De ondertussen 26-jarige doelman lag acht jaar onder contract bij Chelsea, speelde er nooit maar vormt een extreem geval van hoe er met profs wordt geleurd door bepaalde Europese topclubs. Daar wil de FIFA tegenin gaan.
In de zomer van 2010 dacht de toen amper zeventienjarige Matej Delac dat hij het grote lot gewonnen had, want het jeugdproduct van NK Inter Zapresic stond als veelbelovend talent aan het begin van een toploopbaan toen hij een overeenkomst tekende bij Chelsea. Maar de goalie wist toen nog niet dat de Londense topclub voor hem een odyssee door Europa in petto had.
Geruisloos vertrek
Maar liefst acht seizoenen begon hij telkens aan de voorbereiding op het trainingscomplex van Cobham, om telkens enkele weken of maanden later tijdelijk te worden gestald bij andere clubs. Niet in Engeland, maar vooral op het vasteland. Alles begon bij Vitesse (Nederland) in augustus 2010, om later via SK Dynamo Ceske Budejovice (Tsjechië), Vitória Guimarães (Portugal), FK Vojvodina Novi Sad (Servië), FK Sarajevo (Bosnië-Herzegovina) én AC Arles-Avignon (Frankrijk) in juli 2016 ook neer te strijken bij Royal Excel Mouscron. Op Le Canonnier geraakte hij uiteindelijk aan 28 competitieduels, om nadien even geruisloos weer te verdwijnen richting Engelse hoofdstad.
‘Ik ben het bewijs dat je niet zomaar doelman kan worden bij Chelsea’, probeerde de Kroaat zich te verdedigen tegenover het Duitse voetbalmagazine 11 Freunde. Om er even snel, op een berustende toon ditmaal, het volgende aan toe te voegen. ‘Het is nu goed zo, zoals het is. Ik werd een betere en meer ervaren keeper.’
Duistere partnerships
In juli verliet Delac Chelsea definitief, zonder ook maar één officiële match te hebben betwist voor The Blues. Nu staat hij onder de lat bij de Deense eersteklasser AC Horsens. Maar zijn voorbeeld vormt een extreem geval van hoe er met profs wordt geleurd door bepaalde Europese topclubs. Tegen die methode van kopen en onmiddellijk en veelvuldig verhuren wil de FIFA nu in gaan.
Op Stamford Bridge, bij Chelsea, worden er bijvoorbeeld jaarlijks een dertigtal jonge talenten overal in Europa tijdelijk gestald. Het zorgt er zelfs voor dat er binnen de clubwerking een aparte afdeling werd opgericht, om hun verdere ontwikkeling te blijven opvolgen. Ongezien en onverantwoord, een dergelijk beleid. Zeker ook als het leidt tot duistere partnerships, zoals sinds het seizoen 2013/14 met Vitesse en zijn bizarre Georgische voorzitter Merab Jordania. De vriend van Roman Abramovitsj vertolkte net als diens businesspartner Alexander Tsjigirinski tot mei dit jaar een hoogst opmerkelijke rol in Arnhem.
