Een laatbloeier is Clarence Seedorf (38) nooit geweest. Zijn eerste trofee – de Nederlandse beker – won hij op zijn zeventiende, zijn eerste titel een jaar later en zijn eerste Champions League (telkens met Ajax) op zijn negentiende. In totaal won hij vier keer de Champions League met drie verschillende clubs (Ajax, Real, twee keer met Milan). Behalve Paolo Maldini speelde niemand ooit meer Europese wedstrijden dan hij. En nu debuteert hij op zijn 38e als trainer, meteen bij een topclub, al stond die bij zijn komst slechts op een elfde plaats.
Bij Milan belandt hij in 2002, na omzwervingen bij Sampdoria, Real én Inter. Tien jaar lang is het tussen beide partijen grote liefde. Op het middenveld vormt Seedorf jarenlang een stevige tandem met Andrea Pirlo. Zijn glorieperiode kent hij onder Carlo Ancelotti. Die noemt hij nu als zijn grote voorbeeld, samen met Louis van Gaal, die hem bij Ajax gevormd heeft.
Seedorf staat nog op het veld wanneer Massimiliano Allegri trainer wordt bij de rossoneri en meteen debuteert met de landstitel en de supercup (in 2010/11). Vervolgens ligt hij ononderbroken onder vuur. Terwijl Seedorf houdt van tactische discussies, geeft Allegri liefst zo weinig mogelijk uitleg. In 2012 verhuist de in Suriname geboren Nederlander naar Brazilië.
Sinds Allegri op 2 juni 2013 aanvaardde om nog een jaar te blijven, verkeert Milan in crisis. Alleen de kwalificatie voor de volgende ronde in de CL, waar het de enige overgebleven Italiaanse club is, redde de trainer van een aangekondigd ontslag, maar de nederlaag bij het bescheiden Sassuolo is er te veel aan.
Uiteindelijk is het Silvio Berlusconi zelf die Seedorf als hoofdtrainer wilde. De clubleider kwam al in april 2013 met het idee om Seedorf hoofdtrainer te maken, maar liet zich uiteindelijk door algemeen directeur Adriano Galliani overhalen om Allegri’s contract met een jaar te verlengen, met het voornemen om Seedorf in de zomer van 2014 als hoofdtrainer te halen. Bij het Braziliaanse Botafogo, waar Seedorf zijn laatste voetbalpassen zette na een actieve profloopbaan van 22 jaar, had hij een clausule waardoor hij op elk moment zonder afkoopsom weg kon. Zo wordt hij de elfde hoofdtrainer van Milan sinds Berlusconi 27 jaar geleden de club kocht. In afwachting van het behalen van de Pro License (hij volgt de Nederlandse cursus per correspondentie) krijgt hij net als de trainer van Cagliari een vrijstelling om een eersteklasser te coachen. Tot juni is oudgediende Mauro Tassotti zijn assistent, in juni komen in de technische staf twee ex-ploegmaats hem te hulp (ex-verdediger Jaap Stam en ex-spits Hernán Crespo).
Dat Seedorf, die steevast in discussie ging met zijn trainers en ploegmaats, op een dag hoofdtrainer zou worden, stond al langer vast. “Ik heb altijd geweten dat ik trainer zou worden, alleen niet wanneer dat zou gebeuren.” Bescheiden is hij niet. Seedorf, die altijd een perfecte prof is geweest, wil uiteindelijk de beste trainer ter wereld worden en van Milan weer het winnend team maken dat hij als speler heeft meegemaakt. Dat zal gebeuren in een 4-3-1-2, met een team dat dominant en vooruit moet voetballen.
Opvallend: Seedorf is de eerste kleurling die in Italië als trainer op het hoogste niveau aan de slag gaat, op Faustinho Cané na, die in 1994/95 hulptrainer was van Vujadin Boskov bij Napoli.
DOOR GEERT FOUTRÉ