Snel uitgedoofd
Een jaar na zijn tweede plaats in de Ronde van Lombardije won Carmine Preziosi verrassend Luik-Bastenaken-Luik. Nadien belandde hij snel weer in het kermiscircuit.
Zoals zoveel Italianen emigreerde Carmine Preziosi naar België. Zijn vader ging in de mijnen van Charleroi werken, het duurde tien jaar voor hij zijn familie liet overkomen. Carmine ging achtereenvolgens aan de slag als chauffeur, glazenwasser en ober. Hij volgde ’s avonds een opleiding als schrijnwerker, een vangnet voor de toekomst. Het waren lange dagen, want Preziosi koerste en deed het als amateur niet slecht. Zo won hij onder meer Brussel-Opwijk.
Zijn mogelijkheden waren de Franse ploeg Pelforth, met Jan Janssen als kopman, niet ontgaan. Pelforth trok in 1963 de Italo-Belg aan. Als prof won Preziosi zijn eerste belangrijke wedstrijd in Frankrijk, de Grand Prix de l’Amitié. Die koers stond onder auspiciën van de Franse communistische partij en moest de vriendschap tussen Frankrijk en Rusland versterken. De wedstrijd werd bijgewoond door de Russische kosmonaut Joeri Gagarin, de eerste mens in de ruimte. Die zag Preziosi winnen. Carmine zou daarvoor een winstpremie van omgerekend 5000 euro hebben gekregen. Een gigantisch bedrag in die tijd.
Preziosi werd niet gediskwalificeerd, maar kreeg wel een boete.
Een paar weken later werd Preziosi vierde in Parijs-Tours, gewonnen door de Nederlander Jo de Roo. Hij maakte deel uit van een kopgroep van dertien renners. Niet slecht voor iemand die op dat moment vier maanden prof was. En het werd nog beter. In 1964 eindigde Preziosi tweede in de Ronde van Lombardije, na de Italiaanse stilist Gianni Motta. In een spurt voor de tweede plaats versloeg hij Jos Hoevenaars en de Italiaan Adriano Durante.
En dan kwam zijn moment van glorie. In 1965 maakte Preziosi in Luik-Bastenaken-Luik deel uit van een kopgroep van zeven renners. Ze doken de wielerbaan van Rocourt binnen. Het had geregend en de betonnen piste lag er en nat en glibberig bij. De koplopers kropen, wiel in wiel, naar boven. Alleen Preziosi, die zich de traagste van het gezelschap waande, bleef beneden. In de voorlaatste bocht schoof Gilbert Desmet I onderuit en sleurde een paar kompanen mee in zijn val. Slechts vier van hen bleven overeind. Onder hen de Italiaan Vittorio Adorni, die een kleine kloof had uitgebouwd. Maar met een paar machtige lendenrukken haalde Preziosi hem in. In de laatste rechte lijn kwam hij naast Adorni en leunde even op hem. Het was duidelijk een onregelmatige sprint. Preziosi won, maar kreeg wel een boete. Hij verdedigde zich en zei dat hij verplicht was om even op Adorni te steunen, anders zou hij zijn gevallen. De jury kwam vervolgens tot een merkwaardige uitspraak: Preziosi werd niet gediskwalificeerd, maar de boete bleef wel behouden.
De zege van Preziosi had wel impact, ook al door de ontgoocheling van Adorni, die van ’s werelds oudste klassieker al langer een hoofddoel had gemaakt omdat het parcours bij zijn mogelijkheden paste. Verrassende winnaars van Luik-Bastenaken-Luik, ze zijn in de lange geschiedenis van deze wedstrijd eerder schaars. Daarvoor is het parcours te zwaar. Preziosi is een van de uitzonderingen op de regel. Het leverde hem een droomtransfer op naar het Italiaanse topteam Bianchi, maar een overwinning in de Ronde van Emilia was te weinig om hem aan boord te houden. In 1967 maakte hij de overstap naar Molteni en won hij de Ronde van België, voor Herman Vanspringel en Jan Janssen.
Nadien doofde zijn carrière uit en draaide hij bij kleinere ploegen mee in het Belgische kermiscircuit. Hij had het eerder al eens geprobeerd in de Ronde van Italië, maar was te beperkt voor het rondewerk. Bovendien had hij last van … heimwee. Carmine Preziosi was 29 jaar toen hij een punt zette achter zijn carrière.
Carmine Preziosi
GEBOREN 8 juli 1943 in Sant’Angelo all’Esca (ITA)
PROF van 1963 tot 1972