Union 60: toen de Brusselse club een historische reeks neerzette
Union Saint-Gilloise doet sinds de terugkeer op het hoogste niveau straffe toeren, maar of het ooit nog dé heksentoer uit de clubgeschiedenis zal herhalen, lijkt weinig waarschijnlijk. In het boek ‘Allez l’Union!’ leest u alles over de opmerkelijke revival van de Brusselse club. 232 pagina’s, 80 verhalen, verteld in 4 talen (Nederlands, Frans, Engels én Brussels). Een voorproefje…
In 1933, 1934 en 1935 wordt Union drie jaar na elkaar kampioen. In die periode werkt het zestig competitiewedstrijden af zonder nederlaag. De ploeg krijgt de bijnaam ‘Union 60’. Nog ieder seizoen krijgt de ploeg die in de nationale afdelingen het grootst aantal matchen speelt zonder verlies de Pappaertbeker, genoemd naar de legendarische aanvoerder van Union, Jules Pappaert. Het is Pappaert die in 1932 na een vernederende nederlaag op het veld van Beerschot (4-0) voorzitter Joseph Marien belooft dat ze de rest van het seizoen niet meer zullen verliezen.
De onwaarschijnlijke reeks start met een 2-2 gelijkspel tegen titelhouder Liersche (schrijfwijze van toen) in 1933 en duurt tot en met een 7-0 zege tegen RCS Brugeois in 1935. De uitslagen van deze legendarische serie wedstrijden staan afgebeeld in de catacomben van het Joseph Marienstadion.
IJzeren wil
‘Gedurende die zestig wedstrijden speelde dat team bijna altijd met dezelfde elf spelers’, vertelt Kurt Deswert, historicus en kenner van het Brussels voetbal. ‘De lange ongeslagen reeks had naar verluidt weinig te maken met technisch overwicht. Van de ploeg van Union 60 werd wel eens gezegd dat enkel spelverdeler Van Caelenberghe echt kon voetballen. Doorslaggevender waren een ijzeren wil, een enorme teamspirit, automatismen en bovenal een fantastische, fysieke conditie.’ Union traint in die tijd immers drie keer per week, een luxe die de meeste ploegen zich niet kunnen veroorloven.
Verdediger Félix Welkenhuysen, geboren en getogen in Sint-Gillis, is één van de legendarische spelers van Union 60 en de drijvende kracht achter de fysieke sterkte van de ploeg. Union 60 staat bekend voor het laatste kwartier van de match. Heel vaak slagen ze dan toe en buigen ze alsnog een achterstand om in een overwinning. In match 57 van de reeks van Union 60 speelt Welkenhuysen voor de 96ste opeenvolgende keer voor de eerste ploeg van Union. Een record in die tijd.
Na zijn carrière als voetballer baat Welkenhuysen ‘Brasserie Union’ uit, aan de overkant van het stadion. Hij is Unionist in hart en nieren. In de brasserie mag over alles gepraat worden. Maar wie een kwaad woord durft te zeggen over Union, krijgt het aan de stok met de uitbater. Welkenhuysen overlijdt in 1980 aan een hartaanval tijdens een thuiswedstrijd tegen Eendracht Aalst.
Dat Union 60 een begrip is geworden, bewijzen de truitjes van Union in het seizoen 2022-2023. De ploeg pakt uit met haar eigen shirtmerk: jawel, Union 60. Een sterke verwijzing naar het verleden uiteraard, maar of de spelers in de shirts van het huismerk ook dezelfde fenomale reeks zullen neerzetten is een ander paar mouwen.
Rest de vraag hoe uniek de reeks wel is. ‘Als we de 104 wedstrijden van Steaua Boekarest onder Ceaucescu en de competities in Gibraltar, Moldavië en Estland even buiten beschouwing laten, dan is er alleen nog Celtic Glasgow dat ooit langer ongeslagen bleef’, vertelt Deswert.
De weg naar beneden
Uitgerekend grote rivaal Daring Club de Bruxelles (het latere RWDM) maakt in februari 1935 een einde aan de serie zonder verliesmatch. Daring wint met 2-0 van Union, dat wel nog de landstitel pakt. De elfde in de clubgeschiedenis.
Dat jaar installeert de club nog als eerste in België elektrische stadionverlichting. Het zal het laatste wapenfeit van voetbalinnovatie zijn. De voetbalwereld wordt steeds professioneler, maar Union blijft stilstaan. Het is vanaf dan dat de resultaten van Union jaar na jaar slechter worden.
‘Aanhoudend succes heeft in de ogen van zij die er té dicht bij staan, al te vaak een verblindend en afstompend effect’, zegt Deswert. De ploeg kan nog af en toe het hoofd boven water steken, maar zakt uiteindelijk weg tot in vierde klasse.
Eerst neemt Daring de fakkel van het succes over. Later zal Anderlecht dat doen. ‘Omdat wij vooruitkeken, terwijl Union bleef stilstaan bij een groots verleden’, heeft ex-Anderlechtmanager Michel Verschueren ooit gezegd. Anderlecht blijft innoveren, terwijl het ouder wordende Unionbestuur intussen nog wekelijks samenkomt in het café van oudspeler Félix Welkenhuysen recht tegenover het Marienstadion, om daar een kaartje te leggen en onder elkaar uit te maken wie er ‘s zondags zou spelen. Meestal dezelfden. ‘Zo had Union 60 het in de jaren dertig tenslotte ook gedaan’, zegt Deswert.
Grote gemiste kans voor Union is de komst van Constant Vanden Stock naar Brussel eind jaren zestig. Hij heeft van 1938 tot 1943 nog voor Union gespeeld. Na een teleurstellende passage bij Club Brugge als technisch directeur wil Vanden Stock investeren. Union aarzelt, Anderlecht twijfelt niet. Het had dus anders kunnen lopen…
‘Allez l’Union! Alles over de Brusselse voetbaltrots’, Bart Aerts, 232 pagina’s, 39,99 euro, uitgeverij Lannoo.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier