Nog maar drie spelers slaagden erin om de Champions League en het WK in hetzelfde jaar te winnen. Zondag telt dat lijstje minstens één extra lid.
Christian Karembeu was in 1998 de eerste die de opmerkelijke ‘dubbel‘ pakte. De middenvelder startte in mei dat jaar in de finale van de Champions League tegen Juventus (1-0). Bijna twee maanden later stond hij ook bij de nationale ploeg van Frankrijk in de basis. De Fransen haalden in eigen land hun allereerste WK-finale ooit en wonnen die ook. In Parijs werd Brazilië verslagen met 0-3. Karembeu stond ruim een uur op het veld.
Het leek in die tijd een unicum te worden, maar vier jaar later won Roberto Carlos ook al de Champions League en het wereldkampioenschap in één jaar. Carlos – in 1998 ook al ploegmaat van Karembeu bij Real Madrid – versloeg met de Koninklijke Bayer Leverkusen in de finale (1-2). Het zou niet de laatste gewonnen prijs zijn die de linkervleugelverdediger won. De champagne van de eindzege op het kampioenenbal was nog niet verteerd of Carlos kon opnieuw flessen ontkurken. In de zomer van 2002 werd hij ook nog wereldkampioen met Brazilië.
In de twee daaropvolgende WK’s speelde geen Italiaan of Spanjaard – respectievelijk de wereldkampioenen van 2006 en 2010 – het nog klaar. Het WK in Brazilië leverde wél een winnaar van de dubbel op. Sami Khedira droeg bij Real Madrid bij aan La Décima, de tiende Beker met de Grote Oren. In tegenstelling tot Karembeu en Carlos werd Khedira wereldkampioen zonder de finale te spelen. Hij scoorde wel nog in de halve finale tegen Brazilië – 1-7 u weet wel – maar in de finale tegen Argentinië kwam hij niet in actie.
Aangezien Real Madrid ook dit jaar de Champions League won, vervoegen ofwel één Fransman of twee Kroaten zich bij bovenstaand drietal. Bij een zege van de Fransen is Raphaël Varane de gelukkige. Winnen de Kroaten zondag in Moskou, dan kronen Luka Modric en Mateo Kovacic zich tot winnaar van de Champions League en wereldkampioen in één en hetzelfde seizoen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier