ Later dat seizoen ook op zijn rol binnen de Belgische ploeg op de Olympische Spelen en op het WK, waar Evenepoel de afgesproken tactiek niet volgde. Negatieve commentaren, inclusief dreigbrieven, die zwaar op hem wogen. Meer dan hij zelfs tegen familie en vrienden liet blijken, tot huilbuien toe. Zo bleef hij maandenlang met zichzelf worstelen, mede door zijn wisselvallige prestaties.

Toch bood in die periode een andere, positievere gedachte tegengewicht in Evenepoels hoofd: dat hij blij mocht zijn dat hij effectief nog kón koersen, überhaupt zelfs nog leefde. Zijn val in Il Lombardia had immers fataal kunnen aflopen. Dat herhalen vader Patrick en moeder Agna ook nog vaak: dat 15 augustus 2020 in zekere zin een ‘geluksdag’ is geweest. En dat een mindere prestatie of kritiek niet te vergelijken valt met de angst die ze toen moesten doorstaan. Het welzijn van hun zoon is voortaan veel meer waard dan gelijk welke zege. Zoals Patrick tweette na de eerste Girorit van vorig jaar: ‘Wat kan het ons schelen of Remco nu 2e, 20e of 200e eindigt. Wij, en niemand anders, weten van waar hij komt. Wij hebben het geluk dat hij nog in ons midden is. Mensen die een kind verloren, kunnen dat niet zeggen.’

Een relativerende ingesteldheid die ook Evenepoel na zijn val anders in het leven deed staan. In november 2020 geïllustreerd met een grappige anekdote over een bord met drie eclairs in de frigo. ‘Vroeger zou ik die zelf hebben opgegeten. Nu zal ik eerst aan anderen vragen of zij er ook een willen.’ Enkele maanden later, in de Thuismatch-podcast van Sporza en in het Franse Vélo Magazine, gaf Evenepoel daar meer uitleg over: ‘Je mag niet denken dat de wereld alleen om jou draait. Ik apprecieer daarom nu meer de kleine dingen. Tijdens de koers en stages ben ik nog altijd heel gefocust, maar daarnaast laat ik dat los, zeker thuis. Dan doe ik andere dingen, met mijn familie, vriendin en vrienden. Om meer rust te zoeken in mijn hoofd en helemaal tot mezelf te komen.’

Natuurlijk wil ik uit elke race het maximum halen. Lukt dat echter niet, dan is dat niet meer het einde van de wereld.’

Remco Evenepoel

Niet toevallig waren ‘Free to ride’ en ‘Ride more, worry less’ andere zelf uitgevonden slogans op de T-shirts van Evenepoels kledinglijn. ‘Meer met het volle bewustzijn profiteren van het leven, want het kan op elk moment voorbij zijn. Ik ben heel dankbaar dat het lot mij een tweede kans heeft gegeven’, vertelde hij in de aanloop naar de Giro in Vélo Magazine. Evenepoel dacht zelfs al aan de verre toekomst. Zoals hij later ook in De Tijd vertelde: ‘Koersen is nu een groot deel van mijn leven, maar op mijn tachtigste zal het slechts een klein deel geweest zijn. Familie is veel belangrijker.’ Dat de Quick-Steprenner bij de uitreiking van de Kristallen Fiets zijn huwelijk met Oumi als hét mooiste moment van 2022 bestempelde, was veelzeggend.

Die minder egocentrische mindset blijkt ook uit de nauwe betrokkenheid van Evenepoel met Tous à Bord, waar hij – in alle stilte – peter van is. Die Waalse organisatie helpt mensen met een beperking om deel te nemen aan loopwedstrijden. Voor de 20 kilometer van Brussel, in september vorig jaar, ontwierp Evenepoel met Tous à Bord-oprichter Jean-François Lenvain zelfs de T-shirts van de ploeg. Met daarop niet toevallig de leuze: ‘Work, Life, Balance’. Bij de voorstelling beklemtoonde hij dan ook: ‘Je moet werken in het leven, maar het belangrijkste is de gezondheid, de joie de vivre, de levensvreugde.’

Wout van Aert en Remco Evenepoel: beiden schaafden in hun vroege profjaren aan hun communicatie en mindset.
Wout van Aert en Remco Evenepoel: beiden schaafden in hun vroege profjaren aan hun communicatie en mindset.
Durven te falen

Die nieuwe levensfilosofie haalde Evenepoel deels uit literatuur: autobiografieën van bekende sportfiguren of boeken over mentaal welzijn en mindfulness. Onder meer Master your mindset, van de Nederlandse Pool Michael Pilarczyk, over de kracht van juiste of verkeerde gedachten en hoe je die gedachtepatronen kunt doorbreken. ‘Nu gebruik ik veel van die inzichten, bewust en onbewust, in mijn dagelijks leven. Er is minder donder in mijn kopje’, vertelde de Schepdaalnaar daarover in HUMO.

De opgeklaarde hemel in zijn kopje hielp hem ook om daarna beter om te gaan met nederlagen. Hij hoeft, op zijn jonge leeftijd, niet altijd te winnen, beseft hij nu. Dat heeft Michaël Verschaeve, de psycholoog van Quick-Step die Evenepoel sinds zijn val in Lombardije begeleidt, hem ook aangeleerd: de kunst van het dúrven te falen. Om te denken zoals Michael Jordan, die ooit zei: ‘I failed over and over again. And that’s why I succeeded.

Mede door die ingesteldheid verdronk Evenepoel niet in negatieve gedachten toen hij vorig jaar in Il Lombardia, bij zijn terugkeer naar de race die zijn carrière en leven had veranderd, ‘slechts’ als 19e finishte. Zo zette hij in het afgelopen voorjaar ook ereplaatsen in de Ronde van Valencia, Tirreno-Adriatico en de Ronde van het Baskenland in het juiste perspectief. Zoals na Tirreno-Adriatico, waar Tadej Pogacar outstanding was: ‘Natuurlijk wil ik uit elke race het maximum halen. Lukt dat echter niet, dan is dat niet het einde van de wereld. Ik moet niet naar Pogacar kijken maar focussen op wat ík kan doen.’

Zelfs voor zijn échte doel van het voorjaar, Luik-Bastenaken-Luik, vertelde Evenepoel: ‘Mocht ik niet winnen, dan zal ik denken: volgend jaar een nieuwe kans.’ Door die Michael Jordan-mindset oogde hij volgens insiders die zondag opvallend kalm. Het gesprek dat hij vooraf met Verschaeve had, duurde zelfs vrij kort. Omdat die aanvoelde dat de renner helemaal anders was dan voorheen.

Het bleek een van de sleutels waarmee Evenepoel het vooropgestelde plan – aanvallen op de top van La Redoute – perfect uitvoerde, op weg naar zijn eerste zege in een monument. Na zijn crash in Lombardije een nieuwe mijlpaal in zijn leven. ‘Ik heb vorig jaar vaak gehuild, maar nu zit ik al een tijdje goed in mijn vel. En na Luik, waar een pak druk van mijn schouders viel, werd dat steeds beter’, zei hij daarover later in De Morgen.

Remco beseft dat hij zijn ouders in het verleden pijn heeft gedaan. Zeker met vader Patrick, die zelf een kort lontje heeft, botste het vaak.

Voortaan aanvaardde de Quick-Steprenner ook dat er steeds meer van hem wordt verwacht. Een van de redenen waarom hij in de Vuelta, zijn eerste échte test in een grote ronde, nooit plooide onder de stress van de leiderstrui en zich ook niet verloor in te vroege euforie van een mogelijke eindwinst. Niet in zijn dagelijkse interviews, waarin Evenepoel voorbeeldig communiceerde met de binnen- en buitenlandse pers, maar ook niet in zijn berichtjes aan boezemvriend en trainingsgezel Siebe Roesems. Die was verbaasd dat zijn maat ook in hun conversaties de voeten op de grond hield en zelfs in de slotweek volhield dat een podiumplaats in Madrid een succes zou zijn.

De rust in Evenepoels hoofd zag je in die Vuelta ook aan zijn manier van koersen. Eerst offensief zijn voorsprong uitbouwen tot en met de tijdrit. Daarna defensief, zonder met zijn krachten te gooien, de rode leiderstrui verdedigen, als een doorgewinterde klassementsrenner. In plaats van spectaculaire, niet altijd even doordachte aanvallen te ver voor de finish, koos de Vlaams-Brabander ook zijn momenten beter uit. Vaak zelfs onverwacht. Zoals in Luik-Bastenaken-Luik, met één verschroeiende versnelling op de top van La Redoute. Of zoals hij op het WK weg knalde uit de vluchtersgroep: niet op de klim, maar op een licht dalende strook.

Remco Evenepoel, aan de finish van de Brabantse Pijl, boos op INEOS Grenadiers-renner Ben Turner.
Remco Evenepoel, aan de finish van de Brabantse Pijl, boos op INEOS Grenadiers-renner Ben Turner.
Voetbalmaniertjes

Een ander opvallend verschil sinds afgelopen zomer: het verdwijnen van Evenepoels ‘voetbalmaniertjes’. Geen misbaar meer zoals tegen een aanklampende Sonny Colbrelli op het EK vorig jaar. Niet meer openlijk verhaal halen na een race-incident, zoals bij Gianni Vermeersch in de Benelux Tour. Geen duw meer tegen een collega die probeert af te stoppen, zoals tegen Ben Turner in de Brabantse Pijl, in het voorseizoen van 2022.

Incidenten waarvoor Evenepoel ook binnen zijn ploeg een uitbrander kreeg, onder meer van zijn mentor en teamgenoot Iljo Keisse. De Schepdaalnaar dacht daar na het voorjaar ook diep over na, beseffend dat die ‘maniertjes’ alleen tégen hem werken. In zijn eerstvolgende koers, de Ronde van Noorwegen, bleef hij naar eigen zeggen wel rustig in voorheen enerverende situaties.

Bovendien houdt Evenepoel er niet van ‘de slechterik met de dikke nek’ te zijn. Na zijn akkefietjes met Vermeersch en Turner excuseerde hij zich meteen in de volgende koers, of de avond zelf, via een Instagramberichtje. Hij spiegelt zich niet toevallig aan zijn ex-ploegmaat Philippe Gilbert of zijn huidige teamgenoot Julian Alaphilippe: graag geziene, aimabele persoonlijkheden in het peloton. Dat wil Evenepoel ook zijn, door met iedereen een praatje te slaan, ook met collega’s van ‘kleine’ teams. Hij was er zelfs trots op dat de INEOS-renners hem de tijdens de Vuelta een gentleman vonden.

Een emotionele Remco Evenepoel met vriendin Oumi en moeder Agna na zijn zege in Luik-Bastenaken-Luik.
Een emotionele Remco Evenepoel met vriendin Oumi en moeder Agna na zijn zege in Luik-Bastenaken-Luik.

Mede daardoor zijn ook zijn excentrieke zegegebaren grotendeels verleden tijd. Zoals de wat hautaine veeg over zijn schouder waarmee hij in de Ronde van Burgos 2020 uitpakte. In de Ronde van Denemarken vorig jaar vierde hij een zege met de ene wijsvinger op de mond en de andere wijzend naar het hoofd. Hij wilde zo duiden dat hij na een moeilijke periode de mentale strijd had gewonnen en dat niemand hem moest vertellen wat hij moest doen. Zonder te beseffen dat zijn gebaar arrogant kon overkomen. Tot onder meer Iljo Keisse hem dat deed inzien.

Daarna hield Evenepoel het in alle volgende zeges, tot en met de Vuelta, bij ‘normaal’ juichen. Behalve op het WK in Wollongong, waar hij nog eens zijn vinger op de mond legde. ‘Ik wilde aantonen dat de kritiek op de Belgische ploeg van vorig jaar deels onterecht was’, legde hij uit. In de euforie van zijn wereldtitel werd dat in eigen land echter amper of niet belicht. Terwijl buitenlandse analisten kritischer waren: ‘Daar heb je de voetballer weer.’

Gebroken ketchupflessen

Het verschil tussen Remco 1.0 en 2.0 blijft niettemin opmerkelijk. Ook in familiale kring, ver van de spotlights. Al voor zijn val in Lombardije wekte zijn autistisch kantje, als maniak voor wie alles perfect moet lopen, soms wrevel op. Zoals vader Evenepoel het vorig jaar uitlegde in Le Soir: ‘Een zandkorreltje kon een catastrofe zijn. Bijvoorbeeld een antidopingcontrole net voor hij aan zijn training wilde beginnen.’

Tijdens zijn maandenlange revalidatie steeg het ontploffingsgevaar nog meer. Zeker omdat Evenepoel het gevoel had dat hij alle controle over zijn lichaam en carrière kwijt was. Frustratie die hij botvierde op zijn ouders en vriendin. Of op glazen ketchupflessen en op vazen, die in duizend scherven uiteenspatten op de vloer. Of op bidons die hij tijdens een dernytraining naar zijn vaders hoofd smeet, omdat die te snel of te traag reed.

Zeker met Patrick, die naar eigen zeggen zelf een kort lontje heeft, botste het vaak. Terwijl moeder Agna zich als de corrigerende ouder opwierp en zoonlief bij een nakende ontploffing probeerde te ontmijnen. Remco besefte later zelf ook dat hij zo zijn ouders pijn had gedaan. ‘Ze hebben traantjes gelaten. En ik ook’, vertelde hij in de docuserie Ik ben Remco.

De maandagochtend na de Vuelta hebben we drie uur lang samen ontbeten. Zulke ‘stille’ momenten met familie en vrienden vindt Remco erg belangrijk.’

Siebe Roesems

Naarmate hij zichzelf als renner terugvond, dankzij een normale winter zonder revalidatiezorgen, ging de vulkaan in Evenepoel weer slapen. Ook omdat hij bewust wat ijs op de lava in zijn aderen gooide. ‘Ik heb in de winter geprobeerd daaraan te werken’, vertelde hij in Het Nieuwsblad voor de Ronde van Valencia, zijn eerste race van het seizoen 2022. ‘In nerveuze momenten probeerde ik dat niet af te reageren op mijn ouders, mijn vriendin, mijn vrienden. Dat gaat me ook helpen tijdens momenten van stress in de koers.’

Die zelfreflectie dreef ook maanden later boven, op een opvallend moment. Ondanks de euforie na de voorlaatste, verlossende Vueltarit zei de Schepdaalnaar spontaan tegen Sporzareporter Christophe Vandegoor dat hij in het verleden als mens en als renner ‘moeilijk en egoïstisch’ was geweest. ‘Ik heb veel meegemaakt, maar daardoor heb ik veel ingezien. Dat heeft mij gemaakt tot wie ik nu ben. Al deed ik dat niet alleen. Veel mensen hebben een steentje bijgedragen.’

Intense vreugde

Tijdens de Vuelta keerde die dankbaarheid ook vaak terug. Met name voor zijn ouders en zijn vriendin Oumi, die hem vaak had vergezeld tijdens wekenlange stages – nog zo’n rustgevende factor. Tijdens zijn speech in Madrid vermeldde hij hén nadrukkelijk als eerste. En toen zijn ouders na zijn eerdere tijdritzege vast geraakten in de menigte, drong hij bij de organisatoren aan dat ze toegang zouden krijgen tot de zone voor het podium. Want, vertelde hij: ‘Ik ben heel blij dat mijn familie hier is. Zelfs zonder hen veel te zien heb ik hun steun gevoeld. In mijn hoofd en in mijn benen.’ Na de voor hem moeilijkste etappe, met aankomst op de Sierra de la Pandera, zei hij achteraf ook dat hij in de lastige slotkilometers aan Oumi had gedacht.

Al even opmerkelijk tijdens die drie weken: de vele dankwoorden voor zijn Quick-Stepploegmaats. Vaak verplichte clichépraatjes, maar bij Evenepoel droop de oprechtheid ervan af. Dat bleek ook uit de manier waarop onder meer Ilan Van Wilder en Louis Vervaeke hem na de voorlaatste rit innig omhelsden. Geen gefakete blijdschap om het eigen (financiële) gewin, wel intense vreugde voor hun kopman die zich als een positieve leider had opgeworpen, inclusief motiverende speeches.

Ilan Van Wilder omhelst ploegmaat Remco Evenepoel: de eindwinst in de Vuelta is binnen.
Ilan Van Wilder omhelst ploegmaat Remco Evenepoel: de eindwinst in de Vuelta is binnen.

Emoties die de kersverse Vueltawinnaar ook deelde met zijn maatje Siebe Roesems en diens vriendin. Zij waren zondagmorgen overgevlogen naar Madrid, op verzoek van Evenepoel. ‘Hij wilde absoluut dat ik erbij was, ook al konden we elkaar die dag slechts kort zien’, vertelt Roesems. ‘Maandagmorgen kreeg ik wel een berichtje: ‘Binnen tien minuten ontbijt?’ We sliepen immers in hetzelfde hotel. Drie uur lang hebben we samen ontbeten. Zulke ‘stille’ momenten, met zijn familie en vrienden, mensen die hem niet als ‘de coureur’ zien, vindt Remco erg belangrijk.’

Toch viel Roesems die ochtend nog iets op: ‘Geen enkel spoor van decompressie na zijn verwezenlijkte droom. Dan al zat Remco met zijn hoofd bij het WK. Hij beperkte zich zelfs tot een licht en gezond ontbijt. Dat hij die focus nog twee weken volgehouden heeft om die andere droom te realiseren, is fenomenaal.’

Nooit scheen de zon dan ook feller op Remco Evenepoel dan op het WK-podium in Wollongong, met de regenboogtrui om de schouders. Een wereldkampioen én een Vueltawinnaar die in een maand tijd alle vooroordelen over hem naar het verleden had gefietst. Omdat zijn met goud belegde benen harder dan ooit hadden getrapt. Maar vooral omdat hij lessen had getrokken uit de moeilijke periode na zijn val in Lombardije. Waardoor zo de rook om en in zijn hoofd definitief was verdwenen. Of hoe 15 augustus 2020 inderdaad ook een geluksdag is geweest.

Wout van Aert maakte dezelfde evolutie door

Het is door zijn vrijwel onbevlekt imago en grote populariteit intussen allang vergeten, maar ook Wout van Aert maakte een soortgelijke evolutie mee als Remco Evenepoel. Al werd dat niet zo sterk belicht, gezien de kleine veldritwereld waarin de Kempenaar toen excelleerde, en de minder verdelende socialemediatijden.

Nochtans liet Van Aert zich als jonge crosser ook af en toe betrappen op emotionele gebaren en cassante reacties, richting publiek of in interviews. Zoals in Niel, in november 2013, na veel commotie rond zijn overgang van Telenet-Fidea naar Vastgoedservice. Waarop hij, na zijn allereerste duel met Sven Nys, met de vinger op de lippen als tweede over de finish reed en van leer trok: ‘Het gebabbel mag stoppen.’

Reageren met de mond én de benen deed hij ook twee maanden later, toen hij op het BK voor beloften in Waregem na een valse start niet meer mocht vertrekken. Van Aert sprong toch op zijn fiets, maar moest na een ronde woedend afstappen. Op Twitter erkende hij zijn fout, al hekelde hij ook de jury en het gebrek aan collegialiteit bij zijn tegenstanders. Harder verwoord dan bedoeld, maar het leverde wel commentaar op. Of zoals in 2015, toen de Lillenaar in Valkenburg, na vijf opeenvolgende overwinningen, voor het eerst verloor en tegen de pers zei dat hij ‘eindelijk van hun gezaag (over zijn zegereeks, nvdr) verlost was’.

Zijn toenmalige ploegleider Niels Albert, zelf een ex-flapuit, waarschuwde Van Aert daarop voor té spitante uitspraken. Daarna lette die meer op zijn woorden en reageerde hij serener en volwassener op polemieken. Weliswaar zonder zijn spontaneïteit te verliezen.

De Kempenaar werd zich ook steeds bewuster van het belang van zijn imago, dat niet te controversieel mocht zijn. Zo vertelde hij in december 2015 aan Sport/Voetbalmagazine dat hij even ervoor in Gavere een excentriek zegegebaar à la Peter Sagan had willen maken, maar dat toch had gelaten. ‘Ik wil niet dat mensen mij een dikke nek noemen.’ Die zegegebaren deed Van Aert later wél. Vele keren zelfs, zoals in de voorbije Tour. Door zijn flink aangedikt palmares wordt dat aanvaard.

Ook omdat Van Aert een goede band met zijn intussen vele supporters heeft opgebouwd. Al heeft hij ook daaraan moeten werken, nadat hij als belofte nooit was gestopt voor een handtekening en zelfs deed alsof hij zijn fans niet hoorde. Tot, zo vertelde hij ook aan Sport/Voetbalmagazine, zijn toenmalige Telenet-Fideaploegmaat Bart Wellens hem inpeperde dat hij tijd moest vrijmaken voor zijn supporters.

Als een vedette die toen ook tijd nodig had om de prestatiedruk in goede banen te leiden. Zo eindigde hij op zijn eerste BK bij de profs als torenhoog favoriet pas als derde in Erpe-Mere, gebukt onder de stress. Mede dankzij mental coach Rudi Heylen leerde Van Aert daarna focussen op wat hij zelf kon controleren. Het boek dat later over hem verscheen, heette niet toevallig Ik fiets focus.

Door die bijgestuurde mindset en aangepaste communicatie, gekoppeld aan knalprestaties op de weg, explodeerde Van Aerts populariteit. Zoals de Belgische wielerliefhebbers nu ook Remco Evenepoel, na zijn ‘transformatie’, steeds meer omarmen.

Lees meer over:
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content