Alles over rit 17 van de Tour: Tadej Pogacar met truken à la James Bond op weg naar de Altiport 007?
Elke dag blikken we vooruit naar de volgende etappe van de Ronde van Frankrijk 2022. Vandaag: rit 17, een korte explosieve bergrit, waarin Tadej Pogacar richting de Tomorrow Never Dies-klim een voorlaatste kans in de cols krijgt om de soevereine leider Jonas Vingegaard te doen wankelen.
Achtereenvolgens 148 km (Megève), 151,7 km (Col du Granon), 165 km (Alpe d’Huez), 129,7 km (Peyragudes) en 143,2 km (Hautacam): de afstanden van de bergritten in deze Tour, of een gemiddelde van amper 153 km. Een groot verschil met wat het peloton in de jaren 90 voorgeschoteld kreeg. Zoals in 1997, toen Jan Ullrich won op Andorra-Arcalis, na 252,5 km en 7 uur en 46 minuten.
Die korte bergetappes zijn een trend die in navolging van de Vuelta al in 2011 werd ingezet, toen de rit naar Alpe d’Huez slechts 109 km lang was. Met succes, want het werd een spektakel.
Sindsdien, zeker toen Thierry Gouvenou in 2014 officieel parcoursbouwer werd, zijn ze vaste kost. Meestal twee à drie per editie, en dit jaar zelfs nog in hogere mate, met deze zeventiende etappe als exponent: net geen 130 km.
Rouleurs nodig
Startplaats is Saint-Gaudens, dat vorig jaar voor het eerst sinds 1999 de Tour ontving. Weliswaar als aankomst toen, met de solerende Patrick Konrad als winnaar.
Na de start van deze rit volgt nu een licht oplopende eerste 53 km. Klimmers met aanvallende intenties en/of bolletjestruiambities zullen dus goeie rouleurs nodig hebben om in een eventuele ontsnapping genoeg voorsprong uit te bouwen.
Al dan niet vergezeld van ploegmaats van Jonas Vingegaard en Tadej Pogacar, als hulp voor de diepe finale – een tactiek die op weg naar Foix perfect lukte, met name bij Jumbo-Visma. Wout van Aert gaf wel aan dat hij deze keer allicht niet zal meegaan in een vlucht, maar hij heeft al vaker zand in de ogen van de concurrentie gestrooid.
Véél klimmen
Na het eerste relatief vlakke gedeelte kunnen de klimmers hun hart ophalen met 38 km bergop in de laatste 77 km, verspreid over de Col d’Aspin (12 km aan 6,5 procent), de Hourquette d’Ancizan (8,2 km aan 5,1 procent), de Col de Val Louron-Azet (10,7 km aan 6,8 procent), en als slot de montée naar Peyragudes (8 km aan 7,8 procent).
De korte kant van de wondermooie Hourquette d’Ancizan – naar het Baskische hourquéta, wat ‘kleine col’ betekent – wordt pas voor de tweede keer in de Tour beklommen. Na 2016, toen Thibaut Pinot er de meeste punten voor de bolletjestrui meepikte.
De laatste klim naar Peyragudes is ook vrij nieuw. Toen het peloton er in de Tour van 2012 en 2017 ook arriveerde, en er in 2018 passeerde, moest het als aanloop immers eerst de Col de Peyresourde verteren, de oostelijke kant vanuit Bagnères-de-Luchon.
Deze keer gaat het na de Col du Val Louron-Azet vanuit het westen omhoog, via Loudenvielle. Om voor de tweede keer, na 2017, aan te komen op het tarmac van de Altiport 007 van het skistation Peyragudes.
Steile slotkilometer
Geen toevallige benaming, want 25 jaar geleden werden er actiescènes gedraaid van de James Bondfilm Tomorrow Never Dies. Met als agent 007 Pierce Brosnan en als uitvoerder van de titelsong Sheryl Crow, de ex van een zevenvoudige Tourwinnaar die ASO uit zijn annalen heeft geschrapt…
De aankomst op de vlieghaven is een idee van Christian Prudhomme die, toen hij die landingsbaan en de omgeving voor het eerst zag, alleen ‘Wow!’ kon zeggen.
Enig probleem: de tientallen meters tussen de weg en het tarmac moesten geasfalteerd worden. En dus belde hij in augustus 2016 naar de president van het departement Hautes-Pyrénées met de vraag of dat mogelijk was. Twee uur later kreeg hij een telefoontje terug: ‘Geen probleem!’
Een nieuwe, spectaculaire aankomst was geboren. In een apart decor, maar vooral steil: de laatste kilometer schiet gemiddeld 13 procent omhoog, met een piek tot 16 procent. Een schitterend decor dat Tadej Pogacar voor de Tour ook al ging aanschouwen op stage.
In het wielrennen van niet eens zo lang geleden zou die steile aankomst klassementsrenners ervan weerhouden om al vroeger, à la James Bond, in het rond te schieten. Maar gezien zijn achterstand op Jonas Vingegaard en zijn onblusbare aanvallersmentaliteit lijkt het waarschijnlijk dat Pogacar niet zal wachten tot de 007 Altiport.
Daar kan hij met zijn explosiviteit misschien een paar (hoogstens een tiental) seconden nemen op de Deen, als die in normale doen is. Maar hij moet meer van zijn achterstand van 2 minuten en 22 seconden goedmaken op de tot dusver onkreukbare, zeer solide ogende Vingegaard. Zelfs met de vlakke tijdrit van zaterdag in gedachten, waar Pogacar geen minuut sneller zal zijn dan de Jumbo-Vismarenner.
Een move van de Sloveen op de voorgaande col(s) in deze 17e etappe is zelfs een realistisch scenario. De laatste zeven kilometer van de Col de Val Louron-Azet zijn immers niet te onderschatten, net als de technische, bochtige afdaling. En de vallei tot de slotklim is ook vrij kort (goed 5 km), eventueel ook te overbruggen met een vooruitgestuurde UAE-ploegmaat.
De hongerklop van Froome
Krijgt Pogacar Vingegaard niet uit het wiel, dan zullen hij en de Deen, en misschien nog andere klassementsrenners, op het steile tarmac van de Altiport moeten strijden.
Al dan niet om de ritzege, zoals in 2017 toen Romain Bardet de snelste was. Opvallendste feit toen: Chris Froome die zijn gele trui even kwijtraakte aan Fabio Aru, nadat hij in die laatste hectometers 22 seconden had verloren – geveld door een hongerklop.
Een klapje dat veel harder had kunnen zijn, maar geletruidrager Froome haalde op de voorafgaande Peyresourde zijn strakste pokerface boven en keek zijn concurrenten recht in de ogen. Alsof hij elk moment zélf kon aanvallen, terwijl zijn benen eigenlijk leegliepen.
Het ziet ernaar uit dat Tadej Pogacar ook zo’n James Bondtruk nodig zal hebben om Vingegaard uit het geel te rijden. Hij heeft bovendien nog slechts vier ploegmaats over. En van hen lijkt alleen Rafa Majka nog écht van dienst te kunnen zijn in de finale. Een voordeel: om één renner aan te vallen heb je zelf niet veel ploegmaats nodig. Vooral nóg betere benen.
Maar misschien heeft die andere renner, Jonas Vingegaard, die wel. De 17e rit zal de verhoudingen duidelijker maken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier