Alles begint bij De Meet: een blik achter de schermen bij Jumbo-Visma
Het kloppende hart van Jumbo-Visma doorheen het hele seizoen: De Meet, het state-of-the-arthoofdkwartier dat eind 2021 in gebruik werd genomen en symbool staat voor het hyperprofessionalisme en de winnaarsmentaliteit van het team. Algemeen directeur Richard Plugge gaf een rondleiding aan Sport/Wielermagazine.
Het was op 1 januari 2022 het eerste filmpje dat op de socialemediakanalen van Jumbo-Visma werd gepost. Met behulp van een drone werd in tweeënhalve minuut een impressie gegeven van the new home. Niet alleen van de wielerploeg, maar van het totale Jumbo-Vismaproject, inclusief de vrouwenploeg, het developmentteam én verschillende schaatsploegen, met toppers als Antoinette de Jong en Jutta Leerdam. Goed voor een ‘bedrijf’ met liefst 200 ‘personeelsleden’, onder wie 85 atleten en de eigenaars/directeurs Richard Plugge en Jac Orie (van het schaatsgedeelte). Jaarbudget in 2022: naar verluidt zo’n 35 miljoen euro.
Om het indrukwekkend ogende hoofdkwartier in de realiteit te kunnen zien en het hele concept te kunnen doorgronden trokken we in juni naar bedrijventerrein De Brand aan de oostkant van ‘s-Hertogenbosch. Bij aankomst valt meteen op dat dit meer is dan zomaar een service course. De Meet blijkt ook het begin- en eindpunt van vier fietsroutes, inclusief een reparatiestation, een automaat voor binnenbanden en een watertappunt voor bidons. De vrucht van een samenwerking tussen Team Jumbo-Visma, de stad ‘s-Hertogenbosch en VisitBrabant. Het doel: via de routes de mooiste plekken van de provincie Noord-Brabant laten zien, maar ook een connectie maken tussen topsport en recreatieve fietsers.
Dat zal, vertelt Richard Plugge bij de ontvangst, mettertijd nog uitgebreid worden. Naar een experience center, waarbij wielerliefhebbers een rondleiding aangeboden wordt in het hoofdkwartier, voor of na hun eigen fietstocht – de douches zijn voorzien. ‘Nu al verhuren we vergaderruimtes aan bedrijven, gekoppeld aan een rondleiding en een lunch, klaargemaakt door een cateringbedrijf in onze professionele keuken.’
Een verdienmodel dat de kas moet spijzen. ‘Wij proberen uit alles rendement te halen – wij zijn tenslotte Nederlanders, hé’, lacht Plugge. Het maakt ook deel uit van de constructie die met projectontwikkelaar Into Space werd opgezet. Om het gebouw te bekostigen en, in nauw overleg met een architect, ook samen concreet vorm te geven. Daarin is de bovenverdieping voorzien voor Into Space, maar ook een deel voor een sportmarketingbureau en voor het sportmedisch centrum van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Daarmee werkte Team Jumbo-Visma al eerder samen, voor medische begeleiding en testen van renners. ‘Zij zochten ruimte, wij hadden ruimte. De link was dus vlug gelegd’, aldus Plugge. ‘Met als extra voordeel dat zij de receptie kunnen bemannen, waar ook wij als ploeg gebruik van kunnen maken als wij gasten ontvangen. Een perfecte synergie.’
Veel foto’s
Die receptie maakt deel uit van een grote inkomhal, waar onder meer de geschiedenis van sponsors Cervélo (fietsen) en AGU (kledij) wordt afgebeeld, wielershirts van de grote teamzeges aan de muur hangen, en ook een minitribune voor een vijftigtal personen, inclusief groot beeldscherm, werd ondergebracht. Met op de achtergrond een grote poster van Wout van Aert in de Belgische kampioenentrui. ‘Als we een bijeenkomst of viering organiseren met de hele ploeg (zoals de dinsdag na de voorbije Tour, nvdr), gebeurt dit hier’, vertelt Plugge, voor hij ons naar de bovenverdieping leidt.
Daar bevinden zich zijn bureau, de ‘flex’-werkplekken voor de administratieve medewerkers, een History Wall waarin de geschiedenis van het Jumbo-Vismaproject wordt weergegeven en vergaderzalen in verschillende maten. Met elk ook een eigen naam: van de Home of Speedskating Room tot de Olympic Medal Room, met de tijdritfiets waarmee Primoz Roglic in Tokio olympisch goud won als pronkstuk.
Opvallend: naast het vaak terugkerende, zwart-gele honingraatmotief hangen aan zowat alle muren ingekaderde foto’s van memorabele teamzeges. In het bureau van Plugge onder meer die van de jongste Parijs-Nice, waar Van Aert, Roglic en Christophe Laporte met hun drieën zegevierend over de finish van de eerste rit bolden. ‘VRT-reporter Renaat Schotte had op tv gezegd dat dat een mooie foto voor in mijn bureau zou zijn. Dus heb ik zijn advies opgevolgd’, lacht Plugge. ‘Maar vooral omdat die foto perfect onze baseline weerspiegelt: ‘Samen winnen’. We winnen als ploeg, een renner doet het nooit alleen. Door die foto’s willen we dat concreet uitbeelden, zodat iedereen elke dag doordesemd wordt van die teamspirit, zelfs de administratieve medewerkers: dit is wie wij zijn, dit is waar we het allemaal voor doen, dit is waar we naartoe willen: prijzen pakken, goud winnen. Vandaar ook de naam van dit pand: De Meet, waar we altijd als eerste overheen willen rijden.’
Symbolisch is ook de grote afbeelding in de grootste conferentiezaal: die van de Champs-Elysées. Op het moment van ons bezoek het eindpunt van het nog niet verwezenlijkte, ultieme doel van Jumbo-Visma. ‘Daar willen we het hoogst haalbare halen, de gele trui. En daarom willen we ook een ‘geletruiorganisatie’ zijn. Waarbij iedereen, welke functie hij of zij ook bekleedt, een ‘geletruiniveau’ haalt’, vertelt Plugge.
Ook opvallend, in diezelfde zaal: de blik, via een groot raam, op de ruimte beneden, waar de mecaniciens aan de fietsen werken. ‘Ook dat is heel bewust: zodat de mensen die alleen over de cijfertjes gaan, elke dag zien wat daar gebeurt, zodat ze niet vergeten dat ze voor een wielerploeg werken. Maar ook zodat de mecaniciens zien dat hierboven aan het grotere plaatje wordt gewerkt.
‘Wij zijn allemaal collega’s van elkaar en die connectie willen we onderhouden. Zeker omdat in een wielerploeg veel mensen continu op pad zijn, tijdens stages en wedstrijden. Zelfs ik ben hier slechts twee tot drie dagen per week – mijn gsm is mijn belangrijkste werkplek, zeg ik vaak. Zelden zijn de kantoorplekken hier allemaal bezet. Ook omdat we niet verlangen dat iedereen hier elke dag naartoe komt. Als administratieve medewerkers thuis hun vluchten en hotelkamers kunnen boeken, dan mag dat. Zolang ze met enige regelmaat hier zijn. Renners ook trouwens: voor een contractbespreking, een medische test, een sponsorfilmpje, een interview. De ene komt al wat meer dan de andere, afhankelijk van de nabijheid. Wout fietst bijvoorbeeld soms van zijn woonplaats in Herentals naar hier en terug.’
Efficiëntie
De service course nog dichter bij België en bij veel wielerkoersen huisvesten, was geen optie. ‘Qua locatie is Zuid-Nederland ideaal. Vergeet niet dat veel van onze medewerkers en atleten een heel stuk noordelijker wonen’, vertelt Plugge, vooraleer hij ons meeneemt naar de grote fietsenwerkplaats op de benedenverdieping, inclusief parkeerruimte voor alle vrachtwagens en bussen.
‘Een groot voordeel, om materiaal in en uit te laden, maar ook qua beveiliging tegen diefstal. Een van de zaken die we bij het ontwerp hebben bepaald, en die we hebben geleerd uit bezoeken aan services courses van andere teams, van DSM bijvoorbeeld in Deventer. Nadelen die zij mettertijd ondervonden, hebben wij zo kunnen vermijden. En goede, zeer praktische ideeën hebben we overgenomen. Zoals de werkbankblokken waar onze mecaniciens aan de fietsen kunnen werken. Of de karren waar alle fietsen per renner, met ook zijn persoonlijke spullen, worden bijeengezet.’
Efficiëntie is dan ook de rode draad doorheen de hele inrichting. ‘Bij het opbergen en terugvinden van elk wiel of vijsje, van elke helm, regenjack of energiegel. Daarmee winnen we veel tijd, omdat alles perfect is geordend en dichtbij is gestald in stellingkasten. Alles wat daarin en weer eruit gaat wordt ook gescand, via een magazijnsysteem. Zo zijn onze voorraden veel beter op orde en hoeven we weinig of niets weg te gooien omdat het bedorven is of omdat we te veel hebben besteld. Wat ons niet alleen tijd, maar over een heel jaar ook flink wat euro’s bespaart.’
Opvallend: zelfs deze ‘grijze’ werkruimte wordt opgefleurd met foto’s van rijdende en zegevierende Jumbo-Vismarenners. Met als meest in het oog springende pronkstuk de Victory Wall. ‘Van elke zege zetten we de foto op een canvas, inclusief handtekening van de winnaar, dat we hier ophangen. Op het einde van het seizoen worden die canvassen dan uitgedeeld. Aan de renner zelf, een fan, een sponsor, een goed doel. Waarna we op 1 januari met een lege muur een nieuw seizoen aanvatten. Met evenveel ambitie en met dezelfde filosofie, samen winnen’, aldus Plugge.
Een maand later zal net dat dé sleutel tot de eerste eindwinst in de Tour de France worden, de lang gekoesterde droom. Elke vergadering in de zaal met de grote Champs-Elyséesfoto is voortaan nog een tikkeltje meer inspirerend. Omdat de Ultieme Meet is bereikt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier