Drie jaar na de invasie in Oekraïne: sluit de sportwereld Rusland weer in de armen?

Rusland hoopt dat Sebastian Coe níét de nieuwe baas wordt van het Internationaal Olympisch Comité. © AFP via Getty Images
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Na de start van de invasie in Oekraïne wil Vladimir Poetin met een mildere toon de internationale sportfederaties overtuigen om de deur voor Russische sporters en teams weer open te zetten.

Het was een opmerkelijk bericht in september 2024: Kyara Linskens, een van de sterkhoudsters van de Belgian Cats, verwisselde Montpellier voor de Russische club Dynamo Koersk. Is dat, gezien de oorlog in Oekraïne, wel opportuun, vroegen velen zich af. Linskens’ manager Yves Lejeune zag geen probleem: ‘Wij doen aan sport, niet aan politiek.’

Dat Linskens voor Dynamo Koersk koos, had één reden: geld. Al voor de inval in Oekraïne konden basketbalspeelsters in Rusland de grootste lonen van alle Europese competities opstrijken. Daarom speelde ook Emma Meesseman van 2016 tot 2022 bij UMCC Jekaterinenburg. Meesseman trok na de invasie in Oekraïne echter naar het Turkse Galatasaray.

Samen met haar verlieten ook vele Amerikaanse topspeelsters de Russische competitie. Het verhaal van Meessemans ex-ploeggenote Brittney Griner, die in 2022 negen maanden werd opgesloten in een Russische cel wegens het bezit van cannabisolie, speelde daarin ook mee.

Toch houdt niet iedereen rekening met ethische of veiligheidsredenen. Een stevig salaris is voor sommigen belangrijker. Zo zijn vandaag nog altijd vijftien Amerikaanse speelsters, van lager niveau, actief in de hoogste Russische basketbalklasse. Die uit West-Europa, onder wie Linskens, zijn wel op één hand te tellen.

‘De atletiek zal niet aan de verkeerde kant van de geschiedenis terechtkomen. Het gaat hier om integriteit, niet om paspoorten of politiek.’

Sebastian Coe, voorzitter van World Athletics

In de Russische mannencompetitie is de situatie vergelijkbaar: een veertigtal Amerikanen zijn er aan de slag, en één Belg, Ismael Bako. Hij speelt sinds de zomer van 2023 voor de topclub UNICS Kazan. Naar dezelfde stad was een jaar eerder al volleybalspeler Sam Deroo getrokken, om er uit te komen voor Zenit Kazan, voor 2022 het Real Madrid van het Europese volleybal.

De Russische clubcompetities zijn ondanks de oorlog dus niet hermetisch afgesloten van de rest van de wereld. In de hoogste voetbalklasse, de Premier Liga, komen zelfs nog altijd bijna 40 procent van de spelers uit het buitenland, voornamelijk uit Zuid-Amerika en Oost-Europa.

Beperkte deelname

Sinds de start van de invasie in Oekraïne is er wel één grote verandering: de Belarussische en Russische clubs en alle nationale teams zijn uitgesloten van Europese en internationale competities en toernooien. Individuele sporters krijgen iets meer speling, afhankelijk van hun sportfederatie.

In sommige federaties mogen ze als ‘neutrale’ atleten, zonder verwijzing naar Rusland, deelnemen. Zo kon Aryna Sabalenka, uit Belarus, de voorbije jaren ongehinderd blijven tennissen en nummer één van de wereld worden.

Olympische Spelen in Parijs: Poetin waarschuwt ‘neutrale’ sporters

In andere sportfederaties zijn de (Bela-)Russische atleten onder geen enkele voorwaarde welkom, met name in de atletiek. Sebastian Coe, voorzitter van World Athletics, verbande hen op het WK van 2022 en 2023, en op de Olympische Spelen 2024 in Parijs. ‘De atletiek zal niet aan de verkeerde kant van de geschiedenis terechtkomen. Het gaat hier om integriteit, niet om paspoorten of politiek’, verklaarde Coe.

De Brit had eerder al streng opgetreden tegen Rusland. Na het dopingschandaal tijdens de Winterspelen van 2014 in Sotsji, waar Rusland de dopingtests van zijn atleten had gesaboteerd, liet Coe op de WK’s van 2017 en 2019 alleen Russen onder een neutrale status toe. Ze moesten wel bewijzen dat ze niet betrokken waren bij het dopingschandaal.

Vladimir Poetin en Michail Degtjarjov. De nieuwe minister van Sport pleit voor een minder agressieve retoriek ­tegenover het IOC. © POOL/AFP via Getty Images

Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) volgde schoorvoetend door Rusland op de Olympische Zomerspelen van Tokio 2021 en de Winterspelen van Peking 2022 alleen te laten deelnemen onder de vlag van het Russisch Olympisch Comité (ROC). Een impact op de delegatie en de medailleoogst had dat amper. 333 Russen wonnen in Tokio 71 medailles. Vanuit Peking brachten 212 atleten 32 medailles mee naar huis.

Dat veranderde vier dagen na de slotceremonie van die Winterspelen. Toen viel Rusland Oekraïne binnen, op 24 februari 2022. Rusland schond zo de Olympische Wapenstilstand. Die overeenkomst dringt via een VN-resolutie bij lidstaten aan om vanaf de zevende dag voor de start van de Olympische Spelen tot de zevende dag na het einde van de daaropvolgende Paralympics geen oorlog te voeren.

Het was niet de eerste keer dat Rusland zijn voeten veegde aan de ‘Olympic Truce’: tijdens de Zomerspelen van Peking 2008 viel het Georgië binnen en vier dagen na de Winterspelen van Sotsji 2014 annexeerde Rusland de Krim, in Oekraïne.

Sportjaar 2025: zal de nieuwe IOC-voorzitter Rusland weer omarmen?

Versoepeling verbod

Dat bleef twee keer zonder (direct) sportief gevolg, maar niet na 24 februari 2022. Toen adviseerde het IOC alle interna­tionale sportbonden om (Bela-)Russische atleten uit te sluiten. Het IOC wilde ‘de ­integriteit van wereldwijde sportcompetities beschermen en de veiligheid van alle deelnemers waarborgen’.

Eind 2022 en begin 2023 versoepelde het IOC zijn standpunt: (Bela-)Russische atleten mochten voortaan deelnemen onder een neutrale status. Veel ­federaties volgden de richtlijn, maar sommige – onder meer dus World Athletics – handhaafden een volledig ­verbod.

In oktober 2023 schorste het IOC wel het Russisch Olympisch Comité. Niet wegens de oorlog, maar omdat het ROC sportorganisaties in Oekraïne had overgenomen die deel uitmaken van het Oekraïense Olympisch Comité. Die schending van de territoriale integriteit is in strijd met het Olympische Handvest.

De schorsing belette niet dat het IOC (Bela-)Russische atleten onder neutrale status toeliet op de Olympische Spelen in Parijs. Die mochten wel nooit de invasie in Oekraïne openlijk hebben gesteund, of een link hebben met het leger. Na een grondig nazicht liet het IOC 30 Russische atleten toe. Van hen zouden er 15 deelnemen in Parijs. Zij behaalden amper één medaille, zilver in het vrouwendubbelspel van het tennis. Uit Belarus waren 17 ‘neutrale individuele atleten’ aanwezig. Zij wonnen vier medailles.

Minister van Sport Michail Degtjarjov benadrukte dat Rusland moet stoppen met de agressieve retoriek ten opzichte van internationale sportfederaties en het IOC.

Russische koerswijziging

Na de Spelen begonnen enkele federaties de regels over de deelname van (Bela-)Russen te versoepelen. Op het WK korte baan in Boedapest liet World Aquatics zelfs weer Russische zwemteams deelnemen aan de estafettes, onder neutrale status.

Andere federaties, zoals United World Wrestling, zwakten de regels om deel te nemen als neutrale atleet af. De Internationale Schaatsunie schrapte een volledig verbod en zal, met het oog op de Winterspelen van 2026, vanaf volgend seizoen weer Russen toelaten onder een neutrale vlag.

Die versoepelingen gingen gepaard met opmerkelijke koerswijzigingen in Rusland. In oktober maakte Vladimir Poetin bekend dat het ministerie van Sport meer invloed zou uitoefenen op alle sectoren van de Russische sport. Met volgens Poetin alleen nog ‘gecoördineerde, nationale of interdepartementale sportactiviteiten gebouwd rond gemeenschappelijke doelen’. Hij wil zo de jeugdsport en breedtesport bevorderen.

‘De sfeer van lichamelijke opvoeding is direct gerelateerd aan het behoud van de bevolking, het realiseren van het potentieel van elke persoon en het verhogen van het welzijn van Russische gezinnen.’ Poetin vergat ook de bovenlaag niet, want vierduizend Russische topsporters kregen een beurs voor 2025. Het past bij zijn bewondering voor de voormalige DDR, waar breedtesport en topsport, als exportproduct, zeer belangrijk waren.

Via topsportsuccessen internationale legitimiteit – behalve in het Westen – verkrijgen en macht uitstralen: dat is ook de reden waarom Poetin op het vlak van sport de laatste maanden van toon is veranderd. Voor de Spelen in Parijs maakten de maatregelen tegenover de Russische atleten volgens hem deel uit van ‘een destructieve, neoliberale, westerse agenda die van de wereldsport geen arena voor eerlijke competitie maakt, maar een platform voor geopolitieke spelen.’ Hij beschuldigde Thomas Bach zelfs van ‘neonazisme’.

Peking 2022. Rusland hoopt in de toekomst wél met eigen vlag en volkslied te kunnen aantreden. © AFP via Getty Images

Na de Spelen verzachtte die offensieve houding, mede door een opvallende personeelswissel. Stanislav Pozdnyakov, de voorzitter van het Russisch Olympisch Comité en een felle criticus van het IOC, kondigde in oktober aan dat hij na zes jaar zou aftreden. In zijn plaats werd in december Michail Degtjarjov verkozen, met de openlijke steun van Poetin en met een meerderheid van 197 ja-stemmen en slechts twee onthoudingen.

Degtjarjov had in mei Oleg Matytsin vervangen als minister van Sport en bekleedde voortaan beide functies. Hij is lid van de rechtse, ultranationalistische Liberaal-Democratische Partij van Rusland, en ex-gouverneur van Chabarovsk, waar Poetin hem had geplaatst.

Degtjarjov benadrukte meteen dat Rusland moest stoppen met de agressieve retoriek ten opzichte van internationale sportfederaties en het IOC. Volgens Degtjarjov had hij tijdens officieuze contacten met buitenlandse sportbestuurders en IOC-leden gehoord dat ze willen dat Rusland zou terugkeren naar de olympische beweging, zonder enige beperking. ‘Constructief communiceren is beter dan ons te isoleren. We moeten elke kier, elke opening binnengaan’, vertelde Degtjarjov.

Voorzittersverkiezing IOC

Hoe ver die kieren zullen opengaan, zal afhangen van de onderhandelingen over een vredesakkoord tussen Rusland en Oekraïne, die Donald Trump met Vladimir Poetin deze week heeft opgestart. En van wie op 20 maart 2025 verkozen wordt tot de nieuwe voorzitter van het IOC. Rusland wilde met zijn koerswijziging daar ook op anticiperen. Het hoopt vooral dat Sebastian Coe Thomas Bach niet opvolgt.

Gezien zijn eerdere strenge houding tegenover Rusland zal de voorzitter van World Athletics niet snel van mening veranderen. Vorige week benadrukte Coe dat integriteit een onmisbaar principe is. ‘Dat staat boven het risico op politieke inmenging van het IOC of een federatie.’

Juan Antonio Samaranch junior, volgens insiders de grootste concurrent van Coe voor het IOC-voorzitterschap, heeft een andere mening. ‘Als Rusland de redenen voor de schorsing van zijn olympisch comité wegneemt – de schending van de territoriale integriteit van Oekraïense sportorganisaties – zal het IOC hard moeten werken om Rusland terug te krijgen’, zei de Spanjaard in september.

De vijf andere voorzitterskandidaten lijken ook geneigd om de sportieve gezanten van Poetin langzaam weer in de armen te sluiten. Al heeft slechts een van hen, outsider Johan Eliasch, dat opgenomen in zijn beleidsdocument. Ook Coe en Samaranch vermeden het gevoelige thema in hun manifest. Toch zal de kwestie een bepalende rol spelen tijdens de voorzittersverkiezing. Die zal Rusland proberen te beïnvloeden door druk uit te oefenen op IOC-leden van bevriende landen, om zo Coe buitenspel te zetten.

Met een nieuwe IOC-voorzitter, die de politieke neutraliteit van de Spelen belangrijker vindt, hoopt minister van Sport Mihail Degtjarjov dat Rusland weer met een volkslied en een vlag zal kunnen deelnemen aan de Olympische Winterspelen van 2026. Al zal dat door de selectieprocedures sowieso met een beperkte delegatie zijn.

Tegen de Zomerspelen van 2028 in Los Angeles moet volgens Degtjarjov de volledige herintegratie van Rusland in de internationale sport een feit zijn.

Sportwereld wil Russen opnieuw toelaten: mag Rusland van de strafbank af?

Partner Content