Het levensverhaal van Adriano: van topvoetballer tot crimineel
Gedurende enkele seizoenen was Adriano een van de beste spitsen op aarde. Maar na de vroege dood van zijn vader vergleed de Braziliaan in een depressie en alcoholisme. Foute vrienden leken hem zelfs te verleiden tot de misdaad.
Zes minuten lang is Argentinië in juli 2004 in feeststemming. César Delgado heeft het land met een rake schicht in de 87e minuut op voorsprong gebracht in de finale van de Copa América. Een eerste trofee in elf jaar lijkt binnen handbereik. Tegen de eigen voetbalfilosofie in pompt tegenstander Brazilië de bal naar voren, naar de bizon die in de backlijn verdedigers omver kegelt. Zijn naam is Adriano Leite Ribeiro en bij afwezigheid van Kaká, Ronaldinho en Ronaldo ligt alle druk op zijn schouders. Die zijn gelukkig nogal kloek. Diep in de extra tijd belandt de bal in de box van de Argentijnen. Met de rug naar doel wipt Adriano het leer op. Hij draait zich vliegensvlug om en poeiert de gelijkmaker binnen.
Adriano behoorde tot de besten van zijn generatie, maar kreeg nooit grip op zijn demonen.
In de strafschoppenreeks zet Adriano zijn penalty koel om. Brazilië verslaat zijn rivaal. ‘Hij gaat geschiedenis schrijven’, kraait bondscoach Carlos Parreira. ‘Schrijf maar op: hij speelt op de volgende drie WK’s.’ De wereld ligt aan Adriano’s voeten. ‘Deze titel behoort mijn vader toe’, snikt hij in het feestgewoel. ‘Hij is mijn grootste vriend in dit leven. Zonder hem ben ik niets.’ Het zou helaas de waarheid blijken. Negen dagen later sterft zijn vader na een hartaanval. Het begin van het einde voor de voetbalcarrière van een der grootste talenten van de afgelopen twintig jaar.
De nieuwe Ronaldo
Voor Braziliaanse jongetjes uit de favela’s is het voetbal vaak de enige uitweg uit de armoede. Een sluiproute weg van een uitzichtloos bestaan. Het is dat of de eindjes aan elkaar knopen als kruimeldief of drugdealer. Daarom lees je zo vaak getuigenissen zoals die van Evertonspits Richarlison, die bekende dat veel van zijn jeugdvrienden aan de drugs geraakten, in de cel belandden of dood zijn. Voor Adriano is het niet anders wanneer hij als kind blootsvoets begint te voetballen in Vila Cruzeiro, een van de beruchtste sloppenwijken van Rio de Janeiro.
Tijdens zijn jeugd controleren criminele bendes de favela’s. Ze verhandelden drugs, persen winkeliers af en rekruteren tijdens straatfeestjes, baile funks, jonge kerels als drugkoeriers en meisjes als prostituees. Vila Cruzeiro is een brute, wetteloze oorlogszone en niets illustreert dat beter dan de beestachtige manier waarop undercoverjournalist Tim Lopes in 2002 wordt vermoord. Bendeleden ontvoeren hem, verschroeien zijn ogen met brandende sigaretten en hakken zijn ledematen af met een samoeraizwaard. Zijn lichaam proppen ze in rubberen banden, die ze in brand steken. De microgolf, zo noemen de drugscriminelen die procedure.
Almir, Adriano’s vader, beseft dat maar al te goed. Hij moet maar aan zijn schedel voelen om eraan herinnerd te worden. Daarin zit een kogel. Een gevolg van die keer dat hij op weg naar de bar in een vuurgevecht tussen politie en drugdealers belandde. Almir wil een andere toekomst voor zijn zoon. Niet enkel ontpopt hij zich tot diens grootste fan, hij zorgt er ook voor dat Adriano, die de neiging heeft de kantjes eraf te lopen, op het juiste pad blijft. Een profcarrière, zo beseft Almir, kan de hele familie uit het moeras trekken. En zoonlief wil zijn vader, z’n held, trots maken. Zijn rauwe talent brengt hem bij Flamengo. Minder dan een jaar na zijn debuut in het eerste trekt Adriano, nauwelijks achttien, de trui van de nationale ploeg aan. ‘De nieuwe Ronaldo’, toetert voetbalminnend Brazilië.
Frankenstein
Net zoals de oude Ronaldo trekt Adriano op jonge leeftijd naar Europa. Eerst naar Inter, al wervelt hij pas bij Parma aan de zijde van Adrian Mutu. Adriano kan alles, als een monster van Frankenstein samengesteld uit optimale onderdelen. Met zijn lichaam van gewapend beton houdt hij verdedigers af, maar zijn postuur belet hem niet om snel te lopen, tempo te maken en technisch sterk uit de hoek te komen. Als een bulldozer op spitzen. Zijn allergrootste troef is de oerknal die hij regelmatig uit zijn linkerslof tovert. ‘Hij kon schieten vanuit elke hoek en niemand kon hem tackelen of de bal afnemen’, beweert Zlatan Ibrahimovic. ‘Een echt beest.’ Inter trekt andermaal aan zijn mouw. Dit keer is Adriano wel klaar om er de rol van eerste spits op te nemen: in zijn eerste halfjaar vindt hij twaalf keer de weg naar doel. De Italiaanse media bombarderen hem tot L’Imperatore, de Keizer.
Na elke goal wijst Adriano naar de hemel, naar zijn vader. Om het verdriet te verwerken begint hij te drinken.
Maar dan komt dat verdomde telefoontje. ‘ Adri, papa is dood.’ Adriano, net terug bij Inter na de gewonnen Copa América, gaat door het lint. Hij smijt zijn telefoon tegen de grond en brult zijn longen leeg. ‘Een schreeuw die je je niet kunt voorstellen’, getuigt Interploegmaat Javier Zanetti. ‘Daarna was niets nog hetzelfde.’ Als de dood van zijn vader al een impact heeft, dan valt die initieel niet te merken op het veld. Na elke goal wijst Adriano naar de hemel. Om het verdriet te verwerken begint hij te drinken. Véél te drinken. Een alcoholgeur gaat hem vooraf wanneer hij ’s ochtends op de club aankomt. Vaak staat hij dronken op het oefenveld. Dan is hij na een avond op de lappen rechtstreeks naar de club gereden, uit vrees zich anders te overslapen. ‘Ik sliep in het medisch kabinet van de club en liet Inter de journalisten voorliegen dat ik spierpijn had’, verklaart hij in 2017. ‘In die tijd voelde ik me enkel gelukkig als ik dronk. Ik kon ook enkel slapen als ik dronk.’ Ook in Brazilië wordt Adriano geregeld in nachtclubs gespot. Het WK 2006 loopt op een sisser uit en Dunga gooit Adriano uit de selectie. ‘Hij is een kampioen, maar hij moet de motivatie en focus hervinden’, argumenteert de bondscoach.
Vermist
Dat lukt niet. Adriano’s drinkgedrag verbergt een groter probleem: de knoert van een depressie die hij meezeult. Hij slaagt er niet in zijn vaders overlijden te verwerken. Later geeft hij toe dat hij doodsbenauwd is om de rol van pater familias, het hoofd van de familie, op te nemen. Vanbinnen is Adriano nog een kind dat strakke teugels nodig heeft. ‘Zijn motivaties in het voetbal waren zijn vader gelukkig maken en geld verdienen’, betoogt Tim Vickery, kenner van het Braziliaans voetbal van de BBC. ‘Nu zijn vader weg was en zijn bankrekening uitpuilde, wat had het dan nog voor zin?’
Ploegmaats, trainer, voorzitter, allemaal praten ze op hem in. Dat hij het in zich heeft om de beste speler ooit te worden. ‘Een mix tussen Ronaldo en Zlatan’, aldus Iván Córdoba. Maar Adriano luistert niet en blijft aanmodderen. Ook torenhoge boetes of psychologen hebben geen effect op hem. Het geduld van Inter raakt op. Voorzitter Massimo Moratti stuurt hem op uitleenbasis naar Brazilië. Maar ook bij São Paulo blinkt Adriano niet meteen uit door sportieve prestaties. Wel met laat komen en kopstoten. En dus moet hij terug naar Italië. Meer dan op het veld voelt hij er zich in zijn sas in chique hotelbars, waar hij de ene fles dure champagne na de andere laat aanrukken. Scoren doet hij enkel nog bij prostituees. ‘Ik ging elke avond uit en dronk wat er op dat moment voor mij stond: wijn, whisky, wodka, bier… Heel veel bier.’
Na een interland in 2009 meldt Adriano zich niet opnieuw bij Inter. De geruchtenmolen geraakt in geen tijd oververhit. Hij is dood, beweert de ene roddelkrant. Nee, gekidnapt, zegt de andere. Of zit hij in de gevangenis nadat hij ging feesten met een drugbaron? Een boulevardblad meent zelfs dat het Adriano gezien heeft ‘met twee pistolen onder zijn riem terwijl hij marihuana rookte en huilde dat geld niet alles is’. Het kan niet gek genoeg in Brazilië. Uiteindelijk blijkt dat Adriano zich schuilhoudt onder moeders rok. Als de dood is hij voor een terugkeer naar Italië, waar hij kapot gaat aan de druk. De alarmbel klinkt luid en Adriano kondigt een pauze aan. Op z’n 27e zou hij op het toppunt van zijn kunnen moeten zijn. In plaats daarvan heeft hij ‘het plezier in het spel verloren’.
Een boulevardblad meent dat het Adriano gezien heeft met twee pistolen onder zijn riem terwijl hij marihuana rookte.
Brommer voor een drugkoerier
Een nieuwe verhuis naar Brazilië moet vooral voor rust zorgen. Maar al snel begint het te kriebelen en tekent hij bij Flamengo. Daar gaat het beter, althans op het veld: met een karrenvracht goals leidt hij zijn jeugdliefde naar een eerste titel in zeventien jaar. De vlucht naar een vertrouwde omgeving, waar de herinneringen aan zijn papa nog leven, geeft Adriano zuurstof. Naast het veld vervalt hij in kwaaie gewoontes. Nachtelijke escapades, seksfeestjes op hotel, ruzies met zijn vriendin in het openbaar: de kranten smullen ervan. Wordt hij ’s nachts gespot aan een hotdogkraam, dan mist hij ’s ochtends weer de training, officieel omdat hij diarree heeft. Op de radio legt Flamengovicevoorzitter Marcos Braz de vinger op de wonde: ‘Wanneer hij begint met drinken, kan hij niet meer stoppen.’
Nu hij terug in zijn geboortestad voetbalt, haalt Adriano ook de banden met zijn jeugdvrienden aan. En dat zijn geen doetjes. Adriano wordt beschuldigd van banden met de criminele bende Comando Vermelho, het Rode Commando, wiens schrikbewind in Rio duizenden doden op zijn kerfstok heeft. Volgens de politie kocht Adriano in 2008 een brommer voor een koerier, die er drugs mee vervoert in de favela’s. Een rechter veegt de aanklacht uiteindelijk van tafel vanwege een gebrek aan bewijzen, maar de geruchten over wel heel nauw contact tussen Adriano en de criminele onderbuik van Rio blijven aanzwellen. Ook omdat de spits nauwelijks moeite doet om de roddels de kop in te drukken. Integendeel. Zo poseert hij breed lachend met een gouden kalasjnikov en wordt hij gekiekt in een innige omhelzing met Rogério da Silva, alias Rogério 157, een drugbaron die voor zijn latere arrestatie 3000 agenten op de been krijgt. Volgens andere hardnekkige geruchten betaalt hij het Rode Commando om zijn veiligheid te garanderen in Vila Cruzeiro, waar hij in 2016 een tijd woont. Maar we lopen vooruit op de feiten.
Na de titel met Flamengo dooft Adriano’s voetbalcarrière uit als een kaars zonder zuurstof. Een nieuwe poging in Europa, bij AS Roma, eindigt na acht matchen in evenveel maanden. Italië zwaait hem uit met de ‘gouden vuilnisbak’ als slechtste speler van de Serie A. De laatste opflakkering van het vlammetje volgt in 2011. Corinthians moet in de strijd om de titel winnen tegen Atlético Mineiro. Adriano komt terug uit een lange revalidatie na een gescheurde achillespees. Maanden waarin hij, om het zacht uit te drukken, niet als een professional heeft geleefd. Hij weegt 100 kilo, zo gaat de ronde, al verzet hij zich bij de clubdokter tegen een officiële weging. Vlak voor het einde, bij 1-1, trekt de bulldozer zich nog eens op gang. Adriano knalt de bal overhoeks binnen, springt over de reclameborden en toont het publiek zijn bierbuik. Corinthians kroont zich tot kampioen. Het laatste kunststukje van een Keizer die zich had kunnen kronen tot een van de besten van zijn generatie, maar die nooit grip kreeg op zijn demonen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier