Voor de clash met Barcelona: hoe Erik Ten Hag het tij keerde bij Manchester United
Na enkele jaren van malaise en slechte resultaten staat Manchester United er opnieuw. Onder leiding van coach Erik Ten Hag kwam er structuur, realisme én voetbalplezier. Een mix die ook vanavond tegen Barcelona van pas kan komen, in de 1/8 finale van de Europa League.
Het moet gezegd, Erik Ten Hag is een wonderdokter. De Nederlander, wiens kennis van de Engelse taal even groot is als die van Louis Van Gaal, is erin geslaagd om Manchester United te reanimeren. Een prestatie om u tegen te zeggen, want de club leek op sterven na dood. Vorig jaar stonden de supporters aan de poorten van het stadion om het bestuur buiten te jagen, interim-coach Ralf Rangnick vond zijn draai niet en er werd opnieuw geen Champions League gehaald. Ondertussen staat er een ploeg op het veld die het publiek opnieuw hoop geeft en zelfs nog kans maakt op de titel. Ook in de Europa League is er nog veel mogelijk, maar daarvoor moet eerst Barcelona opzijgezet worden.
Woelige zomer
Na het snertseizoen 21-22 moesten er oplossingen gezocht worden. Eerst en vooral kwam dus Erik Ten Hag , die bij Ajax had bewezen dat hij een stap hogerop kon. De Nederlander werd al in april aangekondigd, zodat hij voldoende tijd had om zich in te werken in de club. Een goeie beslissing, zo bleek, want Ten Hag wilde koste wat het kost zelf de lijnen uitzetten voor zijn debuutseizoen.
Maar in de zomer kwamen al de eerste twijfels bij de fans. Ten Hag haalde Antony binnen voor maar liefst 70 miljoen euro, een transfer die heel wat stof deed opwaaien. De vleugelspeler had zijn talent getoond bij Ajax, maar kon nu ook weer niet de statistieken voorleggen om zo’n grote som geld waard te zijn. Bovendien rees de vraag of het wel een goed idee was om spelers te halen met wie Ten Hag al gewerkt had.
Lisandro Martínez maakte dezelfde move, ook hij wisselde Amsterdam in voor Manchester. Ook die transfer creëerde de nodige argwaan bij de fans. Martinez is namelijk maar 1 meter 75, wat heel klein is voor een verdediger, zeker in de Premier League.
Twee transfers waar er wel uitsluitend lof voor was, waren die van Casemiro en Christian Eriksen. Casemiro kwam over van Real Madrid, waar hij een van de sleutelpionnen was in het Madrileense succes van de afgelopen jaren. Eriksen had zijn waarde vorig jaar al bewezen, toen hij werd gehuurd van Brentford.
Daarnaast was er nog Cristiano Ronaldo. De Portugese superster maakte duidelijk dat hij weg wilde in de zomer, maar vond geen nieuwe bestemming. Ten Hag sloot hem uiteindelijk in de armen, maar niet zonder Ronaldo duidelijk te maken wie de baas was.
Blamage in Brentford
Het seizoen kon eigenlijk niet slechter starten voor United. Het verloor de openingsmatch met 1-2 van Brighton en stond een week later oog en oog met Brentford. Een wedstrijd die op papier geen probleem mocht zijn, werd afgetekend verloren met 4-0. Manchester kleurde rood, maar dan van schaamte. Het team was nog zoekend naar zichzelf en er werd meteen gevreesd dat er weer een rotjaar zou volgen. Logisch, want de mannen van Ten Hag stonden op de laatste plaats. Daarna volgde een reeks van vier gewonnen partijen, weliswaar zonder goed voetbal. De wedstrijd die daarop volgde, tegen Manchester City, toonde aan dat United nog niet stond waar het moest staan: er werd met 6-3 verloren.
Na de wedstrijd ontstond er opnieuw commotie rond Cristiano Ronaldo. Hij had de derby van op de bank moeten beleven en dat schoot in het verkeerde keelgat bij Roy Keane. De oud-speler van United en analist bij Sky Sports had het over een gebrek aan respect. Maar Ten Hag had er zijn eigen redenen voor: ‘Ik deed het net als een teken van respect. Een speler als Ronaldo breng je niet op het veld als je team 6-3 achter staat. Dat zou pas respectloos zijn tegenover hem en zijn carrière.’ Het brandje werd geblust, maar niet voor lang.
Rashford brengt redding
In de weken daarna begonnen er stilaan tekenen van beterschap zichtbaar te worden. In de aanloop naar het WK in Qatar werden heel wat wedstrijden gewonnen, waaronder confrontaties met Tottenham en Fulham. Ook in de Europa League verliep het vlot. Met een 15 op 18 was Ten Hag zeker van de volgende ronde.
United mocht heel wat volk naar het WK sturen en dat bleek voor één specifieke speler een goede zaak. Marcus Rashford speelde een sterke wereldbeker en vond er zichzelf terug. De spits was zijn beste vorm kwijtgeraakt en was zelfs even op de bank beland. Maar bij de Engelse nationale ploeg kwam hij opnieuw boven water. Hij kreeg vertrouwen en scoorde terug zoals vanouds.
Het is mede dankzij hem dat Ten Hag erin is geslaagd om zijn ploeg terug te brengen naar de top van het klassement. Rashford speelde de laatste weken de pannen van het dak en zorgde bijna eigenhandig voor de doelpunten op Old Trafford. Hij kreeg ook heel wat lof van zijn coach, door zijn recente prestaties: ‘Marcus hoort momenteel bij de beste spitsen ter wereld. Ik zag al van in het begin dat hij de de kwaliteiten had. Zolang hij met dezelfde mentaliteit blijft spelen, zie ik hem niet verzwakken.’
Iedereen lijkt gelukkig
Wat er dezer dagen enorm opvalt in Manchester, is dat iedereen opnieuw in de ploeg gelooft. Waar er de voorbije jaren soms individuen op het veld stonden, blijkt er nu opnieuw een team te staan dat het goed met elkaar kan vinden. Heel wat spelers lachen weer, iets wat al even geleden is.
Dat heeft veel te maken met het werk van Ten Hag natuurlijk. Hij laat spelers floreren en managet zijn team als de patron van een sterrenrestaurant. Ook het vertrek van Cristiano Ronaldo heeft rust gebracht in de kleedkamer. Na een paar akkefietjes, waaronder het weigeren van een invalbeurt tegen Tottenham en een markant interview met Piers Morgan, verkaste de Portugees naar Saudi-Arabië. De hele situatie bracht wat onrust met zich mee, maar zijn vertrek zorgde voor verse zuurstof in de gangen van Old Trafford.
Dat heel wat spelers stilaan naar hun beste vorm gaan, is dus geen verrassing. Casemiro heeft de touwtjes in handen genomen op het middenveld en heeft zich incontournable gemaakt. Wie dacht dat hij na zijn periode in Madrid wat zou gaan uitbollen, is eraan voor de moeite. De Braziliaan voelt zich als een vis in het water in de Premier League.
Ook Luke Shaw heeft zichzelf heruitgevonden. De verdediger was al even niet meer het toptalent dat ooit overkwam van Southampton, maar plots lijkt hij weer boven zichzelf uit te stijgen. Het maakt de laatste weken niet uit waar hij gezet wordt. Linksachter of centraal achteraan, hij doet het gewoon uitstekend. Dan is er ook nog de piepjonge Argentijn Alejandro Garnacho die zijn neus aan het venster steekt. De winger pikt geregeld een doelpuntje mee en maakt steeds meer aanspraak op een basisplaats.
Clash in de Europa League
De volgende horde voor Erik Ten Hag is de confrontatie met Barcelona in de Europa League, die vanavond op de planning staat. Het is dé topaffiche van de achtste finales, zonder enige twijfel. Het team van Xavi is de autoritaire leider in La Liga en is net als United eindelijk weer aan de beterhand. Het voetbal kan nog stukken beter, maar Barcelona slikt heel weinig doelpunten en telt nu al acht punten meer dan eerste achtervolger Real Madrid.
Beide coaches kiezen voor een logische opstelling. Xavi rekent op dezelfde ploeg die in het weekend Villareal klopte, Ten Hag doet het met zowel Rashford als wintertransfer Wout Weghorst. De Nederlandse coach liet in de persconferentie optekenen dat deze wedstrijd een grote test is voor zijn ploeg: ‘Beide teams zouden normaal in de Champions League moeten spelen, dus het wordt zeker een spannende wedstrijd. Matchen als deze maken je beter als team en ik ben benieuwd hoe we het er vanaf gaan brengen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier