Waarom Parijs-Nice niet winnen toch een zege kán worden voor Remco Evenepoel

Remco Evenepoel won de slotrit van Parijs-Nice, maar de eindwinst moest hij aan Matteo Jorgenson laten. © BELGA MAG/AFP via Getty Images
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Hoewel hij de eindoverwinning aan Matteo Jorgenson moest laten, kan Parijs-Nice 2024 een mijlpaal in het ontwikkelingsproces van Remco Evenepoel worden.

Het was een opmerkelijke passage in het interview met vader Patrick Evenepoel, vorige zaterdag in Het Nieuwsblad. Hij vertelde over hoe Remco het de voorbije winter, na de fusiesaga tussen Soudal Quick-Step en Jumbo-Visma, ‘mentaal echt moeilijk’ had gehad. Dat moeder Agna voor hem had moeten zorgen, zoals alleen zij dat kan. ‘Wat Remco niet zegt tegen mij, zegt hij wel tegen haar’, aldus vader Patrick.

Op zich niet zo nieuw, Evenepoel had al eerder verteld hoe hij had geworsteld met het afgesprongen fusieverhaal, en vooral de verkeerde perceptie binnen en buiten de ploeg over zijn kleine rol daarin. De Schepdaalnaar moest zelfs een langere winterbreak nemen, om vijf weken lang de koers uit zijn hoofd te kunnen zetten. ‘Op het einde van zo’n seizoen besef je dat je dit helse ritme zelfs geen drie jaar volhoudt. Ik miste de voorbije maanden soms de broodnodige rust in mijn hoofd. Dat moet anders in 2024’, zei Evenepoel op de uitreiking van de Kristallen Fiets. Niet verwonderlijk dus dat hij zijn ziel blootlegde bij moeder Agna, met wie hij altijd een nauwe band heeft gehad, ook in moeilijke tijden.

Het staat haaks op het imago van de ambitieuze, branievolle, uitgesproken, schijnbaar zelfverzekerde winnaar in Remco Evenepoel. Maar zoals alle topsporters, en mensen, heeft hij ook een kwetsbare kant. Door alle successen zouden we haast vergeten dat de Schepdaalnaar nog altijd een jongeman van 24 is die al vijf jaar lang onder bijzonder hoge druk moet presteren, als de aangekondigde ‘nieuwe Merckx’. Met alle lof én kritiek van dien.

Smerig manoeuvre

Een buitengewoon getalenteerde jongeman die nu al een palmares heeft opgebouwd waar 98 procent van het peloton alleen van kan dromen, maar die nog altijd fouten begaat. Zoals meer ervaren renners die ook nog maken. Alleen worden die van Evenepoel, gepaard met zijn status in wielerland België, altijd belicht.

Soms te veel, maar sommige fouten mogen/moeten ook benoemd worden. Zoals in de voorbije Parijs-Nice, toen hij ex-ploegmaat Tim Declercq beschuldigde van een ‘smerig’ manoeuvre, omdat die mógelijk opzettelijk in de weg reed van Soudal Quick-Step tijdens de ploegentijdrit.

Of toen hij in de rit naar La Colle-sur-Loup ondanks goeie benen zijn aanvallersinstinct niet volgde, maar zich eerst miskeek op een aanval van Primoz Roglic (op zich niet onlogisch gezien diens verleden) maar vervolgens vooral eerst Matteo Jorgenson, en daarna Brandon McNulty en Mattias Skjelmose liet wegrijden. De 52 seconden hij verloor kostten hem uiteindelijk de eindzege. Evenepoel werd na winst in de slotrit tweede in het algemene klassement, op 30 seconden van Jorgenson.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Twee fouten, op communicatief en tactisch vlak, die hij meteen erna grootmoedig erkende. Hij excuseerde zich voor zijn verbale uithaal bij Declercq én de dag erna ook voor de camera’s. Met de bemerking dat hij gefrustreerd was omdat een plotse hagelbui zijn ploeg de tijdritzege had ontnomen en omdat hij nu eenmaal zo is, qua karakter. ‘Ik zeg vaak wat op mijn maag ligt.’

Ook over zijn te grote passiviteit in de rit naar La Colle-sur-Loup stak hij de hand in eigen boezem. Het was een ‘grote tactische fout’. Al had Evenepoel daar voor de camera’s niet meteen een verklaring voor. ‘Ik weet niet precies waarom ik niet reageerde.’

Uit fouten leren

Voor Evenepoel én zijn entourage bij Soudal Quick-Step is het nu een kwestie van te leren uit die fouten. Door als hij nog eens gefrustreerd is die woede alleen binnenskamers te uiten, en daar tegenover de media kalmer en slimmer over te communiceren. Weliswaar zonder een grijze, nietszeggende muis te worden. Je kunt echter ook spontaan en volwassen communiceren zonder uit te halen naar personen, zeker als het voor de buitenwereld niet duidelijk zichtbaar is of die een fout hebben begaan.

Daarin ligt ook een proactieve taak voor de staf, om Evenepoel tijdens momenten van frustratie op een juiste manier te gidsen bij zijn communicatie. Zulke relletjes, met bijhorende commotie, moet je in deze sociale mediatijden proberen vermijden. Hoewel de Belgische kampioen volgens sommigen energie haalt uit negativiteit, is dat op lange termijn – zeker tijdens de bijzonder stressvolle Tour de France – geen goede brandstof. Vooral ook als Evenepoel meer mentale rust wil – zoals hierboven aangehaald.

De ploegleiding moet hem ook actiever sturen tijdens wedstrijden. Niet zeggen dat ze zijn benen niet voelen, en dus geen raad kunnen geven, zoals Klaas Lodewyck aanhaalde. En zeker niet toekijken als Evenepoel in de fout dreigt te gaan (zoals toen hij Jorgenson, McNulty en Skjelmose liet ontsnappen). Net dan kan een duwtje vanuit de ploegwagen hem helpen om zijn twijfels te overwinnen, vooral als hij inderdaad nog veel kruit in de benen heeft.

Als Evenepoel er niet bovenuit steekt en kan wegrijden met een onweerstaanbare solo zal hij op het hoogste WorldTourniveau ook op een slimme manier moeten leren winnen. Onder meer door vooraf zo veel mogelijk plausibele scenario’s grondig te bespreken, zodat hij de verrassings- en twijfelfactor tijdens de race kan beperken.

Ontwikkelingsproces

Het pleit voor Evenepoel dat hij ondanks die fouten nooit de kop liep hangen, bleef aanvallen tot de slotrit (en die ook won), zijn ploegmaats complimenten bleef geven (hoewel die niet altijd op de afspraak waren) en in Nice Matteo Jorgenson bewierookte als de verdiende eindwinnaar van Parijs-Nice. Het is die cocktail wat hem een buitengewoon aantrekkelijke coureur maakt, op en naast de fiets. Een renner die echter nog altijd, ondanks al zijn grote zeges, in een ontwikkelingsproces zit op weg naar zijn einddoel: de Tour de France winnen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Net daarom kan Parijs-Nice een mijlpaal op dat pad worden, en het ‘verlies’ uiteindelijk een zege. Als hij en zijn ploeg met de lessen aan de slag gaan, zodat ze de foutenlast voortaan kunnen beperken.

Het zal nodig zijn als Evenepoel in de Ronde van Frankrijk ooit Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard wil kloppen. Bergop haalde hij in Parijs-Nice niet het uitzonderlijk hoge niveau van de Deen in Tirreno-Adriatico, al speelde het slechte en koude weer en het gebrek aan een hoogtestage daar ook een rol in.

Evenepoels echte examen volgt sowieso pas in juli, in Frankrijk, wanneer de Schepdaalnaar wél wekenlang op hoogte zal hebben getraind, nog scherper zal staan en ook minder of geen communicatieve en tactische uitschuivers zal maken – Parijs-Nice in gedachten. Als dan blijkt dat een derde plaats het hoogst haalbare is, dan zal Evenepoel zich tenminste niets hoeven te verwijten. En beseffen dat hij ook dan, met vele Rondes van Frankrijk voor de boeg, nog zal kunnen bijleren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content