Shorttrackster Hanne Desmet blikt terug op WK-finale in Dordrecht: ‘Wat een kick’
Shorttrackster Hanne Desmet kijkt op YouTube graag naar dolle Nederlanders.
Jef Van Baelen vraagt toppers naar hun mooiste sportherinnering.
Zeker níét mijn mooiste herinnering als sporter was mijn bronzen race op de Olympische Spelen. Er was te veel geluk mee gemoeid. Ik schaatste als vijfde van vijf deelnemers en voor me vielen twee schaatsers weg. Ik profiteerde, maar ik had liever dat ze niet gevallen waren. Dat meen ik: je wilt niet dat een collega-sporter zoiets meemaakt. Ik kan niet met voldoening terugkijken op die rit en zeggen: dat heb ik nu eens goed gedaan.
Veel mooier was de finale van de 1500 meter op de Wereldbeker in Dordrecht dit jaar. Ik win op een manier die je nooit ziet. Op het laatste rechte stuk zoef ik vanuit plek vier naar de zege. Er bestaat van die race een YouTube-filmpje dat ik graag opzet (zie onderaan). Je hoort de verbazing bij de commentator. Het Nederlandse publiek gaat uit het dak: je weet hoe dol zij kunnen reageren. Eigenlijk zat ik te ver, maar ik gooide mijn laatste troef op tafel. Twee rondes voor het einde begon ik wijdere bochten te nemen, om snelheid te maken. De drie schaatsers voorin waren me vergeten, en lieten een halve meter om binnendoor te passeren. In een milliseconde besliste ik om in de ruimte te duiken. Zoiets is gevaarlijk en zal vaker slecht uitpakken dan goed, maar in dit geval had ik het niet mooier kunnen uitvoeren. Wat een kick. En dat 100 procent op eigen kracht, zonder valpartijen of rare jurybeslissingen. Het publiek in Dordrecht was ook helemaal op mijn hand. Ik trainde lang in Nederland en word er gezien als een thuisschaatser.
Na de Spelen hebben veel mensen me gezegd dat ik er op het podium onderkoeld uitzag. Dat lag niet alleen aan mijn fortuinlijke brons, want na mijn winst in Dordrecht stond ik ook geen polonaise te dansen. Het is gewoon mijn stijl niet. Ik ben blij, maar ik ben geen type dat het voor de ogen van de wereld uitschreeuwt. Ik heb al gedacht: misschien moet ik doen alsof, de mensen verwachten het van me. Mijn broer Stijn (ook prof, nvdr) is daar heel anders in: hij was na Dordrecht wel uitbundig en zijn enthousiasme plant zich over op mij. Ik weet nu al dat ik het blijst zal zijn als we ooit een grote race winnen met de nationale aflossingsploeg, want dan vier je samen. We wonnen met Team Belgium al een paar keer zilver op een Wereldbeker. Die grote zege komt er vroeg of laat.